Is biovoeding gezonder dan conventioneel gekweekte producten?
In de opvolger van zijn bestseller ‘Gezond eten, gezond ouder worden’ gaat Eric De Maerteleire, bio-ingenieur en doctor in de Landbouwkundige en Toegepaste Biologische Wetenschappen, in op allerlei hele en halve waarheden over voeding. In deze voorpublicatie: is biovoeding gezonder dan conventioneel gekweekte producten?
Bio zit in de lift. In 2018 gaven we in Belgie met zijn allen 760 miljoen euro uit aan bioproducten, in Nederland 1,6 miljard euro. Maar zijn bioproducten nu gezonder dan conventioneel gekweekte producten? De discussie over biologisch en niet-biologisch geteeld voedsel moeten we vanuit verschillende hoeken bekijken, waaronder de impact op het milieu (fauna en flora) en op de mens. Bovendien moeten we wat de impact op de mens betreft een onderscheid maken tussen de effecten bij het toepassen van pesticiden en de toxiciteit ervan bij het opnemen van residuen via groenten en fruit. Andere punten van discussie zijn: zijn biologisch geteelde groenten en fruit gezonder dan conventioneel geteelde producten vanuit nutritioneel standpunt? Hebben biologisch gekweekte groenten en fruit een betere smaak?
Wat is de impact van pesticiden op het milieu?
Biologische landbouw is goed voor de biodiversiteit, bodemkwaliteit en de natuur op lange termijn.
In talrijke onderzoeken is vastgesteld dat het onoordeelkundig toepassen van pesticiden een negatief effect heeft op het milieu: resistentie van planten en (on)kruiden, het verdwijnen van soorten, zowel planten-, als insecten-, als vogel-, als (kleinere) diersoorten. Bij een goed gebruik bestaat dit gevaar veel minder. Biologische landbouw is goed voor de biodiversiteit, bodemkwaliteit en de natuur op lange termijn.
Ten tweede is vastgesteld dat bij toepassing ervan in de landbouw gevaar dreigt voor de mensen die blootgesteld worden aan dampen van de pesticiden (door het inademen) of ermee in contact komen via de huid. Als de voorgeschreven voorzorgsmaatregelen niet worden gerespecteerd, vergroot de kans op bepaalde vormen van kanker of op aantasting van het immuunsysteem. Vanuit deze hoek bekeken moeten we besluiten: hoe minder pesticiden, hoe beter.
Wat is de impact van pesticiden op onze gezondheid?
Het is verstandig om groenten en fruit altijd heel goed te spoelen en eventueel de buitenste bladeren (van bijvoorbeeld sla en selderij) te verwijderen.
Wat is het effect van pesticiden die we als residu op groenten en fruit binnenkrijgen, op onze gezondheid? Moeten we ons hierover zorgen maken? Het antwoord is verrassend: nee. De pesticiden die momenteel worden gebruikt, zijn veel minder toxisch dan twintig jaar geleden, ze hopen zich niet meer op in de voedselketen (denk maar de organochloorverbindingen zoals DDT van veertig jaar geleden) en ze zijn ook goed en snel biologisch afbreekbaar in het milieu. De veiligheidsmarges – de zogenaamde maximale residulimiet of MRL -waarde – die worden ingebouwd wat betreft residuen, zijn ook vrij scherp en goed onderbouwd. Bovendien is de controle op residuen in Belgie en Nederland goed georganiseerd en tonen cijfers aan dat heel wat voedingsmiddelen uit de klassieke landbouw geen pesticiden bevatten. Slechts in een beperkt aantal gevallen worden de MRL -waarden overschreden. In 2018 bijvoorbeeld bleef 98% van alle onderzochte producten onder de wettelijk vastgestelde MRL -waarde. Bij overschrijding werden de nodige beschermende maatregelen genomen (zoals uit de handel nemen).
De mogelijk kleine hoeveelheden residuen die worden aangetroffen op een aantal fruit- en groentesoorten hebben geen negatief effect op de gezondheid, zelfs bij een geadviseerde opname van gemiddeld 300 gram groenten en 250 gram fruit per dag. Dit is al voldoende aangetoond. Volgens de Nederlandse Gezondheidsraad is het in dat opzicht niet wetenschappelijk aangetoond dat bioproducten gezonder zijn dan conventioneel gekweekte producten.
Ook het Voedingscentrum onderschrijft deze bewering. Zo bracht in maart 2006 in Nederland het RIKILT , een instituut voor voedselveiligheid, een omvangrijk rapport uit, getiteld Contaminanten en micro-organismen in biologische producten. Vergelijking met gangbare producten, waaraan ook de biologische sector zijn medewerking had verleend. Er werden geen residuen van pesticiden aangetroffen in de onderzochte monsters biologische en gangbare tarwe, wortel en aardappel.
De algemene conclusies zijn dat, hoewel een aantal resultaten wijst op verschillen tussen biologische en gangbare teeltwijze, er geen congruente en eenduidige nadelen zijn bij de consumptie van een van beide groepen producten.
Het Wetenschappelijk Comite van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) stelt dat voor de meeste pesticideresiduen de blootstelling 100 keer lager is dan de aanvaardbare dagelijkse inname (ADI). Bijkomende bewerkingen, zoals wassen en schillen, resulteren in een blootstelling die vermoedelijk vijf tot zes keer lager is. Het is dus verstandig om groenten en fruit altijd heel goed te spoelen en eventueel de buitenste bladeren (van bijvoorbeeld sla en selderij) te verwijderen. Schillen is niet noodzakelijk, want dan gooi je de sterke antioxidanten weg, terwijl dit juist een heel sterk pluspunt is van fruit en sommige groentesoorten (zoals komkommer en courgette). Het FAVV pleit wel voor extra onderzoek bij kinderen tussen twee en vijf jaar. Bij een hoge consumptie van groenten en fruit kan bij hen de ADI wel worden overschreden, tenminste als je geen rekening houdt met de verwachte afname van het residugehalte na culinaire activiteiten (zoals koken, schillen, wassen). Voor deze leeftijdsgroep is het dus beter om fruit en groenten te wassen en te schillen in afwachting van meer onderzoek.
Hebben biologische producten een hogere voedingswaarde?
Er wordt dikwijls beweerd dat biologische producten een hogere voedingswaarde hebben dan conventioneel gekweekte producten. Dit blijkt niet waar te zijn. Een grootschalig onderzoek aan de universiteit van Gent uit 2007 toonde aan dat biogroenten niet altijd gezonder zijn. Integendeel zelfs, sommige bioproducten bevatten opvallend minder vitamines dan de gewone. Enkele conclusies uit het onderzoek: biowortel scoort beter voor het gehalte aan β-caroteen dan conventionele wortel, slechter voor vitamine C en kalium, en even goed voor calcium. Biosla bevat meer kalium en calcium dan gewone sla, maar minder luteine, en evenveel β-caroteen. Bioaardappelen bevatten minder vitamine C, kalium en calcium, maar meer chlorogeenzuur en glycoalkaloiden. Biotomaten zijn rijker aan vitamine C en β-caroteen, maar bevatten minder kalium, calcium en lycopeen. De onderzoekers besluiten dan ook: ‘Gezondheidsclaims zijn vooralsnog uitgesloten. Afhankelijk van het voedingsmiddel scoort bio soms beter en soms slechter dan zijn gangbare tegenhanger.’
Wat zegt de wetenschap over het verschil tussen biologische en conventionele teelt?
In 2009 hebben onderzoekers van het Louis Bolk Instituut in Driebergen en van het RIKILT in Wageningen een metastudie uitgevoerd naar de veiligheid, kwaliteit en algemene effecten op de gezondheid van biologische producten in vergelijking met de gangbare conventionele producten. Op basis van het recente onderzoek ter zake zijn zij tot de volgende vaststellingen gekomen – ik citeer:
- Biologische plantaardige producten bevatten gemiddeld genomen iets hogere gehalten aan quercetine, vitamine C, overige antioxidanten en bioactieve stoffen. Men spreekt wel over ‘gemiddeld’: in sommige studies worden lagere waarden gevonden, in andere hogere. Dit geldt bijvoorbeeld voor vitamine C, mineralen, eiwitgehalte en droge stof.
- Biologische melkproducten bevatten een hoger gehalte aan omega 3-vetzuren en CLA (geconjugeerd linolzuur, een gunstig vetzuur) dan gangbare melkproducten. Ook het vitamine E-gehalte ligt hoger. Deze fenomenen zijn vooral merkbaar in de zomerperiode, wanneer de dieren buiten grazen.
- Er zijn duidelijke aanwijzingen dat biologische producten eerder minder dan meer schimmeltoxines bevatten dan gangbare producten.
- Het nitraatgehalte van biologische gewassen ligt over het algemeen lager dan bij gangbare gewassen. Echter, af en toe worden voor sommige producten ook tegengestelde resultaten gevonden.
- Er is een beperkt aantal vergelijkende studies waaruit blijkt dat gangbare producten meer residuen van gewasbeschermingsmiddelen bevatten dan biologische. Dit mag op basis van de regelgeving ook worden verwacht. Eventuele gehalten gevonden op gangbare producten zijn vrijwel altijd onder de norm.
- Er zijn geen aanwijzingen dat biologische granen, aardappelen en groenten meer zware metalen bevatten. Soms lijkt het loodgehalte iets verhoogd, maar de hoeveelheden blijven onder de norm.
- Er zijn duidelijke aanwijzingen dat eieren van kippen met vrije uitloop meer dioxines bevatten.
- Er zijn duidelijke aanwijzingen dat de aanwezigheid van antibioticaresistente bacterien bij biologische varkens en kippen lager is dan bij gangbaar gefokte dieren.
- Er zijn duidelijke aanwijzingen dat de aanwezigheid van de ziekteverwekkende bacterie Campylobacter bij biologische vleeskuikens hoger is.
- Er zijn lichte aanwijzingen dat de aanwezigheid van een andere ziekteverwekkende kiem Salmonella bij biologische varkens lager is.
Wat betreft de effecten van biologische voeding op de gezondheid merken de onderzoekers op dat er een aantal aanwijzingen zijn die wijzen op een mogelijk positief effect, maar dat het aantal studies te gering is om hier duidelijke uitspraken over te doen. Het is dus voorbarig om conclusies te trekken met betrekking tot de relatie tussen biologische voeding en gezondheid. Dat biologische producten niet voedzamer zijn dan gewone producten, wordt bevestigd door een groot onderzoek, uitgevoerd in 2009 aan de London School of Hygiene and Tropical Medicine en gepubliceerd in het bekende tijdschrift American Journal of Clinical Nutrition. Onderzoekers analyseerden kritisch de resultaten van 162 relevante onderzoeken gedurende de voorbije 50 jaar en concludeerden dat er geen bewijs is dat voedingsstoffen in biologische producten anders dan of superieur zouden zijn aan die in gangbare producten. Het betrof zowel groenten en fruit, als biologische eieren, vlees en melkproducten. In deze studie werd enkel naar de nutritionele waarde gekeken en niet naar resten van pesticiden of andere contaminanten. Als de onderzoekers al verschillen vaststelden in sommige studies, was dit te wijten aan onder meer verschillen in rijpheid bij de oogst of door verschillen in de manier van bemesten.
De Britse Food Safety Authority (FSA), de opdrachtgever van de studie, staat pal achter de conclusies hiervan. Professor Frank Devlieghere, microbioloog aan de universiteit van Gent, stelt het als volgt: ‘Zo mogen veel minder fungiciden worden gebruikt [in de biologische landbouw], wat maakt dat grondstoffen sneller kunnen beschimmelen. Dat zien we bijvoorbeeld bij bioappels aan de boom. Het is dus geen zwart-witverhaal.’
Trouwens, dat het niet bewezen is dat wie consequent biologisch eet gezonder is, wordt ook bevestigd door het Vlaams Centrum voor Agro en Visserijmarketing (VLA M).
Wat is de kostprijs van bioproducten?
Bioproducten zijn duurder, onder meer omdat ze op kleinere schaal worden geproduceerd. Biologische versproducten kosten gemiddeld 40% meer dan gangbare producten, berekende de VLAM. Een bio-eitje is bijna dubbel zo duur als een standaard scharrelei. Biolandbouw gebruikt ook meer land en meer water voor dezelfde opbrengst, en door geen chemische pesticiden te gebruiken gaat mogelijk meer product verloren bij de kweek (uitval). Ook de biologische voetafdruk van bioproducten is niet altijd beter. Zo komen bijvoorbeeld bioaardappelen altijd slechter uit de vergelijking met gewone aardappelen. Dat komt omdat de gangbare methode om dat te meten – ook bij de Europese Unie – een levenscyclusanalyse (LCA) is. Zo’n LCA-studie bepaalt de milieudruk per kilogram opbrengst en die is altijd hoger bij conventioneel geteelde aardappelen. Daarom komen de voordelen die bio heeft voor bodem en natuur in dat soort onderzoeken nooit goed uit de verf.
Smaken bioproducten beter?
Ten slotte hoor je dikwijls nog zeggen dat bioproducten beter zouden smaken dan conventionele producten. Veel dubbelblind uitgevoerde onderzoeken met wetenschappelijke smaakpanels – de bekende triangle test – ondergraven deze stelling. Als je natuurlijk op voorhand de bewuste keuze hebt tussen een bioproduct en een ander, is er beinvloeding en zijn de conclusies niet meer neutraal en zijn ze zeer subjectief gekleurd.
Conclusies
- Er is onvoldoende wetenschappelijk bewijs dat bioproducten gezonder zijn dan conventionele producten – er is wel bewijs in overvloed dat plantaardig eten in het algemeen gezond en milieuvriendelijk is.
- Bioproducten verdienen beslist een plaats in het voedingsaanbod. Ze zijn goed, maar de conventionele producten zijn dat ook.
- Als je op dierenwelzijn, biodiversiteit en natuur wilt letten, zijn biologische producten een goede keuze. Maar ook hier is enige nuance geboden: de klimaatimpact en het landgebruik van biologische producten is vaak hoger dan gangbaar, omdat de opbrengsten lager uit kunnen vallen en de dieren langzamer groeien en meer ruimte (moeten) krijgen.
- Bioproducten zijn meestal ook duurder dan klassieke producten. Of je beslist bio te kopen hangt af van vele factoren, waarbij ethische en zelfs filosofische overwegingen een rol spelen.
- Laten we ook niet vergeten dat mensen die biologisch gekweekt voedsel eten in de regel ook een gezonder voedingspatroon hebben. Ze consumeren meer groenten en fruit, volkorenproducten en minder vlees, vleeswaren en frisdranken. Op die manier is hun voeding evenwichtig en gezond. Misschien ligt de gezondheidswinst wel daaraan en niet aan het feit dat ze bioproducten consumeren.
Aan jou de keuze, maar als je het mij vraagt… eet dat conventioneel geteeld appeltje toch maar op met schil en al!
Hele en halve waarheden en complete onzin over voeding, Eric De Maerteleire, uitgeverij: Manteau, ISBN: 9789022337226, 336 pagina’s, 24,99 euro.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier