Eurocommissaris Ylva Johansson: ‘Vrijwillige migratiesolidariteit is onvoldoende’
Tussen de coronamaatregelen door werkt de Zweedse Eurocommissaris Ylva Johansson aan een voorstel voor de hervorming van de Europese migratie- en asielregels. ‘Het recht op asiel is absoluut en staat niet ter discussie’, vertelt ze aan Knack.
Voor Eurocommissaris Ylva Johansson zijn het drukke maanden. Als verantwoordelijke voor Interne Aangelegenheden is de Zweedse onder meer bevoegd voor de Europese binnengrenzen die tijdens de coronacrisis door sommige landen op uiteenlopende manieren werden gesloten. Verder moet de voormalige minister van Werk op zoek naar manieren om de grensoverschrijdende criminaliteit in de 27 lidstaten – denk maar aan fraude met mondmaskers of kinderporno – zo efficiënt mogelijk te bestrijden.
Daarnaast werkt Johansson tegen ten laatste eind juni aan een voorstel over de omstreden en moeizame hervorming van het Europese asiel- en migratiebeleid. Hoewel de pandemie zo goed als alle andere thema’s naar de achtegrond heeft geduwd, blijft migratie voor de Unie een gevoelig én actueel thema. Onder meer omdat de burgeroorlog in Libië alsmaar heviger woedt, lag het aantal bootmigranten vanuit Libië in de eerste drie maanden van 2019 vier maal hoger dan het jaar voordien. Tegelijkertijd hebben Italië en Malta de toegang to hun havens gesloten en duiken er alsmaar meer berichten op dat Griekenland bootmigranten illegaal terug in zee duwt.
Vindt u dat de Europese Commissie goed heeft gereageerd op de coronacrisis?
YLVA JOHANSSON: In het begin hadden we heel wat moeilijkheden met de nationale reflexen in de lidstaten, maar uiteindelijk hebben we sneller en efficiënter kunnen reageren dan iedereen aanvankelijk had verwacht. Op bepaalde punten hebben we onze normale bevoegdheden zelfs moeten overschrijden omdat de lidstaten daar expliciet om vroegen. We merken daarentegen wel dat de samenwerking tussen en de coördinatie van de lidstaten op verscheidene vlakken beter kan. Ik heb de indruk dat ook de Europese landen steeds meer beseffen dat we daar verder aan zullen moeten werken.
De Commissie publiceerde midden april een roadmap zodat de lidstaten hun grensmaatregelen gecoördineerd konden opheffen. Toch blijft de Unie vandaag vooral een lappendeken van nationale maatregelen.
JOHANSSON: Helemaal tevreden ben ik nog niet, maar we gaan de goede richting uit. Een gecoördineerde aanpak betekent niet noodzakelijk dat alle lidstaten op hetzelfde moment dezelfde maatregelen moeten opheffen. De landen van de Europese Unie zitten stuk voor stuk in een verschillende epidemiologische realiteit en beschikken bovendien niet over dezelfde gezondheidscapaciteit. Het lijkt me evident dat we daar ook rekening mee houden. Intussen merk ik dat de lidstaten elkaars maatregelen steeds beter op elkaar afstemmen en ik ben er van overtuigd dat we het vrije verkeer van personen binnen afzienbare tijd zullen herstellen.
De Baltische staten hebben momenteel enkel voor elkaar de grenzen geopend. Spanje heeft een quarantaine ingevoerd van veertien dagen voor alle Europeanen. Als tegenreactie kondigde Frankrijk enkel voor Spanjaarden een verplichte isolatie af. Dat lijken nog steeds nationale belangen in strijd met het Europese non-discriminatieprincipe.
JOHANSSON: Geen enkele regering mag beperkingen invoeren die louter zijn gebaseerd op de nationaliteit van Europese burgers. Eenmaal de grenzen voor een land worden geopend, dan moet dat voor alle andere landen die zich in dezelfde epidemiologische toestand bevinden ook het geval zijn. Het vrije verkeer van personen is van essentieel belang voor de werking van de Europese Unie en we zullen dat vanuit de Europese Commissie ook bijzonder nauwgezet blijven opvolgen. Maar voor zover ik weet, zijn zulke situaties nog niet voorgevallen. Wel mogen lidstaten verschillende regimes invoeren afhankelijk van de verspreiding van het virus aan de andere kant van de grens.
Het merendeel van de wereldwijde kinderpornografie wordt op servers gehost die op Europese bodem staan.
Ylva Johansson
Zullen de Europese binnengrenzen ooit helemaal hetzelfde worden als voordien?
JOHANSSON: Absoluut.
Bent u bereid om inbreukprocedures op te starten indien dat niet gebeurt?
JOHANSSON: Het is momenteel niet aan de orde om zulke stappen te zetten. Nogmaals, we blijven de situatie van dichtbij opvolgen.
De afgelopen maanden zijn georganiseerde en grensoverschrijdende criminele organisaties er snel in geslaagd om zich aan de nieuwe realiteit aan te passen. Van de 100 miljard euro die criminele organisaties naar schatting jaarlijks op Europese bodem verdienen, wordt er maar 1 miljard in beslag genomen. Waar loopt het mis?
JOHANSSON: Het probleem is dat er onvoldoende kanalen zijn die de lidstaten kunnen gebruiken om met elkaar samen te werken. Zeker op vlak van digitale criminaliteit moeten we een versnelling hoger schakelen. In meer dan tachtig procent van de grensoverschrijdende criminaliteit zijn er elektronische bewijzen beschikbaar die tussen de lidstaten kunnen worden uitgewisseld. Binnen afzienbare tijd presenteer ik een voorstel om die uitwisseling te vergemakkelijken. Ook het Europese politie-agentschap Europol moet meer middelen ter beschikking krijgen om zich in de strijd te kunnen gooien.
Tijdens de coronacrisis is de vraag naar kinderporno op het internet met maar liefst dertig procent gestegen.
JOHANSSON: Een vreselijke vaststelling waar ik me grote zorgen over maak. Bovendien blijft er ongetwijfeld een aanzienlijk aandeel onder de radar waar we zelfs geen zicht op hebben. De lidstaten van de Europese Unie dragen daarin een verpletterende verantwoordelijkheid: het merendeel van de wereldwijde kinderpornografie wordt op servers gehost die op Europese bodem staan. Ook op dat vlak werk ik aan enkele concrete voorstellen waarmee we de criminelen sneller kunnen opsporen en de kinderen uit de klauwen van pedofielen kunnen redden.
U werkt momenteel aan een hervorming van de Europese asiel- en migratieregels. Een dossier waarover de afgelopen jaren veel discussie bestond. Hoe kijkt u zelf aan tegen migratie?
JOHANSSON: Of je het nu leuk vindt of niet: migratie is een feit. Het was er in het verleden en het zal er in de toekomst ook zijn. De coronacrisis heeft alweer aangetoond dat mensen met een migratieachtergrond deel uitmaken van elk domein in onze samenleving: sommigen zijn ziek geworden, anderen hun baan verloren. Velen stonden in essentiële sectoren zoals de gezondheidszorg aan de frontlijn tegen de verspreiding en de gevolgen van het virus. Rechts-populisten die een kwalijk onderscheid willen maken tussen ‘ons’ en ‘de migranten’ hebben het bij het verkeerde eind.
Migratie moet natuurlijk goed gestuurd worden. Dat bleek in het verleden de moeilijkste klus.
JOHANSSON: Absoluut. Mijn voorstel (dat in juni wordt gepubliceerd, nvdr.) gaat er vanuit dat migratie een feit is, maar we het veel beter moeten aanpakken dan voordien. Eerst en vooral is de situatie van vandaag niet vergelijkbaar met die van vijf jaar geleden. Toen kwam de ruime meerderheid van de migranten uit gebieden waar er effectief een oorlog woedde. Het ging het wel degelijk om een vluchtelingencrisis. Vandaag is dat niet langer het geval. Bovendien komen de meeste migranten naar de Unie op een wettelijke manier: om te studeren, te trouwen of te werken. Het is vooral de irreguliere migratie die we moeten aanpakken door de strijd tegen mensensmokkelaars op te voeren en kordater op te treden wanneer asielzoekers geen aanspraak maken op internationale bescherming. Wie geen recht op asiel geniet, moet terugkeren.
Ook al zullen veel bootmigranten uiteindelijk geen recht hebben op internationale bescherming op Europese bodem, we moeten hen de kans geven om een asielaanvraag in te dienen.
Dat hebben we in het verleden vaker gehoord. Een van de problemen was dat de landen van oorsprong de asielzoekers niet zomaar willen terugnemen. Hoe wilt u dat veranderen?
JOHANSSON: Op twee manieren: eerst en vooral moeten we nauwere partnerschappen opstarten met zulke landen zodat ze de grondoorzaken van migratie kunnen aanpakken. Als de levensomstandigheden ter plaatse verbeteren, wordt het verdienmodel van mensensmokkelaars meteen onderuit gehaald.
Een tweede aspect is tijd: in enkele lidstaten duurt het soms jaren alvorens de asielprocedure wordt behandeld en afgerond. Sommigen migranten bouwen in die tijd een leven op, worden verliefd en krijgen kinderen. In dat geval is het logisch dat afgewezen asielzoekers niet vrijwillig willen terugkeren. Als je daarentegen een snel en efficiënt mechanisme ontwikkelt, zal de vrijwillige terugkeer makkelijker verlopen voor zowel de migranten als de landen van oorsprong. Daarnaast moet het Europees Grens- en Kustwachtagentschap Frontex beter worden uitgerust en moet de samenwerking tussen de Europese lidstaten omhoog.
Die samenwerking bleek in het verleden erg moeilijk. Een billijke verdeling van migranten, in 2015 tweemaal goedgekeurd door de lidstaten, bleef in de praktijk grotendeels dode letter. Onder meer Polen en Hongarije weigerden zelfs deel te nemen en werden daar door het Europees Hof van Justitie voor veroordeeld.
JOHANSSON: Een eerlijke spreiding is inderdaad een erg toxisch dossier. Ik moet een balans vinden tussen de lidstaten waar er verzet bestaat tegen verplichte herverdeling van vluchtelingen en de landen die er op hameren dat iedereen zijn steentje moet bijdragen. Wat mij betreft is een vrijwillige solidariteit onvoldoende, maar we moeten op zoek naar een middenweg die uiteindelijk voor iedereen aanvaardbaar zal zijn.
Lidstaten die niet willen deelnemen, zullen dat kunnen afkopen?
JOHANSSON: Dat zal u zien eenmaal het voorstel verschijnt.
Een ander probleem is de secundaire migratie. Volgens de huidige Europese regels moet een asielaanvraag behandeld worden door de autoriteiten van het land waar de asielzoeker het eerst werd geregistreerd. Maar als de persoon in kwestie doorreist en een periode van 18 maanden onderduikt, vervalt de termijn en kan die ter plaatse een aanvraag indienen.
JOHANSSON: Naar aanloop van mijn voorstel heb ik een consultatieronde gevoerd met de bevoegde ministers van alle lidstaten (begin januari zat Johansson samen met Maggie De Block, nvdr.). In vrijwel alle lidstaten zorgt die regeling voor de nodige bezorgdheid. Ook dat probleem tracht ik in mijn voorstel aan te pakken.
De laatste weken duiken er opnieuw berichten op over pushbacks op zee door onder meer Malta en Griekenland.
JOHANSSON: Ik maak me daar grote zorgen om. We moeten onze Europese waarden blijven respecteren. Het recht op asiel is absoluut en staat niet ter discussie. Pushbacks verhinderen dat en zijn daarom in strijd met de Europese en internationale verdragen. Ook al zullen veel bootmigranten uiteindelijk geen recht hebben op internationale bescherming op Europese bodem, we moeten hen de kans geven om een asielaanvraag in te dienen.
De Europese Commissie heeft actie ondernomen tegen Hongarije omdat de regering-Orban asiel- en migratiemaatregelen namen die in strijd waren met de Europese verdragen. Mogen we dat ook nu verwachten?
JOHANSSON: Momenteel is dat in de eerste plaats de taak van de nationale overheden. Zij moeten onderzoeken waar het probleem zich situeert en vervolgens de nodige stappen zetten.
Vorig jaar beloofden de lidstaten op het Global Refugee Forum van de Verenigde Naties om 30.000 kwetsbare mensen van buiten de Europese Unie te herplaatsen. Zal de Europese Commissie dat streefdoel actief mee opvolgen?
JOHANSSON: De hervestiging is een van de legale migratiekanalen waar we in de toekomst meer gebruik van willen maken. We zullen alles in het werk stellen om de afgesproken aantallen van vorig jaar te halen, maar natuurlijk gaat het gros van de aandacht momenteel naar het bestrijden van de coronapandemie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier