De (s)preekstoel van Knack.be
‘Er worden veel inspanningen geleverd, maar er is meer nodig om pesten een halt toe te roepen’
‘De vele puzzelstukken die nodig zijn om tot een efficiënt beleid tegen pesten te komen, zijn reeds voorhanden’, schrijft Erica Coene. ‘Het is aan de overheid om ze samen te leggen.’
Op 20 november, vierden we de 27ste verjaardag van de ondertekening van het Internationaal Verdrag voor de Rechten van het Kind. Dat Verdrag stelt dat het belang van het kind de eerste overweging moet zijn bij beslissingen van overheden en andere instanties. En dat de staten hun kinderen moeten beschermen tegen alle vormen van lichamelijk of geestelijk geweld, letsel of misbruik, verwaarlozing of nalatige behandeling. Duidelijker kan het niet zijn. En toch ziet het er in de praktijk op vele vlakken niet zo rooskleurig uit voor kinderen. Er moet nog hard gewerkt worden om de doelstellingen van het Verdrag te behalen, ook op het vlak van pesten.
Dagelijks worden op vele fronten grote inspanningen geleverd om pesten te bestrijden. Schooldirecties tekenen met hun leerkrachten antipestplannen uit; Centra voor Leerlingenbegeleiding behartigen moeilijke ‘gevallen’; wetenschappers doen onderzoek; middenveldorganisaties geven vormingen, bemannen hulplijnen en werken didactisch materiaal uit. Dit zijn één voor één noodzakelijke inspanningen, want elk kind heeft recht om een veilige omgeving op te groeien. En toch blijkt het niet zo eenvoudig te zijn om pesten een halt toe te roepen. Zo getuigen de regelmatig terugkerende mediaberichten over pestsituaties die zo erg uit de hand gelopen zijn dat ze een dramatische afloop kennen. Maar ook de vele getuigenissen die binnenlopen bij AWEL (de vroegere Kinderen- en Jongerentelefoon) of de Klachtenlijn van het Kinderrechtencommissariaat tonen een realiteit die ons stil doet worden.
‘Er worden veel inspanningen geleverd, maar er is meer nodig om pesten een halt toe te roepen’
Om de vier jaar geeft de Wereldgezondheidsorganisatie opdracht aan de Gentse universiteit om onderzoek te doen naar gezondheidsthema’s, waaronder ook pesten. De laatste resultaten dateren uit 2014 en zijn hoopvol. Voor het eerst zagen we een dalende tendens in de pestcijfers in Vlaanderen. Zowel het aantal leerlingen dat systematisch pest als het aantal slachtoffers is beduidend lager dan bij de vorige bevraging in 2010. Om echt te kunnen spreken van een kentering moeten we de cijfers van 2018 afwachten, maar het stemt in elk geval al hoopvol om deze evolutie te onderscheiden.
Maar laat ons vooral niet uit het oog verliezen dat nog altijd meer dan 34.000 kinderen meer dan één keer per week gepest worden. Zij lopen niet alleen een groot risico op ernstige psychische schade (zelfbeeld, zelfvertrouwen, zelfzekerheid…), maar ook fysiek kunnen zij hieronder lijden. De inspanningen die vandaag al gebeuren, moeten dus zeker blijven doorgaan. Meer zelfs, het is tijd voor nog meer concrete en doelgerichte actie. Er zijn vele problemen die nog – beter – moeten worden aangepakt. We denken daarbij aan de enorme hoeveelheid initiatieven die nu op geen enkele manier worden gestroomlijnd.
‘Kostbare tijd en energie gaan verloren alvorens er effectief iets aan de situatie kan gedaan worden.’
Dat er nog altijd geen centraal aanspreekpunt is voor pesten. Dat ouders met een kind dat wordt gepest, vaak niet weten waar ze terechtkunnen. Kostbare tijd en energie gaan verloren alvorens er effectief iets aan de situatie kan gedaan worden. Er is ook nood aan meer wetenschappelijk onderbouwd materiaal, gepromoot door de overheid. Scholen hebben nood aan een duidelijk verwachtingskader, nu zijn ze genoodzaakt om zelf op zoek te gaan.
Doordacht en doortastend beleid
Een doordacht en doortastend beleid dat duidelijke doelen vooropstelt en middelen vrijmaakt om die doelen te kunnen bereiken, daar wacht de Gezinsbond nog altijd op, samen met de slachteroffers, de ouders en de scholen. De overheid moet duidelijke richtlijnen geven voor scholen. Welke doelstelling moeten ze bereiken? Welke middelen kunnen ze daar voor aanwenden? En wie oefent hier toezicht op uit? In andere landen merken we dat scholen worden verplicht om een wetenschappelijk onderbouwd programma te gebruiken om pestgedrag drastisch terug te dringen. Zij krijgen financiële ondersteuning van de overheid en er wordt blijvend onderzoek gedaan naar de resultaten. Controle kan via de onderwijsinspectie.
Een belangrijke lacune is ook dat nu niet duidelijk is tot wie je je moet richten als een pestsituatie uit de hand dreigt te lopen. Er is een zeer divers pallet aan mogelijke aanspreekpunten, gaande van de schooldirectie, het CLB, over AWEL, via het Netwerk Kies Kleur tegen Pesten en de Klachtenlijn van het Kinderrechtencommissariaat tot de politie. Afhankelijk van de ernst van de situatie en de aard van het pesten zullen deze aanspreekpunten in meerdere of mindere mate ook echt kunnen helpen, maar geen van allen is toegerust om voluit in te zetten op het thema.
‘De oprichting van een hulplijn waar mensen terechtkunnen voor zowel eerste- als tweedelijnshulp is dringend nodig.’
De oprichting van een hulplijn waar mensen terechtkunnen voor zowel eerste- als tweedelijnshulp is dringend nodig. Met hieraan gelinkt een meldknop voor relevante websites. Maar ook een overheidscampagne die de nodige bekendheid geeft. Vanzelfsprekend pleit de Gezinsbond hier niet voor de oprichting van een zoveelste nieuwe instantie. Inbedding in bestaande structuren is mogelijk en zelfs wenselijk. Maar er zomaar van uit gaan dat bestaande structuren de handschoen wel zullen oppakken, is niet realistisch.
Mediawijsheid
Tegelijk is er een instantie nodig die ‘de regie’ in handen neemt. Op vlak van mediawijsheid merken we de grote meerwaarde van een organisatie als het Kenniscentrum Mediawijsheid. Dat centrum versterkt de actoren in het veld door kennisdeling mogelijk te maken, wetenschappelijk onderzoek te vertalen naar de praktijk, instrumenten te ontwikkelen om in de praktijk mee aan de slag te gaan, opleidingen aan te bieden, het beleid te ondersteunen, en nog zoveel meer. In oktober lanceerden ze de website medianest.be waarop ouders antwoorden kunnen vinden op hun mediawijze vragen. Laagdrempelig en met toegankelijke informatie.
Ook cyberpesten komt hier aan bod. Maar er is meer nodig om pesten een halt toe te roepen. Een Kenniscentrum Pesten met gelijkaardige bevoegdheden zou zaken in beweging kunnen krijgen. De vele puzzelstukken die nodig zijn om tot een efficiënt beleid te komen, zijn reeds voorhanden. Het is aan de overheid om ze samen te leggen.
Erika Coene is juriste en volgt bij de Gezinsbond de thema’s familierecht en media op.
Standpunt van de Gezinsbond:
https://www.gezinsbond.be/Gezinspolitiek/standpunten/Paginas/Pesten.aspx
Wat doen de Gezinsbond rond pesten? www.gezinsbond.be/pesten
Website voor ouders over mediaopvoeding: www.medianest.be
De (s)preekstoel van Knack.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier