Lode Godderis

‘Ziekteverzuim tegengaan?  Doktersbriefje herlanceren en werkgevers bestraffen zijn niet de oplossing’

Lode Godderis Hoogleraar arbeidsgeneeskunde aan de KU Leuven en CEO van IDEWE

‘Er zijn tal van hefbomen voor minder ziekteverzuim, en de supernota behandelt daar zeker al een aantal van. Laat ons echter stoppen met controle en bestraffing als zaligmakend te zien’, schrijft Lode Godderis na het lekken van de laatste onderhandelingsnota van formateur Bart De Wever.

Het doel van de supernota van formateur Bart De Wever om ziekteverzuim terugdringen is nobel, en nodig. Over de voorgestelde maatregelen – in het bijzonder twee die focussen op controle en bestraffing – valt echter te discussiëren. De ene, het ziektebriefje weer versterken, zal alvast niks bijdragen, integendeel. De tweede, de responsabilisering van werkgevers, heeft wel merites qua doelstelling, maar ze ‘straffen’ door ze vier maanden 30 procent uitkering te laten meebetalen is niet de oplossing.

Eerst over het ziektebriefje. Al heel lang wijst alles erop dat dat systeem geen ziekteverzuim voorkomt. Bovendien sluit de focus op controle net de deur richting communicatie en dialoog met het oog op latere werkhervatting – en doet het zo het ziekteverzuim stijgen in plaats van dalen. Dat was niet voor niets een kernpunt in mijn re-integratiemanifest en mijn recent boek ‘Vertrouwen Zonder Voorschrift’.

De eerdere afschaffing van het ziektebriefje-voor-één-dag terugdraaien, en de focus wéér richting controle verleggen, zou net een grote stap achteruit zijn, wég van het grotere einddoel: een succesvoller en structureler re-integratieproces en een gezonde aanwezigheid. Daar bestaan zoveel sterkere hefbomen voor die door het ziektebriefje worden tegenwerkt.

Met het ziektebriefje wil men misbruik tegengaan, maar het briefje zorgt er net voor dat misbruik in de onderneming moeilijker kan worden aangepakt. De verantwoordelijkheid ligt bij de werknemer en werkgever en niet bij de arts. Misbruik is immers een werkhouding- en functioneringsprobleem dat op het werk moet besproken worden, geen medisch probleem dat behandeld moet worden in een consultatieruimte.

De supernota doet alvast een poging om die responsabilisering van de werkgever te verhogen, maar of dat moet gebeuren door ze vier maanden lang 30 procent van de uitkering te laten betalen, is zeer twijfelachtig. Als je via financiële drivers gedrag wil sturen, moet er direct een koppeling kunnen zijn met hetgeen je wil dat bedrijven doen. Bestraffen op uitkomst is in deze geen goede zaak omdat je als bedrijf wel een verantwoordelijkheid hebt, maar geen volledige impact hebt op het resultaat. Ik ken immers geen enkel bedrijf dat het leuk vindt, zowel op menselijk als operationeel vlak, om zijn mensen langdurig ziek te zien.

Dat is dus het probleem niet: als werknemers langer dan nodig thuis zitten, ligt dat meestal aan – begrijpelijke want in ons complex systeem ingebakken – onwetendheid over de juiste re-integratieaanpak. Dié moeten we aanpakken en financieel incentiveren in plaats van financiële straffen uit te delen: bovenop de vele lasten die werkgevers vandaag al dragen rond ziekte, zal die maatregel bedrijven die het financieel al niet breed hebben, in de problemen brengen. Ook dreigt het risico dat werkgevers werknemers hun langdurige ziekte gaan kwalijk nemen, en hen om de verkeerde reden weer aan het werk zullen dwingen. Dat is zeker niet de weg richting duurzame re-integratie.

Richting dialoog


Als het ziektebriefje en financiële straffen niet werken, wat werkt dan wél? In plaats van via een smsje en/of mailtje-met-ziektebriefje aan HR, zou net een telefonisch gesprek met de directe leidinggevende moeten plaatsvinden. Dat verhoogt niet alleen de drempel om je zonder reden ziek te melden, maar opent ook meteen de deur richting dialoog rond de latere werkhervatting en zorgt ervoor dat er afspraken kunnen worden gemaakt over de overdracht en regeling van het werk met de collega’s tijdens de afwezigheid.

Zeker als de uitval langduriger blijkt is dat belangrijk, want we weten al heel lang dat hoe langer de band tussen werkgever en werknemer verbroken blijft, hoe lager de kans is op een geslaagde re-integratie. Geen controle staat niet gelijk aan geen opvolging – hierbij dus nogmaals mijn pleidooi voor blijvend en transparant contact vanaf het moment van uitval, waarbij werkgever zorgt voor de werknemer en de werknemer mee zorg draagt voor het werk en de collega’s.

Ook opent zo’n gesprek meteen een veel breder scala aan opties dan het binaire oordeel ‘geschikt’ of ‘ongeschikt’ om te werken, waar het klassieke ziektebriefje ons mee opzadelt. Misschien voelt de werknemer zich niet goed genoeg om naar het werk te komen, maar kan – en vooral: wil – die wel van thuis een aantal taken uitvoeren bijvoorbeeld.

Daarom pleit ik al zo lang voor defitnote: daarbij geeft de huisarts aan wat een patiënt wél nog kan in plaats van enkel te focussen op dat we de patiënt niet kan. De fitnote dwingt artsen om mee na te denken over die mogelijkheden. Ook Voka is daar voorstander van.

Kortom, er zijn tal van hefbomen voor minder ziekteverzuim, en de supernota behandelt daar zeker al een aantal van. Laat ons echter stoppen met controle en bestraffing als zaligmakend te zien. Dat wérkt niet. Wat wél werkt is communicatie, contact en coöperatie – dáármee gaan we ziekteverzuim terugdringen.

Lode Godderis is CEO van externe preventiedienst IDEWE en professor arbeidsgeneeskunde aan de KU Leuven.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content