5 pijlers voor krachtig ouderschap: ‘De beste ouders maken zichzelf overbodig’
Wat heeft een kind nodig om uit te groeien tot een sterke jongvolwassene? En hoe kun je daar als ouder bij helpen? Twee sleutelwoorden: verbinding en autonomie.
Elk kind is anders, elke ouder legt eigen klemtonen. Opvoeden is ongetwijfeld een van de meest persoonlijke trajecten die er bestaan. ‘Toch heerst er onder opvoedingsexperts een consensus over wat krachtig ouderschap anno 2020 inhoudt’, zegt kinderpsychologe Klaar Hammenecker. In haar boek Wat elk kind nodig heeft beschrijft ze de 5 pijlers van haar opvoedingsmodel – 5 handvatten voor ouders om hun kind te doen uitgroeien tot de best mogelijke versie van zichzelf.
Wat ze vertelt, met veel voorbeelden en praktische adviezen, is wetenschappelijk onderbouwd én gebaseerd op haar jarenlange ervaring als kinderpsychologe en therapeute. ‘Ik wil ouders helpen om een sterke basis te creëren voor hun kind, een draagvlak voor verbondenheid, want verbinding is de kern, maar ook een springplank naar autonomie en zelfredzaamheid.’
1. Opvoeden is maatwerk
Je kind bekijken als een individu met een eigen persoonlijkheid en rekening houden met de ontwikkelingsfase waarin het zich bevindt: het klinkt vanzelfsprekend. ‘Maar dat is het niet altijd’, waarschuwt Hammenecker. ‘In gezinnen met kinderen van verschillende leeftijden is het voor ouders vaak moeilijk om een aanbod op maat te bieden. Je puber vraagt om loslaten, je peuter vraagt om koesteren: een serieuze spreidstand. En wat zie je bij de keuze van scholen en hobby’s? Het oudste kind zet de bakens uit, waarna de rest volgt, of moet volgen. Terwijl het zo goed als onmogelijk is dat alle kinderen even goed gedijen op dezelfde school of even graag voetballen.’ Maatwerk bieden vereist dat je je kind goed leert kennen. Hammenecker: ‘Soms gaat dat vlot, omdat je kind op jou lijkt en je je moeiteloos in hem kunt verplaatsen. Maar als jullie persoonlijkheden ver uit elkaar liggen, kan empathie een hele uitdaging zijn.’
2. Eerst verbinden, dan begrenzen
Aandacht, oprechte interesse en empathie leiden tot verbinding met je kind. En tot vertrouwen, waardoor de connectie tegen een stootje kan en het makkelijker wordt bij te sturen. ‘Als je kind weet dat het sowieso graag gezien wordt, ook al gedraagt het zich niet altijd zoals jij wilt, dan heb je een stevige basis. In het andere geval overheerst wantrouwen. Een kind wordt bang voor jou, of zint stiekem op wraak en vertoont binnen de kortste keren opnieuw ongewenst gedrag.’ De tijd is voorbij dat autoriteit per definitie top-down verloopt: de ouder bepaalt en het kind gehoorzaamt. ‘Vandaag gaan we voor een model van gedeelde autoriteit, waarbij kinderen volwaardige gesprekspartners zijn. Opvoeden is niet langer gericht op het controleren van het gedrag, maar op het maken van een liefdevolle connectie met je kind. En van daar uit op bijsturen, herstellen en begrenzen.’
3. Zelf doen geeft zelfvertrouwen
Veel ouders maken zich zorgen omdat hun kind kampt met faalangst en onzekerheden. Zelfvertrouwen is terecht een thema, vindt Hammenecker: hoe meer je op jezelf vertrouwt, hoe veerkrachtiger je in het leven staat. ‘Ouders denken soms dat ze hun kind zelfvertrouwen geven door te helpen tot iets lukt: ze zitten ernaast bij het maken van huiswerk en gaan mee in bed liggen tot het inslaapt. Maar zelfvertrouwen kan alleen maar groeien als je je kind zélf dingen laat doen. Autonomie is het sleutelwoord: je kind moet ontdekken wat voor hem belangrijk is en hoe hij authentieke keuzes maakt. Ook al volgt hij een ander traject dan jij, het is belangrijk dat je achter hem staat. Hoe wil je dat je kind vertrouwen in zichzelf krijgt als jij geen vertrouwen hebt in hem?’
4. Zorg(en) voor later
Opvoeden is een langetermijnproject. Jij en je kind zijn samen op weg naar het punt waarop hij zelf richting kan geven aan zijn leven en waarop hij verantwoordelijkheden kan opnemen vanuit zijn eigen motivatie. ‘Het is belangrijk om onderweg de lat laag te leggen en om haalbare tussenstapjes in te bouwen’, benadrukt Hammenecker. ‘Leren aankleden, netjes eten, kamer opruimen, een hobby volhouden: doe het stap voor stap. Bekijk het traject als het beklimmen van een berg. Je kunt als ouder vanop de top staan roepen: ‘Hier moet je zijn!’ Of je kunt mee naar boven stappen, je kind aanmoedigen, misschien af en toe zijn bagage dragen. De tweede optie is wenselijker, omdat de motivatie van je kind – en de ‘goesting’ om dingen te doen, ook als die niet zo leuk zijn – toeneemt als je hem coacht, ondersteunt en zijn eigen groeiproces gunt.’
5. De beste ouders maken zichzelf overbodig
Loslaten hoort erbij als ouder. Net als de confrontatie met je eigen geschiedenis. ‘In mijn praktijk vraag ik soms aan ouders: ‘Hoe heb jij dat vroeger ervaren, als kind?’ Vaak valt het gesprek dan stil. Zelfzorg is: kijken naar de bagage en de heilige huisjes die je meesleept vanuit je eigen opvoeding en je afvragen in hoeverre je die kunt loslaten. Maar ook: stilstaan bij wat je zelf nodig hebt en waar je hulp bij kunt gebruiken. In een gezin vaart iedereen er wel bij als een ouder goed naar zichzelf luistert. Opvoeden is een tijdelijk project, jezelf verzorgen is een taak voor het leven.’
Meer info over Klaar Hammenecker op weerkracht.be en mamagement.be.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier