Medische wereld uit bezorgdheid over euthanasiewet bij ondraaglijk psychisch lijden
Zo’n veertig psychiaters, psychologen en hoogleraren van diverse universiteiten hebben in een open brief hun bezorgdheid geuit over ‘de zeer problematische evoluties in de wijze waarop in ons land euthanasie wordt verschaft in de psychiatrie’.
Aanleiding is een artikel van Associated Press (AP). Een journaliste van AP kon de hand leggen op de briefwisseling waarin professor Wim Distelmans, de bezieler van Levenseindeinformatieforum (LEIF) en van het Centrum voor Uitklaring van Levensvragen te Wemmel (ULteam), zich distantieert van psychiater Lieve Thienpont, met wie hij jaren heeft samengewerkt. Distelmans wil geen euthanasieverzoeken meer begeleiden die het ULTeam bereiken vanuit Vonkel, het inloophuis in Gent waar mensen met levenseindevragen terecht kunnen en waar Thienpont de leidinggevende psychiater is.
Dit conflict tussen artsen die bekend staan voor hun vurige verdediging van de euthanasiewet en hun pleidooi voor een soepele toepassing van euthanasie, ook bij niet-terminale patiënten die ondraaglijk psychisch lijden, doet de wenkbrauwen fronsen, schrijven een veertigtal psychiaters, psychologen en academici in de open brief. ‘Wie het artikel van AP leest, stelt vast dat rond alvast één psychiater, Lieve Thienpont, een praktijk van euthanasieverschaffing voor psychiatrische patiënten is ontstaan die niet alleen bij familieleden veel vragen oproept.’ Het bijna schouderophalen van beide centrale protagonisten van de euthanasiepraktijk in België, is volgens de schrijvers van de open brief ‘ronduit onrustwekkend’.
‘De twee petjes die Distelmans opzet, van euthanasie-bereide arts en controleur: dat zou elke redelijke toeschouwer in dit land onbehaaglijk moeten maken.’
Open brief
‘Hoe kan het dat dr. Thienpont nog nooit ‘op het matje is geroepen’ is, als professor Distelmans in zijn brief zelf suggereert dat de wet niet altijd is gevolgd? Die twee petjes die Distelmans opzet, van euthanasie-bereide arts en controleur: dat zou elke redelijke toeschouwer in dit land onbehaaglijk moeten maken.’
De ondertekenaars van de open brief vinden ‘de zeer problematische evoluties in de wijze waarop in ons land euthanasie wordt verschaft in de psychiatrie veel onrustwekkender’.
‘Het onrustwekkende betreft niet alleen de enkele personen die onzorgvuldig te werk zouden gaan, het betreft vooral de radicale onmogelijkheid om deze volgens de wet als onzorgvuldig te duiden. Een grondige evaluatie van de wet en transparante informatie zijn dan ook hoogdringend geworden, voor de beleidsmakers en de bredere civiele maatschappij, maar ook, zoals nu duidelijk blijkt, voor het werkveld zelf’, luidt het.
Ze verwijzen ook naar de euthanasiewet. ‘Euthanasie omwille van ondraaglijk en uitzichtloos psychisch lijden is erg problematisch. Het gaat immers om mensen die niet terminaal zijn en in principe nog vele jaren zouden kunnen leven. Uiterste behoedzaamheid is hier dan ook gepast, zowel klinisch als juridisch.’
De ondertekenaars doen een oproep aan de professionele gemeenschap van psychiaters om een debat ten gronde over euthanasie bij psychisch lijden te voeren.