‘Als de Europese Unie de revolutie in Wit-Rusland predikt, zal Poetin dat niet laten gebeuren’
De situatie in Wit-Rusland dreigt te ontsporen na de omstreden verkiezingen van vorige week zondag. Hoe zit de vork aan de steel? En wat kan de Europese Unie doen zonder Rusland tegen de borst te stuiten?
Anderhalve week na de omstreden verkiezingen in Wit-Rusland, blijven de grootschalige protesten in het land aanhouden. Zittend president Alexander Loekasjenko, die er van verdacht wordt de stembusgang op grootschalige wijze te vervalsen, schuwt het geweld tegen de demonstranten niet. Woensdagmiddag heeft hij de ordetroepen het bevel gegeven om een einde te maken aan de protesten. Enkele uren voordien kondigde de Europese Unie bij monde van voorzitter van de Europese Raad Charles Michel aan dat ze sancties zal uitvaardigen tegen Wit-Russische individuen die betrokken zijn bij het gewelddadig neerslaan van de protesten.
Knack vroeg om tekst en uitleg aan András Rácz, senior onderzoeker aan de German Council on Foreign Relations (DGAP) rond Wit-Rusland. ‘Misschien is het laatse manoeuvre van Loekasjenko wel het begin van het eindspel voor de protesten, maar daarmee komt er nog geen einde aan de legitimiteitscrisis waarin zijn regime verkeert.’
De situatie in Wit-Rusland evolueert razendsnel. Wat is de stand van zaken?
András Rácz: Loekasjenko is niet van plan om op te geven, noch om een compromis te sluiten. Hij probeert vooral de relatie met de veiligheidsdiensten goed te verzorgen om de controle te behouden. Opvallend is dat de protesten eigenlijk niet uit politieke oppositiepartijen ontspruiten. In Wit-Rusland zijn die namelijk amper ingebed in de maatschappij, ze hebben nauwelijks middelen en zijn geïnfiltreerd door stromannen van het regime. De oppositie is zwak, maar dat is het protest niet gezien de bijzonder brede steun die de demonstranten onder de bevolking genieten. Wel ontbeert het hen aan institutionele structuur en hiërarchisch leiderschap. Als dat tot een te grote desorganisatie leidt, is het niet ondenkbaar dat de straatprotesten aan momentum zullen verliezen. Hoe langer de protesten duren, hoe moeilijker het wordt. Dat is ook waar het regime op inspeelt.
Rusland kan het zich op militair vlak simpelweg niet permitteren om invloed over zijn buurland te verliezen.
András Rácz, senior onderzoeker aan de German Council on Foreign Relations (DGAP)
Naast de straatprotesten beslissen alsmaar meer werknemers van grote staatsbedrijven om te staken.
Rácz: Voor Loekasjenko is dat een pijnlijke zaak. Staken kan je niet doorbreken met politiemacht. Ordetroepen kunnen een demonstratie uit elkaar drijven, maar niet werken in een fabriek. Loekasjenko doet zijn best om de stakers terug aan het werk te krijgen, maar ondervindt toch de nodige problemen. Er zijn twee breekpunten. Als er niets met Loekasjenko persoonlijk gebeurt, dan is een onmiddellijke ineenstorting van het regime weinig waarschijnlijk. Het andere is de steun van de ordediensten en de administratie die van fundamenteel belang zijn.
Verwacht u dat Loekasjenko de controle over de ordediensten zal kunnen bewaren?
Rácz: Uit die gelederen is het aantal afvalligen redelijk onbeduidend: een ambassadeur, een politie-luitenant, een kolonel en enkelingen die nog lager gerangschikt staan. Dat hoeft ook niet te verbazen: Loekasjenko is al meer dan 26 aan de macht en heeft zijn diensten volledig naar zijn hand kunnen zetten. De president heeft altijd goed voor de veiligheidsdiensten gezorgd omdat hij maar al te goed besefte hoe groot hun belang is.
Bovendien beseffen de politiediensten maar al te goed dat ze aansprakelijk zullen worden gesteld voor het geweld in de nasleep na de verkiezingen. Ook zij hebben iets te verliezen als het regime valt. Loekasjenko beseft dat als geen ander: hij heeft maandag meer dan 600 politieagenten gepromoveerd én hun namen gepubliceerd. Daarmee versterkt hij de moraal én boezemt hij hen tegelijkertijd vrees in voor een wissel van de macht.
Tot slot mag je de hiërarchische structuren niet vergeten: iedereen weet dat de verkiezingen vervalst zijn, maar zolang we de echte uitslag niet kennen – en dat zullen we naar alle waarschijnlijkheid helaas nooit – blijft Loekasjenko de legitieme president totdat een nieuwe wordt ingehuldigd.
Loekasjenko heeft laten weten dat hij nieuwe verkiezingen wil, op voorwaarde van een grondwetswijziging. Is het een schijnmanoeuvre of moeten we zulke voorstellen serieus nemen?
Rácz: Met die toegeving wil hij in de eerste plaats de dynamieken van het protest vertragen. Opvallend was dat hij enkele uren voordien nog zei dat er geen nieuwe verkiezingen zouden komen tenzij hij werd vermoord. Het idee om de grondwet aan te passen circuleert al langer in Wit-Rusland. Er wordt namelijk over nagedacht om de macht tussen de president, de regering en het parlement iets evenrediger te verdelen. Momenteel heeft de president volledige zeggenschap over alles en iedereen.
Het zou met andere woorden niet slecht zijn om de grondwet te wijzigen, want er bestaat hoegenaamd geen zekerheid dat de opvolger van Loekasjenko er evenmin dictatoriale aspiraties op nahoudt. Er moeten garanties in de grondwet worden ingebouwd die kunnen voorkomen dat het huidige scenario zich in de toekomst herhaalt. De Europese Unie zou op dat vlak erg nuttige assistentie kunnen bieden.
De Europese Unie woensdag beslist om sancties tegen individuen af te vaardigen en maakt geld vrij voor de Wit-Russische bevolking. Volstaat dat?
Rácz: De Europese Unie moet zeker en vast druk zetten. Anders geeft het te kennen dat het de werkwijze van Loekasjenko goedkeurt. Ik verwacht echter niet dat de Unie verder zal gaan dan dat, tenzij de situatie er nog verder op achteruit gaat.
Sommigen roepen op om de stakende arbeiders financieel te ondersteunen. Een realistische optie?
Rácz: In theorie is dat een waardevolle piste, maar in de praktijk ligt dat zowel op politiek als op technisch vlak heel moeilijk. Voor Europese politici is het niet evident om in volle coronacrisis te moeten uitleggen dat je de lonen van Wit-Russische arbeiders gaat betalen. Bovendien is het maar de vraag hoe je die middelen bij de juiste personen krijgt. De Unie heeft geen spelers ter plaatse die zo’n gecompliceerd systeem op poten kunnen zetten, ook al hebben de demonstranten al een lokaal fonds opgericht. Met zo’n initiatief kan Loekasjenko overigens beweren dat er buitenlandse inmenging plaatsvindt. Als de veiligheidsdiensten kunnen bewijzen dat een staker geld ontvangt omdat hij staakt, kan die persoon in kwestie simpelweg voor hoogverraad worden aangeklaagd.
In tegenstelling tot de kleurenrevoluties in Georgië of Hongarije gaat het over louter binnenlandse aangelegenheden.
De afgelopen dagen hebben Angela Merkel, Emmanuel Macron en Charles Michel met Russisch president Vladimir Poetin getelefoneerd. Hoe moet de Unie in deze situatie omgaan met Rusland?
Rácz: Rusland is een bijzonder belangrijke actor. Alleen al vanuit een militair-strategisch perspectief is Wit-Rusland voor het Kremlin bijna zo belangrijk als het Oekraïense schiereiland Krim dat in 2014 door Rusland werd geannexeerd. Rusland kan het zich op militair vlak simpelweg niet permitteren om invloed over zijn buurland te verliezen.
Als de situatie escaleert, dan vrees ik ervoor dat Poetin dezelfde logica zal toepassen zoals hij dat in 2014 in Oekraïne heeft gedaan. En dan hebben we het nog niet over de financiële, culturele, politieke en economische banden tussen de twee landen gehad. Belangrijk is wel dat de huidige protesten geen geopolitieke lading bevatten. In tegenstelling tot de kleurenrevoluties in Georgië of Hongarije gaat het over louter binnenlandse aangelegenheden. De enige vlaggen die je op de straten ziet wapperen zijn Wit-Russische vlaggen.
Moet de Europese Unie dan niet heel voorzichtig te werk gaan om de situatie niet te laten ontsporen?
Rácz: Inderdaad. Natuurlijk moeten de Europese leiders geen rekenschap afleggen aan Rusland voor hun handelingen. Wel houdt het steek om deze crisis in onderling overleg met de belanghebbenden te behandelen en Rusland op de hoogte te houden van de Europese objectieven. De uitdaging bestaat er in om Rusland ervan te overtuigen zich als een constructieve partner op te stellen en samen met de Unie een vreedzame en grondwettelijke uitweg uit de impasse te vinden. Als de Unie te voortvarend te werk gaat en voluit de revolutie predikt, dan zal Rusland dat niet zomaar laten gebeuren. Niet omdat het daar het recht toe heeft, wel omdat het dat gewoon zal doen.
Ligt het probleem ook niet bij het feit dat Rusland democratisering per definitie beschouwt als een verwesterlijking en – dus – een vijandige daad?
Rácz: Voor elke autoritaire staat, ook voor Rusland, is het behoud van het regime van primordiaal belang. Rusland is bezorgd over elke revolutionaire machtswissel in zijn nabuurschap. Toch zijn de protesten – zoals ik eerder zei – niet tegen Rusland gericht. Bovendien is Loekasjenko voor Rusland het afgelopen jaar en zeker tijdens de verkiezingscampagne geen gemakkelijke partner geweest. Ik ben er daarom niet zeker van dat Moskou hem ten allen prijze aan de macht wil houden. Het ideale scenario voor Poetin is dat een zwakke Loekasjenko aanblijft en dat Wit-Rusland verder geïsoleerd geraakt van het Westen. Maar als dat niet mogelijk is, dan zou Rusland niet ontevreden zijn met een nieuwe president die er dezelfde geopolitieke oriëntatie op nahoudt als Loekasjenko.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier