Richtlijnen voor ziekteverlof: ‘Laat patiënten op eigen tempo herstellen’
Het Vlaams Patiëntenplatform vreest dat de richtlijnen de stigmatisering van personen met een chronische ziekte in de hand werkt.
Dat minister van Volksgezondheid Maggie De Block (Open VLD) het Nationaal College voor Sociale verzekeringsgeneeskunde de opdracht heeft gegeven om voor acht ziektebeelden de duur van arbeidsongeschiktheid vast te leggen,wordt door het Vlaams Patiëntenplatform met bezorgdheid onthaald. Het platform vreest dat dit de stigmatisering van personen met een chronische ziekte in de hand werkt. Personen die langer arbeidsongeschiktheid zijn dan voorzien is in de richtlijn ‘dreigen als profiteurs bestempeld te worden’, aldus het Vlaams Patiëntenplatform in een reactie.
In een eerste fase zijn acht ziektebeelden gekozen. Zij liggen aan de basis van min of meer langere afwezigheden. Het gaat om lage rugpijn, problemen van de spiergroep rotator cuff, borstkanker, infarct, milde depressie en burn-out, carpal tunnel (beknelling van een zenuw in de pols) en knieprothese. Die laatste twee zijn postoperatieve ongeschiktheden.
In de volgende fase, die momenteel loopt, worden de richtlijnen opgesteld. Daarvoor worden de artsen bevraagd via een studie die de naam “Delphi” meekreeg.
Niet onder druk zetten
Het Vlaams Patiëntenplatform vreest dat deze maatregel een besparingsoperatie is en benadrukt dat herstel en werkhervatting een positief verhaal moet zijn. Het vraagt daarom dat er meer aandacht wordt besteed aan communicatie tussen de verschillende betrokkenen zodat de werkhervatting succesvol verloopt. ‘Het is belangrijk dat patiënten op hun eigen tempo kunnen herstellen en hierbij niet onder druk worden gezet. Elk ziekte- en herstellingsproces is anders en de dialoog met de arts over een eventuele werkhervatting is cruciaal’, reageerde Ilse Weeghmans, directeur van het Vlaams Patiëntenplatform.
Het Vlaams Patiëntenplatform vertegenwoordigt meer dan 110 patiëntenverenigingen en ijvert voor kwaliteitsvolle en toegankelijke zorg op maat van de patiënt en zijn omgeving. De organisatie helpt gemeenschappelijke noden en knelpunten op te lossen via belangenbehartiging op alle relevante beleidsniveaus en binnen alle relevante gezondheidsvoorzieningen.