Nele Lijnen (Open VLD)
Flexi-jobs verdienen een kans, want ze geven zelf kansen
Al werkend wil Open VLD uit de crisis raken. Daarom lanceerden wij de flexi-job: een flexibel en betaalbaar middel dat de problemen van onze economie, hoge loonkosten en een stugge arbeidsmarkt, helpt oplossen.
Open VLD wil werkend uit de crisis geraken. Zeker in barre economische tijden worden de pijnpunten van onze economie pijnlijk blootgelegd: hoge loonkosten en een stugge arbeidsmarkt. Daarom lanceerden wij in de zomer een voorstel om de competitiviteit van onze bedrijven te versterken. De flexi-job combineert twee troeven die de problemen van onze economie helpen oplossen. De flexi-job is namelijk flexibel én betaalbaar. Het principe van de flexi-job werd integraal overgenomen in de toekomstverklaring van Gwendolyn Rutten.
Laten we, in de aanloop naar het Toekomstcongres van Open VLD, het concept eens wat nader bekijken. Wij stellen voor dat iemand die minstens deeltijds werkt of die gepensioneerd is tot 500 euro mag bijverdienen – en dat belastingvrij. Werklozen komen niet in aanmerking. Ook voor de werkgever is de flexi-job een interessante piste. Hij betaalt op de eerste 500 euro een bijdrage van 25% (125 euro dus), zonder verdere fiscale of sociale verplichtingen. Dat opent dus heel wat perspectieven voor bijvoorbeeld arbeidsintensieve sectoren. Zowel gelegenheidsarbeid als overuren worden een pak aantrekkelijker – en flexibeler – voor werkgevers én werknemers.
Flexi-jobs verdienen een kans, want ze geven zelf kansen
De sterkte van de flexi-job mag duidelijk zijn: er zijn alleen maar winnaars. Werkgevers zien een stuk van hun competiviteitshandicap verdwijnen en ze kunnen hun activiteiten op maat opdrijven. De flexi-job bevrijdt immers miljoenen uren aan potentiële economische activiteit. Dat zijn uren die nu gevangen zitten in het huidige systeem. Overuren zijn in ons land simpelweg te duur. Dat is meteen ook de reden waarom sommige bedrijven er nu noodgedwongen voor kiezen om die overuren in een grijs circuit te regelen.
Kijken we dan naar de werknemer. Diens winst is ook zonneklaar, want 500 euro bruto = 500 euro netto. Zuivere extra inkomsten dus, die naar ieders keuze terug in de economie worden gepompt door te consumeren en te investeren. Daar profiteert dan weer iedereen van. De Belgische Staat is ook al een begunstigde van de flexi-job. Miljoenen uren aan latent economisch potentieel worden plots omgezet in activiteit.
En en passant ontvangt de overheid een bijdrage van 25% op een aanvullend loon dat er voorheen eenvoudigweg niet eens was. Draai de zaken eens om: de flexi-job niet invoeren is derven van inkomsten, en het weggooien van heel wat arbeidsbereidwilligheid. Om van de fikse extra in de portemonnee van de werknemer nog te zwijgen.
Ons voorstel mocht op heel wat reacties rekenen. Werkgeversorganisaties zoals UNIZO en VBO reageerden positief, zij het met kanttekeningen. Zo vroeg men zich af of ons voorstel niet het gevaar creëert dat bestaande jobs in stukjes zullen worden gekapt. Laat het duidelijk zijn dat we gekant zijn tegen een dergelijk substitutie-effect. We willen niet dat er jobs vernietigd worden en dus nemen we die bedenking zeker mee. Want ons voorstel beoogt precies het omgekeerde: jobs creëren en werkuren, die niet worden opgenomen omdat ze te duur zijn, recupereren.
Tot slot zijn er ook de verwijzingen naar het Duitse model van de mini-jobs. Wel, dat model willen we allerminst kopiëren. Daarvoor is ons sociale zekerheidssysteem te kwetsbaar. Maar dat systeem is sowieso fragiel als we niet alle zeilen bijzetten om het in stand te houden met een sterkere economische dynamiek. Alle reacties, zowel uit politieke hoek als vanuit het middenveld, zijn een opsteker. Want het zijn nuttige opmerkingen, inspiratiebronnen voor het parlementaire debat dat we graag voeren. Want flexi-jobs verdienen een kans. Ze geven zelf kansen aan mensen, én aan onze economie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier