De oorlog die Rusland in Oekraïne is begonnen, zal het continent onvermijdelijk voor een lange tijd tekenen. Het kan niet anders of hij heeft nu al gevolgen voor twee belangrijke verkiezingen, die volgende maand in Europa worden gehouden. In Frankrijk wil Emmanuel Macron zichzelf opvolgen als president. In Hongarije zoekt premier Viktor Orban een nieuw mandaat om het land te besturen.
Voor Macron ziet het er goed uit: zijn extreemrechtse tegenstanders Marine Le Pen en Éric Zemmour krijgen hun vrijages met Poetin vandaag nog moeilijk uitgelegd. De gebeurtenissen in Oekraïne versterken ook het pleidooi van Macron voor een autonomer Europa.
Hongarije van zijn kant is het toneel van het betere politieke bochtenwerk. Orban ligt, zoals bekend, voortdurend met de Europese Unie overhoop over de rechtsstaat in Hongarije, de beperking van de persvrijheid en het aanzetten tot discriminatie van minderheden. De oppositie presenteert nu met Peter Marki-Zay een gezamenlijke kandidaat die het Orban lastig kan maken.
Zeker nu die nog maar enkele weken de tijd heeft om te laten vergeten dat hij begin februari nog zoete broodjes bakte met zijn ‘goede vriend’ Poetin. Op een moment dat Russische troepen al aan de grens met Oekraïne stonden, maakte Orban zich in Moskou nog vrolijk over de sancties waarmee Europa dreigde en steunde hij de Russische eisen tegenover Kiev. Het duurde na de invasie ook enkele dagen voor Hongarije zich toch bij de internationale sancties aansloot.
Viktor Orban lijkt nu al zeker een verliezer van dit conflict.
Wapens mogen nog niet via Hongarije naar Oekraïne worden gebracht en meer NAVO-soldaten wil Hongarije niet op zijn grondgebied. Orban-vriendelijke media verspreiden nog altijd Russisch fake news over het conflict.
Het is voor Orban zaak om Poetin niet fel op de tenen te trappen en tegelijk niet te veel uit de pas van de westerse bondgenoten te lopen. Hij was in Moskou overigens niet alleen op ‘vredesmissie’, zoals hij zei. Hij wilde van Poetin vooral de belofte horen dat Hongarije in elk geval genoeg Russisch gas krijgt, zodat hij zijn kiezers een lage energieprijs kan blijven beloven. In 2007 verweet hij een voorganger dat zo’n deal met de Russen erop neerkwam dat het land aan het Kremlin werd verkocht.
Orban lijkt nu al zeker een verliezer van dit conflict. Polen, het land waarmee hij in Brussel vaak optrekt, beleeft met de opvang van Oekraïense vluchtelingen zijn wir schaffen das-moment. De vergelijking met de uitspraak van Angela Merkel in 2015 is van de Nederlandse columniste Caroline de Gruyter. Zij beschreef in de Britse krant The Guardian ook hoe deze oorlog de bestaansreden van de Europese Unie als een vredesproject versterkt.
Om haar bestaan te rechtvaardigen, hoeft de Unie nu niet meer zo nodig op zoek naar een nieuw verhaal. Een sterker Europa met een forsere defensie prijkt nu bovenaan op de internationale politieke agenda. Of hij zijn verkiezingen straks wint of verliest, Orban staat aan de verkeerde kant van de geschiedenis.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier