Lessen uit de coronacrisis volgens Manu Keirse: ‘Ik hoop dat niet alle budget naar virusbestrijding gaat’
Waarom krijgen mensen in een toestand van kritieke geestelijke ontreddering geen intensieve zorgen zoals in de somatische zorg?, vraagt rouwexpert Manu Keirse zich af naar aanleiding van de coronacrisis.
Rouwspecialist Manu Keirse en auteur Leo Fijen schreven elkaar tijdens de coronacrisis brieven over eenzaam sterven en slechts beperkt afscheid kunnen nemen. Daaruit ontstond het boek ‘Het wonder van de kleine goedheid’, een boek voor allen die hun naaste hebben verloren in de coronacrisis en nog zoveel vragen en pijn hebben, maar ook voor allen die hun naaste op een ander moment moesten loslaten.
In onderstaande brief wijst Keirse op enkele belangrijke aandachtspunten in het quarantainebeleid.
Het isolement wordt voor sommige mensen te zwaar. Sommige ouderen die al wekenlang geen bezoek meer mogen ontvangen houden dit nauwelijks vol. Zondag is een 91-jarige vrouw weggelopen uit een woonzorgcentrum omdat ze het gebrek aan bewegingsvrijheid beu was. Ze liet een briefje na voor haar buurman. Na een zoekactie door de politie en de Cel Vermiste Personen werd ze vijf kilometer verderop teruggevonden. Ze lag onder een struik op een begraafplaats. Ze leek in slaap gevallen of bewusteloos.
Naar het ziekenhuis gebracht, bleek ze in goede gezondheid te verkeren, maar volgende dag is ze overleden. Symptomen van Covid-19 had ze niet. Mogelijk zijn de emoties van de zondag en de lange wandeling haar te veel geworden.
We moeten inderdaad vragen stellen in hoever het quarantainebeleid de gezondheid in al zijn facetten bevordert. Daarmee wil ik niet zeggen dat het geen noodzakelijk kwaad is. Maar voor mensen met psychische problemen is het afgesloten worden bijzonder moeilijk. Ook al is afsluiten van mensen met zware psychische problemen soms een benadering waarvoor wordt gekozen in de psychiatrie.
In de geestelijke gezondheidszorg kennen we de isolatie als dwangmaatregel. Maar terecht is men daar de laatste decennia zeer streng op geworden. Je moet duidelijke redenen hebben om iemand te isoleren en er bestaan regels over de zeer regelmatige en verplichte controles. Men is uiteindelijk gaan beseffen dat je iemand ook in totale verwarring kunt brengen als die dagenlang wordt geïsoleerd. Het is toch opvallend dat men in de geestelijke gezondheidszorg iemand die danig in verwarring is, en vanuit die verwarring ontoelaatbaar gedrag stelt, opsluit in een eenzame cel. Moet men niet eerder gaan zoeken van waaruit die verwarring is ontstaan? Misschien bestaan er ook wel emotionele virussen die ziektesymptomen veroorzaken. Is dat niet iemand die intensieve zorg behoeft?
Wanneer je in de somatische zorg in een zeer kritische toestand komt, word je opgenomen op een afdeling voor intensieve zorg waar ongeveer één verpleegkundige per patiënt, hoogstens één per twee patiënten, continu naast je bed staat. Welke geldige redenen kun je nu aanvoeren om mensen in een toestand van kritieke geestelijke ontreddering niet hetzelfde te bieden?
De somatische zorg heeft steeds meer middelen gekregen dan de geestelijke gezondheidszorg. Dat zien we ook in deze coronatijd. Alle beleid is gericht op het redden van levens. Dagelijks worden het aantal opnamen op intensieve-zorgafdelingen, in ziekenhuizen en de sterftecijfers meermaals in de media gecommuniceerd. We moeten levens redden.
Ik volg nu sinds het einde van vorig maand zeer nauwkeurig de overlijdensberichten in de krant – ik keek vroeger ook al elke morgen of ik er nog niet bij stond – maar nu ben ik nog meer dan vroeger op de leeftijd gaan letten. De gemiddelde leeftijd van de overleden mensen ligt na 200 sterfgevallen op 90 jaar. Dat is het punt waarboven en waaronder 50 % ligt. Lang niet al deze mensen waren besmet door het Covid-19-virus. En wellicht is er meer kans dat er bij jonge mensen een overlijdensbericht in de krant wordt geplaatst.
Het is zeer de vraag in welke mate eenzaamheid, gemis aan ondersteunende contacten voor sommige mensen een ernstiger vorm van lijden is. Ook al is het niet aan te tonen, het is de moeite waard om dit te overwegen. Ik hoop dat in de naweeën van de quarantaine niet alle budget zal gaan naar virusbestrijding, maar dat er evenveel aandacht zal zijn voor emotionele omkadering in zorgvoorzieningen, voor psychisch kwetsbare mensen en voor de geestelijke gezondheidszorg in zijn totaliteit. De geestelijke gezondheidszorg moet het in België nog steeds doen met slechts 6 % van het budget voor volksgezondheid.
Sterven in eenzaamheid
Een andere les die we uit de coronacrisis hopelijk zullen weerhouden is het belang van humane aanwezigheid op het stervensuur.
Vandaag hebben sommige mensen die kans niet gekregen. Maar realiseren we ons wel dat zonder quarantainemaatregelen ook regelmatig mensen eenzaam sterven.
In het kader van mijn doctoraatsstudie was een van mijn topics: hoe sterven mensen in een ziekenhuis. Ik bracht het sterven in het grootste ziekenhuis van België gedurende een jaar in kaart. Een vaststelling was dat vanaf de leeftijd van 80 een derde van de mensen alleen was gestorven. Ze werden dood gevonden, ook al ging het bijna altijd om te verwachten overlijdens. Dat deed me besluiten dat sterven vanaf de leeftijd van 80 een non-event was.
Wanneer ik verpleegkundigen met deze bevinding confronteerde waren ze verrast dat het percentage niet hoger was. Ik heb mij voor de verzameling van de gegevens moeten baseren op verklaringen van de verpleegkundigen van dienst op dat moment. Hun verrassing doet me besluiten dat de werkelijke cijfers nog hoger zouden zijn geweest, maar dat sociale wenselijkheid heeft meegespeeld bij het invullen van de documenten.
Eenzaam sterven heeft niet alleen met corona te maken, maar met aandacht.
Het wonder van de kleine goedheidIn tijden van eenzaam sterven en beperkt afscheid, Manu Keirse en Leo Fijen, ISBN 9789493161320, Uitgeverij Halewijn, 14.90 euro.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier