Caroline Gennez
Een ceremonieel staatshoofd als emanatie van de natie
Voor SP.A hoeft de koning niet langer het hoofd van de wetgevende, rechterlijke of uitvoerende macht te zijn. De monarchie behoudt zijn waarde, zolang ze haar taak vervult.
De Belgische monarchie zoals wij haar kennen loopt op haar laatste benen. Op de broze benen van Koning Albert II. Albert is een verzoenende vorst die zijn rol perfect binnen het grondwettelijke kader vervult. Hij kleurt nooit buiten de lijntjes en is een aimabel man. Bij de vorming van de meest recente federale regering was koning Albert II een stabiliserende factor. Ik was zelf bevoorrechte getuige van een schouwspel waarbij verkozen politici vaak door te veel emotie de situatie lieten vast lopen. Koning Albert II was telkens weer een noodzakelijk baken van rust. De rol van Albert als bovenpartijdig bemiddelaar bij de vorming van de huidige Belgische regering was cruciaal en efficiënt.
Maar eerlijk is eerlijk, als we vandaag een staatshoofd zouden uitvinden, zouden we geen koningschap via erfopvolging installeren. Anno 2013 mist een koning het vanzelfsprekende gezag en de noodzakelijke legitimiteit van weleer. Een democratisch verkozen staatshoofd heeft meer legitimiteit en is sowieso eigentijdser. Als het staatshoofd de emanatie van de natie is, heeft de natie ook het recht om haar staatshoofd te verkiezen. En krijgt het volk ook het staatshoofd dat het verdient. Maar dat is toekomstmuziek. Ik bekijk de evolutie van de grondwettelijke, feitelijke en symbolische rol van de koning vooral pragmatisch.
Het goede nieuws is dat onze koninklijke familie (op een paar strapatsen van Laurent of Filip na) haar maatschappelijke rol behoorlijk vervult. Ze treedt ceremonieel, symbolisch en verenigend op. Bij grote drama’s die de natie beroeren, bieden leden van de koninklijke familie troost. In de periode-Dutroux keerde een groot deel van de bevolking zich tegen ‘het establishment’ – het gerecht en de politiek – maar de koning bleef ‘au dessus de la melee‘. Bij de afwikkeling van drama’s als de treinramp in Buizingen of de gasramp in Ghislenghien geeft de aanwezigheid van het vorstenhuis steun aan de getroffen families. Daarnaast bieden handelsmissies onder koninklijke of prinselijke vlag, vooral in traditionelere landen, een economische meerwaarde. Een prins opent nu eenmaal deuren die voor een politicus of ondernemer wel eens gesloten durven blijven.
Tot slot honoreert de vorst ook heuglijke momenten die de natie verbinden. Hij huldigt sportieve, culturele of maatschappelijke topprestaties en versterkt het aura van Belgen die excelleren in hun vakgebied.
Voor SP.A hoeft de koning echter niet langer het hoofd van de wetgevende, rechterlijke of uitvoerende macht te zijn. De combinatie van die functies is sowieso twijfelachtig. In Nederland is het initiatiefrecht bij de regeringsformatie van de koningin verschoven naar het parlement. Ook in Vlaanderen, Wallonië of Brussel neemt de leider van de grootste politieke formatie het initiatief bij de vorming van de regering. In een democratie is dit inderdaad een rol voor verkozen politici. Onze koning hoeft niet langer ministers te benoemen, wetten te bekrachtigen of KB’s te ondertekenen. Dit is een louter symbolische en vaak dure aangelegenheid. Als de koning in het buitenland vertoeft, reist een regeringsvliegtuig hem achterna. In een tijd waarin Amerikaans president Barack Obama een afstandspen hanteert en elke Belg een elektronische handtekening heeft, kan men alvast de ambachtelijke ondertekening van wetten en KB’s afschaffen.
De transparantie in het bepalen en aanwenden van de dotaties en de civiele lijst moeten voor 2014 totaal zijn. Een controle van het Rekenhof over de aanwending van de middelen is anno 2013 een evidentie. Koningin Fabiola doekte eindelijk haar omstreden Fons Pereos op, maar zonder totale transparantie zullen tegenstanders van het koningshuis een sfeer van verdachtmaking blijven creëren. Dat is nefast voor de stabiliteit van de instituties. Het is beter totale openheid te creëren inzake het gebruik van de dotatie, koninklijke woningen, voertuigenpark, politiebescherming en eventuele fiscale vrijstellingen.
Ook zou ik de dotatie bevriezen en in de toekomst beperken tot de koning en zijn echtgenote, de mogelijk afgetreden koning, de weduwe van de overleden koning en de wettelijke troonopvolger. Andere leden van de koninklijke familie kunnen gerust werken voor de kost en voor bepaalde ceremoniële opdrachten vergoed worden. Dit is een principiële stelling. Daarom wil SP.A deze aanpassingen zo snel mogelijk doen. Maar het past ook om over de kostprijs van het koningschap genuanceerd te spreken. Volgens professor Robert Senelle (2004) bedraagt het percentage van de koninklijke dotatie 0,014% van onze overheidsbegroting. Het Belgische koningshuis kost ons jaarlijks 14,2 miljoen euro. De Zweedse ceremoniële monarchie kost ook 14 miljoen euro, de Nederlandse kost bijna 40 miljoen euro. En voor wie dacht dat een president goedkoper is, geef ik toch maar even twee cijfers mee: de Duitse ceremoniële president kost jaarlijks 30 miljoen euro, met daarbovenop nog eens het pensioen van zijn 5 nog levende voorgangers.
En ‘last but not least’ dient de huidige Kamer ten laatste 40 dagen voor haar ontbinding de artikelen voor herziening vatbaar verklaren die de invoering van een louter ceremonieel koningschap in de volgende legislatuur definitief bezegelt.
In 2014 zal onze koning nog een laatste keer het initiatiefrecht hebben bij de formatie. Een taak die van zijn opvolger niet langer zal gevraagd worden. Dat kan ook nu al grondwettelijk perfect. Nergens staat geschreven dat de koning de formatie moet begeleiden. Nergens staat geschreven dat de koning de informateur, de formateur, de bemiddelaar, de clarificateur enz moet aanduiden. Dat is een politiek gebruik, dat veranderd kan worden door een nieuwe afspraak onder de partijen.
Voor SP.A is de monarchie een instelling die zijn waarde behoudt, zolang ze haar taak vervult. Instellingen zijn een middel om democratische besluitvorming en goed inhoudelijk bestuur mogelijk te maken. De dagen van de huidige werking van onze monarchie lijken geteld. Dat heeft te maken met de leeftijd van Konig Albert II en de onervarenheid (en allicht mindere politieke feeling) van zijn opvolger.
Maar ook met het feit dat de uitoefening van een deel van de staatsmacht door een onverkozen functionaris, aangeduid door erfopvolging niet meer van deze tijd is. Als het België van de 21ste eeuw in de steigers staat, is de discussie over een verkozen staatshoofd aan de orde. Een volwassen staat kan een verkiezing van een ceremonieel staatshoofd perfect aan. Maar ook hierin pleit SP.A voor evolutie en geen revolutie.
Caroline Gennez
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier