Johan Van Overtveldt (N-VA)
Eurocrisis: te veel blabla, te weinig boemboem
De combinatie van ronkende verklaringen met het uitblijven van doortastende actie is dodelijk voor de toekomst van de euro.
“We hebben nu de condities om veel verder te gaan. Er is nu een veel groter bewustzijn rond de noodzaak om werk te maken van verdere Europese integratie, zeker in de eurozone … We hebben nu behoefte aan een heel grote stap. Ofwel neemt Europa die stap ofwel is er een verhoogd risico op fragmentatie”, aldus José Manuel Barroso, de voorzitter van de Europese Commissie, deze ochtend in een interview met de Financial Times.
We zijn de tel kwijt hoe vaak iemand als Barroso de voorbij twee jaar reeds dergelijke uitspraken gedaan heeft. Telkens weer die combinatie van “hou ons tegen of we gaan hier het meubilair eens door elkaar roefelen, zie” met de waarschuwing dat het wel eens fout zou kunnen lopen, maakt al enige tijd totaal geen indruk meer. De realiteit is dat euroleiders zich steeds meer specialiseren in maatregelen die in het beste geval pleisters op houten benen zijn terwijl de rest van de wereld zich steeds acuter voorbereidt op de desintegratie van de eurozone zoals we die vandaag kennen.
De effectiviteit van beleid berust in hoge mate op de geloofwaardigheid van diegenen die het beleid uittekenen en uitvoeren. Op de ladder van de geloofwaardigheid zijn de leiders van de eurozone nu zowat op de laagste sport terechtgekomen. De manier waarop de markten gisteren het plan om de Spaanse banksector (en de Spaanse overheid) boven water te houden afwezen, was ronduit spectaculair. Mede daarom klinkt the day after een verklaring als die van Barroso lachwekkend, ware de toestand tenminste niet zo ernstig.
Een typisch voorbeeld van dit ontstellend verlies aan geloofwaardigheid is de situatie rond het enkele maanden geleden gesloten fiscal compact, het nieuwe akkoord inzake de normen voor begrotingstekorten en overheidsschuld dat eurolidstaten moeten naleven. Aandachtige lectuur van deze overeenkomst leert dat lidstaten die aan de opgelegde normen willen ontsnappen daar nog altijd legio mogelijkheden voor hebben. Als puntje bij paaltje komt, kunnen de anderen de zondaars niet echt sanctioneren. Toch haalde onder meer José Manuel Barroso op een triomfantelijke manier het fiscal compact binnen als de start van een echte fiscale en budgettaire unie.
De jongste weken bleek dat mensen als de Duitse kanselier Merkel, haar minister van Financiën en diens Finse collega het fiscal compact helemaal niet op die manier interpreteren. Zij eisen immers een “significante” fiscale en budgettaire unie vooraleer er over eurobonds, een pan-Europese depositoverzekering en een Europese bankenunie kan gesproken worden. Het fiscal compact is voor die belangrijke bewindvoerders dus niet significant. De markten pikken dit allemaal op en passen hun gedrag aan. Het is het verlies aan geloofwaardigheid van de euroleiders dat de eurozone zoals we die vandaag kennen finaal de das zal omdoen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier