John Crombez (SP.A)
‘In Vlaanderen stappen tienerpooiers met een brede glimlach de rechtbank uit’
Meer dan twee jaar na het actieplan van Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) ‘voor een betere bescherming van slachtoffers van tienerpooiers’, trekt SP.A-voorzitter John Crombez aan de alarmbel. ‘Na verloop van tijd is het geen schuldig verzuim meer, maar is men medeplichtig.’
Anderhalf jaar geleden leerde ik sommigen onder hen goed kennen. Amper ouder dan veertien of vijftien zijn ze vaak. Het zijn meisjes die hier bij ons, in het welvarende Vlaanderen, ten prooi vallen aan jonge mannen die hen schaamteloos seksueel uitbuiten – en dat telkens opnieuw. Het jongste slachtoffer waar ik weet van heb, was pas elf jaar oud toen ze elke avond aan de slag moest als escorte in Antwerpen.
In Vlaanderen stappen tienerpooiers met een brede glimlach de rechtbank uit.
Vaak getraumatiseerd en stuurloos duiken ze op bij instellingen die hen kunnen helpen om daarna weer wekenlang van de radar te verdwijnen – wellicht opnieuw in de greep van hun tienerpooier. De ‘vertrouwensband’ met hun pooier is voor de buitenwereld onverklaarbaar. De verhalen die ze ons tijdens gesprekken uiteindelijk durven toe vertrouwen, zijn gruwelijk. De realiteit is dan ook bikkelhard: als koopwaar worden ze verkocht aan de hoogste bieder.
Namen van slachtoffers uit oude dossiers komen steeds opnieuw weer boven. Verstrikt in het web zijn ze. Vrijwilligers staan paraat om de meisjes – zeker met honderden zijn ze in Vlaanderen – opnieuw een toekomst te geven. Maar elke keer opnieuw beginnen, daar worden op den duur ook zij moedeloos van. Zeker wanneer eenzelfde meisje na drie maanden nog maar eens aanbelt in het midden van de nacht, op zoek naar een bed, op zoek naar bescherming. Ze is weer voor even bevrijd uit de klauwen van haar pooier, dat wel ja, maar hoelang zal ze deze keer vrij zijn? Je zou voor minder je vertrouwen verliezen in ‘het systeem’.
Er moet iets scheef zitten in de manier waarop we het probleem als samenleving aanpakken. Ja, meer dan twee jaar geleden stelde minister van Welzijn Jo Vandeurzen wel een goedbedoeld actieplan op – dat onder meer extra opvangplaatsen beloofde – maar de situatie is nog altijd dramatisch. Ondanks hun afgrijselijke daden lopen tienerpooiers vandaag nog altijd in alle vrijheid rond, hebben ze geld en kunnen ze ongemoeid via het internet nieuwe slachtoffers maken. En terwijl die meisjes nog veel te vaak aan hun lot worden overgelaten, relativeert en minimaliseert het Agentschap Jongerenwelzijn te vaak de schrijnende stand van zaken.
Wanneer een overheid een kind, dat bijvoorbeeld meerdere keren slachtoffer is geworden van een groepsverkrachting, niet beschermt, niet verzorgt, niet helpt en niet steunt, dan valt er helemaal niets te relativeren. Dan stel je alles in het werk om je aanpak te veranderen, om in te grijpen en die meisjes opnieuw iets te geven wat op het begin van een leven lijkt.
Wel, in Vlaanderen gebeurt dat niet. Vandaag stappen tienerpooiers met een brede glimlach de rechtbank uit omdat hun slachtoffers soms zelfs niet de verdediging en de aandacht krijgen die ze verdienen. Vandaag moeten rechters zwaar getraumatiseerde kinderen toewijzen aan privépersonen en aan vrijwilligers omdat de overheid niet thuis geeft. Omdat er in de verste verte geen overheid te bespeuren is die hen de nodige veiligheid biedt en de nodige zorg verzekert. Vandaag wordt zelfs het weinige dat die kinderen hebben, zoals de centen waar ze recht op hebben, niet beschermd door wat we in Vlaanderen de ‘jeugdbescherming’ noemen. Na verloop van tijd is het geen schuldig verzuim meer, maar is men medeplichtig.
Als we er meer dan twee jaar na het actieplan van de minister slechter aan toe zijn, is het tijd om de fouten uit het verleden te erkennen in plaats van ze te blijven proberen verantwoorden.
Een aantal politici in Vlaanderen erkent dit schandaal. Dat is hoopgevend. Want als we er meer dan twee jaar na het actieplan van de minister slechter aan toe zijn, is het tijd om de fouten uit het verleden te erkennen in plaats van ze te blijven proberen verantwoorden. Dat betekent in de eerste plaats dat we de gaten in onze wetten moeten dichten zodat die tienerpooiers wél hard worden aangepakt, hun straf niet ontlopen en hun netwerk – desnoods met de oprichting van een crisisteam – ontmanteld wordt. En dat betekent ook dat we in Vlaanderen een échte werking op poten moeten zetten die die kinderen wél in veiligheid brengt, wél beschermt, wél verzorgt en wél langdurig therapie geeft. Dat moet gebeuren op plaatsen waar alle banden met hun pijnlijke verleden worden doorgeknipt; waar contact met dat malafide netwerk niet langer mogelijk is; waar een vakkundig multidisciplinair team – van verplegers tot dokters, van psychologen tot leerkrachten en welzijnswerkers – op een professionele manier aan de slag kan gaan. En ja dat zal geld kosten. So what? Of geldt het idee dat kinderen alle kansen verdienen op een gelukkig leven niet voor elk kind?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier