Vlinks
‘Europa is humanistisch, beweert het graag van zichzelf, maar is dat toch bijzonder selectief’
‘Europa gaat overal in de wereld vertellen hoe het moet, klaagt in woorden mensenrechtenschendingen en dictaturen aan , maar op eigen grondgebied is politieke repressie blijkbaar een ‘interne, binnenlandse aangelegenheid”, schrijft Kevin De Laet van Vlinks.
In april 1981 werd Bobby Sands in Noord-Ierland verkozen tot parlementslid in het Britse ‘House of Commons’. Op dat moment zat hij in de gevangenis en was hij aan een hongerstaking bezig die hem een kleine maand later uiteindelijk fataal zou worden. Zijn parlementszetel in Westminster heeft hij nooit opgenomen – hij stierf in de gevangenis – en wellicht zou hij die uit principe ook nooit opgenomen hebben.
Hij streed immers tegen dat Brits gezag, en voor een eengemaakt en soeverein Ierland. Zijn hongerstaking was wereldnieuws en een enorme ‘boost’ voor de Ierse republikeinse zaak die hij samen met negen mede-hongerstakers toen verdedigde. Ze kregen sympathie en lofbetuigingen van over de hele wereld. Kleine bijzaak was dat hij in de cel zat wegens lidmaatschap van de (provisional) IRA, de door het Brits gezag tot terreurorganisatie verklaarde gewapende tak van het Ierse republikanisme.
‘Europa is humanistisch, beweert het graag van zichzelf, maar is dat toch bijzonder selectief.’
Lofbetuigingen zagen we ook voor Nelson Mandela toen die de cel uit kwam in februari 1990. Hij zat lange tijd in de gevangenis wegens politiek geïnspireerd geweld vanaf 1960, want hij zag geen uitweg meer in een pacifistische strijd tegen de Apartheid. Toen hij enkele jaren na zijn vrijlating werd verkozen tot president kreeg hij lof vanuit heel de wereld.
Een soortgelijk bejubelen kreeg ook Yasser Arafat – al was zijn strijd wel controversiëler want hij vocht tegen een van de grootste geopolitieke taboes in de wereld. Niettemin, ook al was hij leider geweest van de gewapende strijdbeweging PLO, hij zou de Nobelprijs voor de vrede krijgen, gedeeld met Yitzhak Rabin en Shimon Peres. Misschien moeten we ook nog Abdullah Öcalan vermelden: leider van de PKK, momenteel vooral dan ereleider want heel veel kan hij niet doen vanuit de Turkse cel waar hij al jaren zit. Niet zo lang geleden juichten Europeanen toen de YPG, volgens Turkije een terreurorganisatie gelinkt aan die PKK, voor ons de kastanjes uit het vuur haalde in de strijd tegen onze tijdelijke aartsvijand IS (toegegeven, nu Turkije Afrin illegaal is binnengevallen kijken we wel weer de andere kant op).
Op het hoofd van Menachem Begin, de chef van de Irgoen, hadden de Britten destijds een prijs hadden gezet als meest gezochte terrorist, maar later werd hij als premier door de Queen ontvangen met alle égards. Nu ja, dat hebben de Britten nog wel met meer ‘ex-terroristen’ moeten doen.
Een aantal voorbeelden die tonen dat we niet altijd even vies zijn van geweld, en dat begrippen als terreur en extremisme redelijk rekbaar zijn. Mensen die ooit aanslagen pleegden krijgen al eens een Nobelprijs of worden als helden geëerd. En Europa staat altijd vooraan om te gaan “bemiddelen” tussen de strijdende partijen.
Hoe vreemd is het dan dat Europa blijkbaar geheel de andere kant opkijkt wanneer vrijheidsstrijders in Spanje achter tralies belanden. Vrijheidsstrijders die, voor alle duidelijkheid, op geen enkel moment geweld hebben gebruikt – hoogstens hier en daar iemand die zich heeft verweerd tegen de knuppelende Guardia Civil, terwijl deze laatsten met geweld kiezers van de stembus weg ranselden.
Politici en activisten werden opgepakt toen ze de repressie aanklaagden of als enige misdaad hebben gedaan: de burger de kans geven te gaan stemmen. Democratisch verkozen politici in de cel gezet omdat ze deden wat hun kiezers hen vroegen, een democratisch verkozen parlement ontbonden op bevel van een partij die er amper verkozenen in heeft. En het gaat daarbij niet enkel om Carles Puigdemont, de vervolgde ex-president, maar om tientallen andere politici en honderden burgers, waarvan geen enkele als militant van de burgerbeweging ooit geweld heeft gebruikt. Geen aanbod vanwege de Europese Commissie om te gaan bemiddelen in het conflict, dat een louter ‘interne aangelegenheid’ is. Hoe vreemd deze houding, tegenover hoe Europa zich elders in de wereld gaat moeien.
Het verschil zit hem natuurlijk hierin: de Spaanse regerende partij Partido Popular is nodig in het Europees Parlement om de zittende Europese Commissie aan de macht te houden. Politieke belangen wegen veel zwaarder door dan fundamentele democratische principes en mensenrechten. Dat geeft bijzonder opmerkelijke voorbeelden van ’twee maten, twee gewichten’.
Moest Spanje geen EU-land zijn, maar ergens in Zuid Amerika hebben gelegen, dan zouden de Europese ministers van Buitenlandse Zaken misschien wel van zich hebben laten horen.
Bijvoorbeeld, een zaak die bij ons slechts weinig weerklank krijgt is de politieke vervolging die momenteel gebeurt tegen muzikanten in Spanje, wegens twitterberichten en liedjesteksten. Rappers Valtònic en Pablo Hasél werden onlangs voor meerdere jaren veroordeeld tot celstraf wegens “verheerlijken van terrorisme”, “oproepen tot geweld” en “beledigen van de monarchie”, omdat ze inderdaad nogal harde taal hebben gebruikt.
Radiocommentator Federico Jiménez Losantos mocht enkele weken terug wel zonder probleem live oproepen om Barcelona te bombarderen op de radio. Een duidelijke oproep tot geweld, maar van enige vervolging is geen sprake. U mag eens raden wie zijn politieke vrienden zijn. Het is één van de vele voorbeelden die quasi dagelijks gebeuren, die tonen hoe “onafhankelijk” de Spaanse rechtspraak eigenlijk is: nog steeds doordrongen van de geest van het Francoregime. Het justitieapparaat werd trouwens nooit uitgezuiverd na de “transitie naar democratie”: rechters van het Francoregime mochten gewoon op hun post blijven, net zoals dat het geval was in het politiecorps, waar dwepen met de dictatuur van Franco vandaag nog steeds courant is.
Een 50-tal Spaanse ex-diplomaten, gelinkt aan het Spaanse koningshuis, schreven deze week nog een dreigbrief aan de Belgische ambassadeur Marc Calcoen in Madrid. Ze klagen over de ‘deloyale houding van de Belgische autoriteiten’ en vinden dat België de Spaanse rechtstaat niet vertrouwt omdat procureur des Konings Jean-Marc Meilleur de vraag durfde te stellen of Puigdemont bij eventuele uitlevering in Spanje wel een menswaardige behandeling en een rechtvaardig proces zou krijgen. Nochtans een terechte vraag, want de Raad van Europa in Straatsburg veroordeelt Spanje al jaren voor de mensonwaardige behandeling en foltering van ETA-leden of vermoedelijke leden van de Baskische terroristische beweging.
Moest Spanje geen EU-land zijn, maar ergens in Zuid Amerika hebben gelegen, dan zouden de Europese ministers van Buitenlandse Zaken misschien wel van zich hebben laten horen.
Hoe valt deze vreemde contradictie te verklaren in de Europese politiek? Europa gaat overal in de wereld vertellen hoe het moet, klaagt in woorden mensenrechtenschendingen en dictaturen aan (enkel in woorden, toegegeven, er naar handelen is al wat anders), maar op eigen grondgebied is politieke repressie blijkbaar een ‘interne, binnenlandse aangelegenheid’. Europa is humanistisch, beweert het graag van zichzelf, maar dat toch bijzonder selectief.
Kevin De Laet is kernlid van Vlinks.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier