Pijnvrij bewegen: ‘Patiënten zijn te weinig op de hoogte van alternatieve behandelingen bij pijn’

Lage rugpijn als gevolg van slecht werkende darmen? Het kan. Het menselijke lichaam is een samenspel van processen. Dokter Daan De Coninck kijkt voor de behandeling van pijn- en gewrichtsklachten verder dan de reguliere geneeskunde.

Een zeurend gevoel in de rug door te lang te zitten, een peesontsteking na een dagje tuinieren, pijnlijke spieren bij het sporten, … We kennen allemaal de pijntjes en kwaaltjes van het dagelijkse leven die af en toe komen en gelukkig ook weer gaan. Maar soms kan spier- of gewrichtspijn langer aanhouden en zelfs chronisch worden. En dan wordt een snelle en effectieve behandeling van de klachten plots heel wat minder evident.

Daan De Coninck ziet zulke gevallen dagelijks passeren in zijn huisartsenpraktijk en het valt hem al langer dan vandaag op dat de klassieke medicatie bij pijnbestrijding nogal wat bijwerkingen met zich meebrengt. In zijn boek ‘Bewegen zonder pijn, spier- en gewrichtsklachten behandelen: start natuurlijk bij jezelf’ pleit hij daarom voor een meer integrale aanpak van spier- en gewrichtspijnen zonder de klassieke geneeskunde overboord te gooien. ‘De mens is meer dan zijn ziek orgaan of een pijnlijk lichaamsdeel. Het menselijke lichaam is een samenspel van processen. We moeten niet alleen kijken naar het probleem op zichzelf, maar ook naar bijvoorbeeld de voeding, het darmstelsel en de structuur van het skelet. Veel mensen zijn bovendien onvoldoende op de hoogte van andere mogelijkheden in de behandeling van pijn zoals neuroprolotherapie, prolotherapie en neuraaltherapie.’

Met zijn boek, dat de verschillende mogelijke pijnklachten en hun behandeling per lichaamsdeel, van de nek tot de knie, bespreekt aan de hand van specifieke cases en persoonlijke verhalen van patiënten, hoopt De Coninck vooral mensen de nodige informatie te geven om hen te leren meedenken met hun behandelende huisarts of orthopedist. ‘Het is nu eenmaal een feit dat de mens zich steeds meer bewust wordt van allerlei zaken, ook van zijn gezondheid. Daarom is het belangrijk dat patiënten met de nodige kennis van zaken een gesprek met hun huisarts kunnen voorbereiden. Ik denk dat dat voor de dokters zelf ook een aangename evolutie is. Medische behandelingen zijn immers geen eenrichtingsverkeer, maar een samenwerking tussen patiënt en arts.’

U pleit voor een holistische visie op de geneeskunde en het menselijke lichaam. Wat zijn volgens u de grootste tekortkomingen in de klassieke geneeskunde met betrekking tot de diagnose van pijn?

De Coninck: ‘Waar de klassieke geneeskunde zeer sterk in is, is het stellen van een diagnose. We kunnen niet ontkennen dat we vandaag over geweldige middelen beschikken in de vorm van magnetische resonantie en scanners. Ook de pijnbestrijding is in de reguliere geneeskunde absoluut niet slecht. Maar er zijn ook een aantal minder gekende terreinen die zeer nuttig kunnen zijn en die ervoor kunnen zorgen dat mensen minder hoeven te steunen op klassieke geneesmiddelen, die jammer genoeg al eens een keerzijde van mogelijke bijwerkingen kunnen hebben. Bij moeilijk te behandelen pijn die vanuit de zenuwen komt, gaan we bijvoorbeeld vooral inzetten op neuroprolotherapie, waarbij we op een gezonde manier de pijn gaan bestrijden, bij instabiliteit en slijtage bestaat er een regeneratieve therapie die prolotherapie heet en bij pure ontstekingen doen we dan weer een beroep op neuraaltherapie. Dat zijn allemaal therapieën die enkel door artsen kunnen worden gegeven. Bij chronische ontstekingen en pijn helpen ook voedingssupplementen het lichaam naar genezing te evolueren.’

U besteedt inderdaad in uw boek heel wat aandacht aan de werkzaamheid van voedingssupplementen. Nochtans wordt gezegd dat als je gezond en gevarieerd eet, je al die voedingssupplementen niet nodig hebt, want die stoffen zitten al in de voeding.

De Coninck: ‘Dat klopt grotendeels in het geval van gezonde, gevarieerde voeding, maar ik maak altijd graag de vergelijking met de paardensport. Een paard dat in de wei staat kan teren op gewone kost, een koerspaard daarentegen heeft nood aan krachtvoer omdat hij een extra prestatie moet leveren. Ook een mens die moet genezen, moet een extra prestatie leveren en kan krachtvoer in de vorm van voedingssupplementen gebruiken om het genezingsproces te ondersteunen. Preventief kunnen voedingssupplementen eveneens een bijdrage leveren, vooral bij mensen die wat ouder worden en bij het aftakelen wat extra ondersteuning nodig hebben of topsporters die zichzelf willen beschermen tegen spierscheuren en ontstekingen. Maar bij gezonde mensen zijn die supplementen minder essentieel.’

Ook lees ik in uw boek over het belang van ‘het lichaam te ontgiften’. In de klassieke geneeskunde bestaat daar nogal wat controverse over. Ons lichaam beschikt over natuurlijke ontgiftingsorganen zoals de lever en nieren waardoor ‘detoxen’ eigenlijk overbodig zou zijn?

De Coninck: ‘Dat is absoluut juist, maar zoals ik ook mijn boek aangeef, toont de ziekte-evolutietabel van dokter Hans-Heinrich Reckeweg aan dat het lichaam een aantal fases doorloopt met betrekking tot afvalstoffen. Een gezond lichaam kan al die stoffen perfect zelf opruimen, maar wanneer een kritische drempel van vervuiling overschreden wordt, beïnvloedt dat de celwerking en kan dat leiden tot ziektes. In een dergelijke situatie is het nuttig om het lichaam te ondersteunen in de vorm van een ontgiftingskuur. Dat wil niet zeggen dat dat zomaar bij iedereen altijd moet worden toegepast, maar wel in situaties waarin spontane genezing niet of nauwelijks gebeurt. Ons lichaam kan daarnaast ook verzuurd zijn door stress, slaaptekort, veel frisdrank en andere toegevoegde snelle suikers in de voeding. Wij meten de verzuring van het lichaam in de urine met een stick die de ph bepaalt of in het bloed aan de hand van de natriumbicarbonaatwaarden tijdens verschillende momenten. Als die waarden afwijken, kunnen we gaan bijsturen via de voeding of voedingssupplementen, sport en een gezonde levenswijze. In het boek beschrijf ik de casus van een manager met zware pijn, maar die niet reageerde op gelijk welke therapie. Uiteindelijk bleek de oorzaak een stressfactor op zijn werk te zijn. Van zodra die stressfactor wegviel, was ook de pijn verdwenen.’

U staat voor een holistische aanpak. Kan u begrijpen dat mensen met de wenkbrauwen fronsen als u hen vertelt dan hun rugpijn bijvoorbeeld het gevolg is van slecht werkende darmen? In onze westerse cultuur zit die visie minder goed ingebakken en verwacht de patiënt misschien een pilletje in plaats van voedingsadvies voor zijn rugpijn?

De Coninck: ‘Als de patiënt de juiste informatie krijgt, ziet hij al snel de logica ervan in. In het voorbeeld dat u aanhaalt, leg ik uit dat de darmen vasthangen in vliezen die op hun beurt weer aan de rug zijn aangehecht. De afvalstoffen in die vliezen kunnen langzaam doorsijpelen naar de rug en wanneer die vervuiling de kritische drempel overschrijdt, werkt dit ziektes in de hand. De kernboodschap in de holistische geneeskunde is het aanpakken van oorzaak en gevolg en dat is bij chronische pijn soms een werk van lange adem.’

U bent ook voorstander van een natuurlijke aanpak. Hoe staat u tegenover allerlei pijnstillende gels waar we in de reclame mee om de oren worden geslagen?

De Coninck: ‘Klassieke geneesmiddelen kunnen mensen snel en adequaat weer op de been helpen. In veel gevallen zijn dergelijke gels een welgekomen oplossing om de pijn snel te verlichten. Maar ik maak mij wel wat zorgen over de overconsumptie ervan. Het gevaar van pijnstillende gels zou kunnen zijn dat mensen daardoor geen pijn meer voelen en zo over hun grenzen gaan en nog meer schade aanrichten. Ook cortisonespuiten voor rugpijn zijn een doeltreffende manier in de pijnbehandeling, maar in de holistische geneeskunde probeer ik daarin niet te overdrijven.’

Hoe belangrijk is bewegen in de strijd tegen pijn?

De Coninck: ‘Ik raad de mensen aan om minstens drie keer een halfuur per week te sporten. Dat is uiteraard niet evident als je met zware pijn zit, maar zodra het medisch proces dat toelaat moedig ik mijn patiënten absoluut aan om te gaan sporten, waarbij ze beginnen met een lichte vorm van bewegen en dan al dan niet in samenspraak met een kinesist opbouwen naar meer intensieve sport. Dat een huisarts nu ook ‘beweging’ kan voorschrijven, waardoor je als patiënt een aantal uur training bij een erkende bewegingscoach terugbetaald krijgt, vind ik dan ook een fantastisch initiatief. Beweging is niet alleen een van de pijlers voor een goede gezondheid, maar ook van een effectief genezingsproces.’

Hebt u het gevoel dat de reguliere geneeskunde enigszins aan het verschuiven is naar een holistische visie?

De Coninck: ‘Ik merk inderdaad een zekere nieuwsgierigheid bij jongere huisartsen, maar ook oudere dokters staan daar steeds meer voor open. Wat betreft de voedingssupplementen is de kennis de afgelopen twintig jaar ontzettend toegenomen, waardoor heel wat huisartsen en specialisten die supplementen nu ook voorschrijven als een aanvulling op de rest. Ook osteopaten, chiropractors en kinesisten zijn een aanvulling op onze manier van werken. Ik denk dan ook dat we met hen in dialoog moeten treden, eerder dan elkaar te bestrijden.’

Tot slot. Wat is de belangrijkste boodschap die u met uw boek wil meegeven?

De Coninck: ‘Beperk je niet enkel tot de symptomen van het probleem zelf, maar ga samen met je arts op zoek naar de oorzaken. Probeer vervolgens op een zo gezond mogelijke manier jezelf te genezen. Bestrijd mogelijke pijnklachten preventief door gezond te eten en te bewegen, maar weet ook dat kleine pijntjes nu eenmaal horen bij het ouder worden. Dat is iets waar we ons bij moeten neerleggen.’