Vrije Tribune
‘Hef het e-sigaretverbod in de gevangenis op’
Hoe kan het recht op roken in de gevangenis zo gewaarborgd worden dat ook de rechten van niet-rokers beter worden gerespecteerd? Vlaams Instituut Gezond Leven en Kom op tegen Kanker houden een pleidooi voor een rookbeleid in gevangenissen.
Deze opinie is mede gebaseerd op info verkregen van gedetineerden en penitentiair personeel uit verschillende gevangenissen.
Belandt een niet-roker in de gevangenis, dan zet de nieuwe omgeving hem aan om roker te worden. Idem voor de ex-roker. Zo is er het schrijnende verhaal van een rokende gevangene die tijdens zijn detentie de diagnose longkanker krijgt. Hij kan gelukkig behandeld worden met immuuntherapie en bij zijn vrijlating is hij zo goed als genezen verklaard en gestopt met roken. Maar de man belandt na verloop van tijd opnieuw in de gevangenis, waar hij bij het onthaal een gratis pakje tabak krijgt. En dus opnieuw begint te roken.
In veel Belgische gevangenissen krijgen gedetineerden die het willen inderdaad gratis tabak bij het binnenkomen. Tabak heeft in de gevangenis tal van functies: stressbestrijder, statussymbool, sociaal glijmiddel, ruilmiddel … Elke gevangenis telt ook enorm veel rokers. Gemiddeld driekwart of meer van de gevangenen rookt. Tabaksgebruik hangt er vaak ook samen met ander druggebruik. Al die rokers bepalen mee de norm.
22 uur per dag verkommeren in de tabaksrook
Er mag in de gevangenis nergens binnen gerookt worden, behalve in de eigen cel. Ook dat heeft gevolgen: hoge concentraties sigarettenrook in de gangen en binnenruimten, want de cellen gaan overdag vaak open. De minderheid van niet-rokers zit met de meerderheid van zware rokers op cel. Dag en nacht en vaak jarenlang. Driekwart van de gedetineerden wordt in de eigen cel blootgesteld aan tabaksrook, de helft tot meer dan 5 uren per dag. Gedetineerden die niet werken, niet sporten en geen opleiding volgen en alleen 2 uur uit hun cel zijn voor een wandeling, verblijven dagelijks 22 uur in een ruimte van ongeveer 10m² met 1 of zelfs meerdere gedetineerden die waarschijnlijk roken. Een rookvrije cel opeisen kan niet, want die zijn in feite onbestaand. Wie daar moeilijk over doet en weigert samen te zitten met een roker heeft veel kans om in een (rookvrije) isolatiecel te belanden. In realiteit wordt er bijna nooit rekening gehouden met het rookgedrag bij de verdeling van de al beperkte plaatsen.
Hoe ernstig moeten we dit nemen naast de problemen van overbevolking, oude infrastructuur, drughandel en -gebruik, overbelast personeel? Tabak is een sluipmoordenaar, ook voor de niet-rokende gevangenen en personeelsleden die onvrijwillig meeroken. Sigarettenrook zit vol giftige, kankerverwekkende stoffen. Wie regelmatig tweedehandsrook inademt, heeft een veel grotere kans op allerlei aandoeningen, maar ook op hartziekten en longkanker. Hoe meer blootstelling op een dag en hoe langer de blootstelling in de loop der jaren, hoe groter het risico. Hoe kleiner de ruimte, hoe geconcentreerder de rook. In de meeste verouderde gevangenissen is de ventilatie bovendien zeer slecht.
Gevangeniscel is privéterrein… voor de roker
De wet van 22 december 2009 legt een rookverbod op in gesloten plaatsen toegankelijk voor het publiek, maar voorziet ook een uitzondering. Artikel 11, § 2 stelt dat roken wél kan in de privéruimten in gesloten instellingen. De gevangeniscel is privéterrein, volgens deze redenering. Dit werd ook door het Grondwettelijk Hof bevestigd. Onze interpretatie? De cel is alleen een privévertrek voor de rokende gevangene. Niet voor de niet-roker die er ook ‘woont’. En niet voor het personeelslid dat er vaak komt.
Hun recht op gezondheid moet het afleggen tegen het recht op een (ongezond) privéleven en botst op de autonomie van de roker. Hoe dit berustende pragmatisme, mee ingegeven door de vele problemen waarmee het gevangeniswezen kampt, doorbreken? Hoe het recht op roken zo waarborgen dat ook de rechten van niet-rokers beter worden gerespecteerd? Door in deze omgeving een begin te maken met een echt rookbeleid en te kijken naar landen die het veel beter doen dan wij.
Rookstophulp, ook voor gevangenen
Het zou een grote stap voorwaarts zijn als roken in de gevangenis alleen nog mag op bepaalde momenten, in aparte en daarvoor uitgeruste rookruimtes binnen en in zones buiten. Een rookbeleid moet inzetten op een omgeving en afspraken die roken ontmoedigen, waarbij gevangenen effectieve rookstophulp krijgen aangeboden of een alternatief voor roken. Zo beperk je detentieschade en creëer je een gezondere werkomgeving voor personeelsleden. Maar dat is vandaag toekomstmuziek. Niemand kan een rookbeleid opzetten in een omgeving die doordrongen is van tabaksrook. Wat moet er dan eerst gebeuren, volgens ons?
Schrap om te beginnen artikel 11, § 2 van de wet van 22 december 2009, en dit voor alle gesloten instellingen. Alleen zo kunnen er afzonderlijke rookruimten voor gedetineerden komen als een alternatief voor de huidige ‘private’ ruimtes. Een recent advies van het Belgisch Raadgevend Comité voor Bio-ethiek over het al dan niet invoeren van een (gedeeltelijk) rookverbod in forensische psychiatrische instellingen wijst eveneens op deze noodzakelijke wetswijzing. Het advies legt ook de link met de gevangenissen.
Hef ook het e-sigaretverbod in de gevangenis op. Maak het onderscheid tussen het roken van tabak en het gebruik van nicotine op een veiligere manier. De Hoge Gezondheidsraad maakte in een recent advies duidelijk dat de e-sigaret voor rokers een beter alternatief en rookstopmiddel is. En dat ze een positieve rol kan spelen in een rookbeleid gericht op hardnekkige rokers, zoals gevangenen. Ook het advies van het Comité voor Bio-ethiek vermeldt het mogelijke nut van de e-sigaret binnen een strategie van schadebeperking, gericht op rokers die niet kunnen stoppen. Het geeft verder aan dat de e-sigaret veel minder schadelijk is voor derden en veel minder geur nalaat. Daarom vragen de auteurs aan de bevoegde instanties om na te gaan in welke mate ze als alternatief kan aangeboden worden in gesloten instellingen. Het is inderdaad zo dat het risico van passief vapen voor omstanders wellicht klein is in vergelijking met dat van passief roken.
Toch is de e-sigaret in onze gevangenissen vandaag verboden omwille van veiligheidsredenen. Misschien is er ook de vrees dat het apparaatje zal gebruikt worden om andere drugs dan nicotine tot zich te nemen? Maar dit zijn geen overtuigende argumenten om het bestaande beleid voort te zetten. Dat leren ons landen als het Verenigd Koninkrijk waar de e-sigaret als instrument binnen een rookbeleid in deze setting een succesfactor is.
Geen gratis tabak meer, wel rookvrije cellen
Gevangenissen moeten ook stoppen met het gratis uitdelen van tabak. Dat is trouwens in strijd met de wet. Er mag geen promotie gemaakt worden voor tabaksproducten, en dit is er een vorm van. Wij zullen aan de controledienst van de FOD Volksgezondheid vragen om contact op te nemen met de gevangenisdirecties en hierover opnieuw duidelijke afspraken te maken.
Start ook met het aanbieden van meer rookvrije cellen in de gevangenis. Dat is een noodzakelijke stap om te kunnen evolueren naar de eerste rookvrije afdelingen en het begin van een rookbeleid. Ca. 20% van de gedetineerden rookt vandaag niet. Hou als gevangenis 5% à 10% van de cellen volledig rookvrij voor hen. Zo zullen deze cellen alvast niet leeg komen te staan in de startfase. Er zal daarna een wachtlijst ontstaan van niet-rokers die willen verhuizen naar een rookvrije cel, vergelijkbaar met de al bestaande wachtlijsten voor een aangepaste begeleiding en soepeler regime. Daarbij kan het rookvrije regime ook aantrekkelijker gemaakt worden, bv. door meer sport en ontspanning aan te bieden. Het budget dat men nu uitgeeft aan gratis tabak kan zo dienen voor gezondere doelen.
Onmogelijk om komaf te maken met de huidige aanpak in ons land? In Engeland, Wales en Schotland staan ze al veel verder dan wat wij hier voorstellen. Daar zijn de gesloten gevangenissen al 5 jaar volledig tabaksvrij. De verschillende stappen in het proces gingen gepaard met de nodige uitdagingen, maar het resultaat is positief voor alle betrokken partijen.
Stefaan Hendrickx, Pieter Debognies (beiden stafmedewerkers tabak Vlaams Instituut Gezond Leven), Anne-Sophie Versweyvelt (onderzoeker-jurist Kom op tegen Kanker) en Ann Gils (directeur Preventie & Vroegopsporing Kom op tegen Kanker). Hendrickx is ook expert tabak en e-sigaret voor de Hoge Gezondheidsraad
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier