De wetenschap achter vet: het is een wonder dat vrouwen kunnen afvallen
Biochemicus en ervaringsdeskundige Sylvia Tara schreef een bijzonder leerrijk boek over vet. We zien het volgens haar helaas nog als onze grote vijand, terwijl het dat niet is. Misschien heeft de natuur wel goede redenen om ons vet te houden, ondanks al onze pogingen om het te verwijderen? Een fragment.
Het is echt zo. Het leven is niet eerlijk. Dat geldt ook voor vet. Vrouwen klagen al jaren dat mannen veel meer kunnen eten dan zij en niets aankomen. Er zullen weinig vrouwen zijn die zich hierover niet opwinden. En nu heeft de wetenschap aangetoond dat vrouwen gelijk hebben. Zoals gewoonlijk.
Op alle continenten en in elk ras en in elke cultuur slaan vrouwen meer vet op dan mannen. Alleen de voedselopname is geen verklaring voor het verschil in het vasthouden van vet. Beide geslachten consumeren ruwweg hetzelfde percentage vet als onderdeel van hun eetpatroon, ongeveer een derde van alle calorieën, en mannen krijgen bij elk bmi over het geheel genomen meer calorieën binnen dan vrouwen.
Mannen en vrouwen verwerken voedsel echter anders, voornamelijk door genen, hormonen en de biochemische trajecten die voedsel al dan niet in vet omzetten. Het verschil tussen mannen en vrouwen is bij de geboorte al zichtbaar. Onderzoekers aan de universiteit van Zaragoza in Spanje onderzochten vetmetingen bij meer dan 4500 pasgeboren baby’s. Ze vergeleken de metingen van hun huidplooien evenals hun lengte en gewicht en zagen dat meisjes in alle gevallen een dikkere huidplooi (meer vet) hadden dan jongens. Of een baby nu langer of korter, iets jonger of ouder, lichter of zwaarder was, het belangrijkste om te bepalen hoeveel vet een baby had, was het geslacht. Bij soortgelijke onderzoeken naar duizenden baby’s in Ierland, Frankrijk, België en de Verenigde Staten werd steeds dezelfde conclusie getrokken.
Bij hun geboorte, en mogelijk zelfs al eerder, hebben vrouwen meer vet dan mannen. Vanaf tienjarige leeftijd wordt het erger. Bij de aanvang van de puberteit neemt bij meisjes het onderhuidse vet aanzienlijk toe vergeleken met dat van jongens. Op zeventienjarige leeftijd hebben meisjes tussen de 44 en 93 procent meer vet dan jongens. Tijdens de puberteit krijgen meisjes er ruim 900 gram vet per jaar bij, terwijl jongens slechts een vijfde daarvan erbij krijgen, hoewel jongens over het algemeen zwaarder zijn omdat ze meer spier- en botmassa hebben.
Op zeventienjarige leeftijd hebben meisjes tussen de 44 en 93 procent meer vet dan jongens.
Dr. Michael Jensen is arts aan de Mayo Clinic in Rochester, Minnesota en bestudeert al tientallen jaren de verschillen in vetopslag tussen mannen en vrouwen. Hij vertelt: ‘Wanneer jonge meisjes en jongens de puberteit doorlopen, krijgen meisjes er feitelijk vet bij, wat op typisch vrouwelijke manier over het lichaam wordt verdeeld. Mannen verliezen veel van hun onderhuidse vet.’ Dit betekent dat deze gewichtsveranderingen als gevolg van geslacht ervoor zorgen dat we er ‘mannelijker’ of ‘vrouwelijker’ uitzien.
Vrouwelijke efficiëntie
Het National Health and Nutrition Examination Survey (nhanes), uitgevoerd door de Centers for Disease Control, verzamelde gegevens over 15.912 proefpersonen en toonde aan dat vrouwen, ongeacht of ze blank, Mexicaans of Afrikaans zijn, vet veel effectiever opslaan dan mannen. Er werd aangetoond dat mannen over het geheel genomen 51 procent meer calorieën consumeren dan vrouwen. Hoewel een waarschijnlijke verklaring hiervoor is dat mannen meer spier- en botmassa enzovoort hebben dan vrouwen en daarom meer calorieën nodig hebben, bleek toen de gemiddelde spier- en botmassa in mannen werd gemeten, dat deze slechts 33 procent hoger waren dan die in vrouwen. Mannen kunnen dus per kilo gewicht meer eten dan vrouwen en toch niet aankomen.
Waarom zijn vrouwen voorbestemd om dikker te zijn dan mannen? Opnieuw heeft het antwoord te maken met hormonen en biologische factoren. Er zijn duidelijke evolutionaire voordelen aan het hebben van meer vet. Vet geeft ons lichaam het signaal dat alles goed is met de wereld, dat er voldoende voedsel voor ons is om in de puberteit te komen en kinderen te krijgen. Menstruatie en zwangerschap zijn niet eens mogelijk als we onvoldoende lichaamsvet hebben.
Wanneer de menstruatie eenmaal begint, schommelen de vetniveaus tijdens elke cyclus, waarbij de daling van oestrogeen en een piek in progesteron leiden tot veranderingen in eetlust en in de opslag van vet. Tijdens de tweede helft van de menstruatiecyclus, wanneer de oestrogeenwaarden dalen, hebben vrouwen enorme behoefte aan vetten en koolhydraten. Naast deze behoeften bevordert de gelijktijdige piek in progesteron de vetopslag door triglyceriden uit het bloed te halen en in het vetweefsel op te slaan. Er wordt gedacht dat deze verwijdering leidt tot het verlangen naar vet voedsel omdat deze voedingsstof uit het bloed is gehaald. En zo gaat het maar door, maand na maand, eerst meer eetlust en dan meer vet.
Vet geeft ons lichaam het signaal dat alles goed is met de wereld, dat er voldoende voedsel voor ons is om in de puberteit te komen en kinderen te krijgen.
Vriendjes in de darmen
Het is een wonder dat vrouwen kunnen afvallen! En wanneer vrouwen uiteindelijk zwanger worden, wordt er nog meer vet aan hun lichamen toegevoegd. Deze gewichtstoename vindt zelfs plaats wanneer ze normaal blijven eten, en soms zelfs wanneer ze minder eten dan normaal. Vrouwen krijgen er tijdens de zwangerschap tussen de 2,2 en 5,8 kilo vet bij, zelfs als ze ondervoed zijn. De gewichtstoename komt niet door vertraging van de stofwisseling. Het totale energieverbruik neemt zelfs toe als een vrouw een kind draagt. Deze kan deels worden verklaard door de aanwezigheid van bacteriën, onze vriendjes in onze darmen.
Het team van Ruth Ley van de Cornell-universiteit, dat microflora uit zwangere vrouwen in steriele muizen transplanteerde, ontdekte dat muizen met bacteriën die waren getransplanteerd uit vrouwen in het derde trimester van de zwangerschap, veel dikker werden dan muizen met bacteriën van vrouwen in het eerste trimester. Het team ontdekte dat de samenstelling van de microflora aanzienlijk verandert tijdens de zwangerschapsperiode, wat deels een verklaring kan zijn voor de gewichtstoename. De bacteriën van de vrouwen zorgen dat er tijdens de zwangerschap meer voedsel wordt opgenomen.
Het vet dat er tijdens de zwangerschap bijkomt, wordt gelukkig deels omgezet in melk om de pasgeborene te voeden. Voor veel vrouwen maakt borstvoeding inderdaad een snel gewichtsverlies na de zwangerschap mogelijk. Het feit dat vrouwen hun lichaamsvet gebruiken om de zo belangrijke moedermelk te produceren, onderstreept de biologische noodzaak van vet bij vrouwen: het overleven van de mensheid is ervan afhankelijk.
Een andere reden waarom vrouwen meer vet opslaan dan mannen, is de verdeling van voedingsstoffen: het lichaam slaat een deel van de opgenomen calorieën op als vet en gebruikt de rest voor andere doeleinden, zoals voor directe energie of voor glycogeenvoorraden. Afhankelijk van je lichaamsbouw zet je lichaam consistent meer of minder voedingsstoffen om in opgeslagen vet. Je kan deze verdeling zien als het elke week ontvangen van een salaris van 100 euro, waarvan je automatisch 20 euro naar een spaarregeling overmaakt, bijvoorbeeld om te sparen voor je pensioen. Als de resterende 80 euro niet genoeg is om je rekeningen van te betalen, heb je een andere inkomstenbron nodig, want de 20 euro wordt hoe dan ook automatisch overgemaakt. Voor je lichaam betekent dit het volgende: als je niet genoeg calorieën hebt gegeten om jezelf van energie te voorzien nadat een deel als vet is opgeslagen, voel je de neiging om meer te gaan eten.
Wetenschappers hebben nog geen manier ontdekt om veel invloed uit te oefenen op deze verdeling van voedingsstoffen, en dit betekent dat, zelfs als we het voor elkaar krijgen minder te eten, ons biologisch systeem onze eetlust stimuleert. Michael Jensen: ‘Met betrekking tot de opname van overtollige energie reageren vrouwen heel anders dan mannen. Het lijkt erop dat vrouwen circulerende vetzuren beter opslaan in onderhuids vet dan mannen.’ Mannen slaan ook calorieën in vet op, maar minder calorieën dan vrouwen. Alleen al dit verschil kan bij vrouwen kilo’s extra vet per jaar betekenen.
Het feit dat vrouwen hun lichaamsvet gebruiken om de zo belangrijke moedermelk te produceren, onderstreept de biologische noodzaak van vet bij vrouwen: het overleven van de mensheid is ervan afhankelijk.
Anthony O’Sullivan, hoofd van de afdeling endocrinologie aan de St. George & Sutherland Clinical School, universiteit van Nieuw-Zuid-Wales in Australië, heeft de verschillen in vetopslag tussen vrouwen en mannen bestudeerd. Hij vertelt: ‘Je hoeft feitelijk alleen maar de efficiëntie van je vetstofwisseling met een of twee procent aan te passen. Onze lichamen verbruiken zo veel vet en zetten zo veel vet om. Over het algemeen verbranden we het grootste deel ervan. Dus je hoeft maar iets efficiënter te worden om dikker te worden.’ En blijkbaar zijn vrouwen in dit opzicht, net als in zoveel andere opzichten, helaas efficiënter dan mannen! Zelfs onder vrouwen zijn er echter verschillen. Aziatische vrouwen hebben bij elke bmi bijvoorbeeld meer vet dan blanke vrouwen. Afrikaans-Amerikaanse vrouwen hebben over het algemeen minder buikvet, maar meer onderhuids vet dan blanke vrouwen. Mogelijk komt dit, zoals onderzoekers hebben ontdekt, omdat blanke vrouwen na het eten van een vette maaltijd de stofwisseling gemakkelijker naar vetverbranding kunnen overschakelen dan Afrikaans-Amerikaanse vrouwen. Dus ons vet wordt niet alleen door ons geslacht beïnvloed, maar ook door onze etniciteit.
De truc van de natuur
Hoewel vrouwen eerder vet opslaan dan mannen, gebruiken ze het ook meer wanneer er energie nodig is. Michael Jensen onderzocht vrije vetzuren in bloed na een nacht vasten. Het viel hem op dat vrouwen 40 procent meer vrije vetzuren in de bloedsomloop hadden dan mannen om in de energiebehoeften van het lichaam te voorzien. Tegelijkertijd waren vrouwen echter ook in staat die vetzuren veel sneller in vetweefsel op te slaan wanneer ze eenmaal wakker waren. Feitelijk bleken vrouwen twee tot drie keer zo veel vet per weefseleenheid op te slaan dan mannen. Dus hoewel vrouwen vet eerder verbranden tijdens de vraag naar energie, maken hun lichamen ook heel snel vet aan door in het bloed circulerende vetzuren op te slaan. Vrouwen verbranden tijdens duursporten ook meer vet dan mannen. Het lijkt erop dat de lichamen van vrouwen zo in elkaar zitten dat ze tijdens het sporten sneller een beroep doen op vet, terwijl mannen meer koolhydraten en eiwitten verbranden. Wanneer mannen bij onderzoeken oestrogeen kregen toegediend, gebeurde het tegenovergestelde. Tijdens het sporten nam hun stofwisseling van koolhydraten en eiwitten af en nam hun gebruik van vet toe. Dat is goed nieuws, toch? Nou, nee.
Voordat vrouwen en masse naar de sportschool rennen, is het van belang te weten dat de natuur nog een truc heeft om hun vet vast te houden.
Voordat vrouwen en masse naar de sportschool rennen, is het van belang te weten dat de natuur nog een truc heeft om hun vet vast te houden. Na het sporten hebben ze de neiging meer te eten dan mannen. Jensen: ‘Mannen en vrouwen reageren verschillend op lichamelijke activiteit. Mannen kunnen minder goed compenseren voor extra verbrande calorieën tijdens lichamelijke activiteit, terwijl vrouwen gemiddeld genomen zeer goed zijn in het compenseren voor lichamelijke activiteit. Wanneer ze toegang krijgen tot grote hoeveelheden voedingsstoffen, zullen vrouwen beter compenseren [meer eten] dan mannen.’ Hij noemt dit een ‘fundamentele, ingebouwde’ reactie. Er is natuurlijk een biologische verklaring voor de overcompensatie in calorieën. Onderzoekers van de universiteit van Massachusetts in Amherst onderzochten een groep voornamelijk sedentaire mannen en vrouwen met overgewicht. Ze lieten hen deelnemen aan een sportprogramma van vier dagen en testten vervolgens hun bloed op veranderingen, vooral met betrekking tot de waarden voor ghreline, het hongeropwekkende hormoon. Ze ontdekten dat bij de mannen de ghrelinewaarden niet zo veel waren veranderd na het sporten. Maar bij de vrouwen waren deze waarden met een derde gestegen. En toen de onderzoekers meer voedsel toevoegden aan het voedingspatroon van de vrouwen om te compenseren voor het sporten, bleven hun ghrelinewaarden nog steeds 25 procent hoger liggen dan voordat ze begonnen met sporten. ‘Het lijkt erop dat wanneer het energieniveau van het sporten omhooggaat, vrouwen meer gaan eten terwijl mannen dat niet doen,’ aldus dr. Joseph Donnelly, die obesitas en de effecten van bewegen onderzoekt aan de universiteit van Kansas. ‘In onze experimenten ging niemand echt meer eten wanneer beide geslachten 400 calorieën verbranden. Maar bij 600 calorieën bleek duidelijk dat vrouwen meer gingen eten, maar de mannen niet. Bij hogere verbruiksniveaus compenseren vrouwen voor de verbrande calorieën.’
Vrouwen hebben de natuurlijke neiging om na het sporten meer te gaan eten en het voedsel wordt ook nog eens sneller in vet omgezet. Dus uiteindelijk verliezen vrouwen minder vet met sporten dan verwacht.
Het onderzoek van Donnelly leidde tot een conclusie die tegen de intuïtie ingaat: vrouwen die meer dan 400 calorieën verbranden tijdens het sporten, zouden weleens minder rendement kunnen halen uit die extra investering dan verwacht, vanwege een grotere aandrang om te eten.
Er is nog een ander verschil tussen mannen en vrouwen met betrekking tot de effectiviteit van hun workout. Anthony O’Sullivan: ‘Het is bij onderzoeken regelmatig aangetoond dat vrouwen tijdens het sporten meer vet verbranden dan mannen. Je zou dus verwachten dat vrouwen na het sporten lichaamsvet efficiënter verliezen dan mannen, maar dat is niet zo. Het tegenovergestelde is waar. Als een man en een vrouw een uur per dag sporten, zal de vrouw tijdens dat uur meer vet verbranden dan de man. In de andere 23 uur van die dag zal de vrouw in verhouding minder vet verbranden dan de man.’ Jensen geeft toe dat mannen een grotere capaciteit hebben om calorieën te verbranden dan vrouwen, doordat mannen meer spier- en botweefsel hebben. ‘De vrouw met een normaal gewicht heeft gemiddeld ongeveer 30 procent lichaamsvet. En een man van precies dezelfde lengte, hetzelfde gewicht en dezelfde leeftijd heeft ongeveer 15 procent lichaamsvet. Dus dat betekent dat mannen alleen al meer calorieën verbranden door niets te doen.’ Vrouwen hebben dus last van twee factoren: hun eetlust wordt meer gestimuleerd en hun vet wordt efficiënter opgeslagen. ‘Je kunt niet alleen naar dat ene uur sporten kijken,’ aldus O’Sullivan. Vrouwen hebben meer lichaamsvet en ze gebruiken dat beschikbare vet ook, maar ‘wanneer het sporten voorbij is, keren ze zeer snel terug naar efficiëntere manieren om… vet op te slaan.’
Eindelijk een voordeel
Met andere woorden: vrouwen hebben de natuurlijke neiging om na het sporten meer te gaan eten en het voedsel wordt ook nog eens sneller in vet omgezet. Dus uiteindelijk verliezen vrouwen minder vet met sporten dan verwacht. Om gek van te worden.
Al deze efficiënte opslag van vet bij vrouwen heeft echter ook een voordeel. Jensen legt uit: ‘Het voordeel van deze verdeling van voedingsstoffen voor vrouwen is dat de lipidewaarden in hun bloed laag worden gehouden. Dus voor vrouwen is de kans op hart- en vaatziekten als gevolg van hoge lipidewaarden in het bloed lager. Dat is gezonder. Het is dus belangrijk tegen mannen te zeggen dat ze misschien wel slank zijn als ze jong zijn, maar als ze zwaarder worden wanneer ze ouder zijn, ze een veel slechtere conditie hebben dan vrouwen, ook al zijn deze even veel aangekomen, omdat het vetweefsel van vrouwen veel meer bescherming biedt dan het vet van mannen.’ Dus het vet van vrouwen houdt vrouwen misschien wel langer in leven. Eindelijk een voordeel!
Uit: Waarom de één wel dik wordt en de ander niet, de wetenschap achter vet van Sylvia Tara, uitgegeven bij Spectrum, 19,99 euro. ISBN 9789000342402
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier