Mohamed Belkaïd, de 35-jarige Algerijn die dinsdag werd neergeschoten in Vorst, is volgens het federaal parket ‘meer dan waarschijnlijk’ één van de terroristen zijn die betrokken was bij de voorbereiding van de aanslagen in Parijs. Meer bepaald zou de man de valse naam Samir Bouzid gebruikt hebben, voor wie op 4 december een opsporingsbericht werd verspreid en die op 17 november 2015 750 euro zou overgemaakt hebben aan Hasna Ait Boulahcen, de nicht van Abdelhamid Abaaoud.
Mohamed Belkaïd werd dinsdag neergeschoten door een scherpschutter van de politie, nadat de man verschillende malen het vuur had geopend op de politie vanuit een appartement in de Driesstraat in Vorst. Belgische en Franse speurders hadden geprobeerd een huiszoeking in die flat uit te voeren maar werden daarbij meteen onder vuur genomen door twee zwaarbewapende mannen. Toen de politie later de flat binnenviel, werd het lichaam van Belkaïd, aangetroffen naast een kalasjnikov en een boek over salafisme.
Gezocht
Eerder had de RTBF al gemeld dat Belkaïd niemand minder is dan Samir Bouzid, één van de twee mannen voor wie op 4 december een opsporingsbericht werd verspreid. Daarin werd gevraagd uit te kijken naar twee mannen die op 9 september in Hongarije in het gezelschap van Salah Abdeslam waren en toen valse Belgische identiteitskaarten gebruikten, met de namen Samir Bouzid en Soufiane Kayal.
Met de valse naam Soufiane Kayal werd het safe-house in Auvelais gehuurd, terwijl de valse identiteitskaart van Samir Bouzid op 17 november, vier dagen na de aanslagen, om 18.00 uur in het Brusselse gebruikt werd om met Western Union 750 euro over te maken aan Hasna Ait Boulahcen, de nicht van Abdelhamid Abaaoud. Abaaoud en Ait Boulahcen stierven bij de politie-operatie in Saint-Denis.
Eerder vandaag raakte bekend dat in het appartement in Vorst waar de antiterreuractie plaatsvond, vingerafdrukken zijn gevonden van Salah Abdeslam. (Belga)
