Euro 7, storm in glas water
Europa is klaar met de nieuwe euro 7 emissienorm waaraan nieuwe auto’s moeten voldoen vanaf 2026. Wat onmogelijk leek (wegens te streng) voor autoconstructeurs, komt er in een afgezwakte versie .
De voorbije jaren hoorden we noodkreten van autoconstructeurs die aangaven geen verbrandingsmotor meer te ontwikkelen die conform zou zijn aan de nakende euro 7-norm. Met de geplande stop van auto’s met verbrandingsmotoren in Europa voor 2035 is de afschrijfperiode voor dergelijke dure ontwikkelingen te kort om economisch rendabel te zijn. Dat zou op korte termijn betekenen dat de kleinere – en meer betaalbare modellen – voorgoed op de schop moesten. Complexe euro 7-technologie zou immers alleen economisch haalbaar zijn op duurdere modellen.
Concreet zou dat kunnen betekenen dat betaalbare auto’s met verbrandingsmotoren veel vroeger dan 2035 van de markt verdwijnen. Niet omdat ze verboden zijn, maar wel omdat autoconstructeurs er niet langer brood in zien. Die situatie lijkt misschien aantrekkelijk, maar het zou flink wat problemen kunnen genereren want in zo’n scenario kan de vraag naar laadstroom exponentieel stijgen waardoor de bevoorrading kan stokken. Anderzijds zou ons wagenpark – sneller nog dan vandaag – verouderen omdat veel automobilisten de overstap naar e-mobiliteit voor zich uitduwen en hun oude (meer vervuilende) vierwieler blijven herstellen.
(R)evolutie
Zoals de evolutie naar euro 7 vandaag voorligt, zijn de emissiewaarden in grote lijnen vergelijkbaar met de euro 6-normen die we vandaag kennen. Er is vooral extra aandacht voor fijne stofpartikels die niet meteen met verbranding, maar wel met wrijving te maken hebben. Vooral fijn stof dat zijn oorsprong vindt in de wrijving van het remsysteem of de achtergebleven rubberresten van banden zouden ook in kaart worden gebracht.
Dat impliceert dat elektrische auto’s die tot nu toe als ‘emissievrij’ door het leven gingen, ook zullen worden beoordeeld (of belast?) op basis van hun emissie die in dit geval niet gerelateerd is aan de verbranding. Die bijsturing komt er voornamelijk omdat constructeurs – gesteund door grote Europese industrielanden – aan de noodrem trokken. Zij moeten immers investeren in een tweesporenbeleid. Naast het verschonen van verbrandingsmotoren (euro 6 naar euro 7) moeten ze ook massaal geld pompen in de overstap naar elektrificatie. Anders gesteld: een te strenge euro 7 norm zou elektrificatie kunnen vertragen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier