Walter De Smedt

‘De misplaatste arrogantie van de Amerikaanse veiligheidsdiensten’

Walter De Smedt Strafrechter op rust, enige Belg die ooit zowel lid was van het Comité P als het Comité I

Dat wij in de huidige toestand zijn terecht gekomen is grotendeels te wijten aan het fundamenteel verkeerd beleid dat door de Amerikaanse diensten werd gevoerd, en waarbij zowel leugens als totaal onaanvaardbare methoden werden aangewend, schrijft Walter De Smedt.

Volgens Rudi Rotthier, de correspondent van Knack.be in Noord-Amerika, bekritiseren de VS-specialisten onze veiligheidsdiensten als shitty en worden de Belgische speurders zelfs afgedaan als ‘kinderen’ die niet in staat zijn afdoende met de hedendaagse terreurbedreiging om te gaan. Zowat de voortzetting van de vorige kritiek waarbij ons land als een failed state werd beschreven. Volgens de auteur zou de kritiek afkomstig zijn van anonieme topleden van de Amerikaanse diensten: ‘We praten ten gronde met mensen die – ik ga het hard zeggen – kinderen zijn. Ze zijn niet proactief, ze weten niet wat er aan de hand is. Ze zijn in een fase van gruwelijke ontkenning. Het is zo angstaanjagend toe te geven dat hun land overgenomen wordt’.

Deze kritiek is niet alleen erg arrogant – wat wij van die diensten gewoon zijn. De uitspraken zijn bovendien erg misplaatst.

De misplaatste arrogantie van de Amerikaanse veiligheidsdiensten

Dat wij in de huidige toestand zijn terecht gekomen is immers grotendeels te wijten aan het fundamenteel verkeerd beleid dat door die diensten werd gevoerd en waarbij zowel leugens als totaal onaanvaardbare methoden werden aangewend. Een overzicht van wat zij ons de laatste kwarteeuw hebben aangedaan zou hen tot nederigheid en zelfs tot schulderkenning moeten brengen.

Het begin

Op 12 juni 1971 richtte justitieminister Alfons Vranckx, eigenmachtig, binnen zijn departement een geheel nieuwe dienst op: het Bestuur van de Criminele Informatie, gekend als de BIC. Deze dienst paste volkomen in de door de Verenigde Staten gevoerde oorlog tegen de georganiseerde criminaliteit en voornamelijk de handel en het gebruik van drugs. In deze wereldomvattende oorlog waren de verschillende diensten in de VS samengebracht onder de Drug Enforcement Administration (DEA), waarvan de leden vanuit de ambassades en onder diplomatieke onschendbaarheid opereerden. Zij gebruikten daarbij bijzondere methoden als de observatie, het werken met informanten, en deden werkelijke operaties met gebruik van nepfirma’s, infiltratie en uitlokking door undercoveragenten. De Rijkswacht kon niet achterblijven en richtte daarom, eveneens eigenmachtig, een soortgelijke dienst op, het Nationaal Bureau voor Drugs (NBD). De twee buiten de wet opgerichte diensten, het BCI en het NBD en de samenwerking van beiden met de Amerikaanse DEA leidde tot alle mogelijke gebreken, tot wat nu dysfuncties wordt genoemd, die bij de opsporing en het onderzoek denkbaar zijn. De zaak-François, genoemd naar de rijkswachtofficier die chef was van het NBD, is daarom als de moeder van alle mogelijke dysfuncties in politie en justitie. De opsplitsing van de gerechtelijke actie in een gerechtelijk onderzoek en een politionele fase blijft sindsdien voor verwarring en aanhoudende ‘dysfuncties’ zorgen.

War on terror

Dat wij in de huidige toestand zijn terecht gekomen is immers grotendeels te wijten aan het fundamenteel verkeerd beleid dat door die diensten werd gevoerd en waarbij zowel leugens als totaal onaanvaardbare methoden werden aangewend.

Na de door de VS – langs hun inlichtingendiensten – wereldwijd gevoerde war on drugs kwam hun nieuwe oorlog, the war on terror. Door de Uniting and Strenthening America by Providing Appropriate Tool Required to Intercept and Obstruct Terrorism Act of 2001, gekend als de Patriot Act, verkreeg de Amerikaanse overheid meer mogelijkheden om informatie te verwerven en te verwerken en op te treden tegen het terrorisme. Hoe de diensten dat echt deden werd pas duidelijk toen enkele leden van die diensten uit de biecht klapten en er bovendien niet te weerleggen bewijzen voor werden gegeven: ontvoeringen, illegale detentie, martelprakrijken, en wereldwijde en nietsontziende massale intercepties – en niet alleen van wie als een terrorist kon worden bekeken. Door de heren Bush en Blair werden wij ook regelmatig aangespoord om toe te treden tot the coalition of the willing. Om ons tot militaire deelname aan te zetten werden zoals in de Irak oorlog zelfs de grofste leugens gebruikt. Tot wat die oorlog voor olie en hun godsgedachte ons heeft gebracht, is nu dagelijks te merken aan de diegenen die op de vlucht zijn voor de door de Amerikaanse diensten aangerichte collateral damage.

Justitie

Aanvankelijk deden wij niet mee aan de door de heren Bush en Blair aangerichte wereldbrand. Wel werden wij aangezet om de werkwijze van onze inlichtingen- en veiligheidsdiensten aan te passen aan het Amerikaanse voorbeeld. Wij verkregen niet alleen onze eigen terror acts, de BOM- en BIM-wetten, maar richtten ook naar Amerikaans voorbeeld een Rubber Stamp Court op, dat buiten iedere gerechtelijke procedure en met een enkel geheim toezicht dagelijks voorziet in de schending van grondwettelijke rechten door het politiek beleid aangestelde mandatarissen. Bestaand parlementair toezicht op de diensten werd zo goed als monddood gemaakt door het opleggen van een parlementaire zwijgplicht en de vervanging van rechters in de toezicht comités door leden van het openbaar ministerie. Door de stemming van een van de VS overgenomen afkoopwet werden ook de negatieve gevolgen van the coalition of the billing, de bankencrisis, omzeild en de daders ervan buiten justitie gehouden.

Straffeloos

De ons in de war on drugs en de war on terror opgedrongen Amerikaanse benadering heeft weinig succes gekend. De war on drugs wordt wereldwijd als mislukt beschouwd. Dat onze F16-vliegtuigen ook in Libië en elders zijn gaan bombarderen, tot al onze munitie op was, heeft ons evenmin beschermd tegen de aanslagen.

Zijn wij dan niet ver genoeg gegaan in de overname van de werkwijze van de Amerikaanse diensten? Zijn wij niet voldoende proactief, en weten wij niet wat er aan de hand is? Of hebben wij erg bewust gekozen om onze eigen waarden niet op te offeren aan de strijd voor olie en ongelijkheid?

Als wij kinderen zijn gebleven, dan zijn wij dat nog steeds en niet zonder overtuiging als erfgenamen van een beschaving, waarvan de meerwaarde ligt in de bakens die wij door de erkenning van de rechten van de Mens hebben uitgezet

Als wij kinderen zijn gebleven, dan zijn wij dat nog steeds en niet zonder overtuiging als erfgenamen van een beschaving, waarvan de meerwaarde ligt in de bakens die wij door de erkenning van de rechten van de Mens hebben uitgezet, om te voorkomen dat onze diensten zouden ontsporen in de ergerlijke misbruiken die door de Amerikaanse werden begaan.

Dat wij nu in een versterkte samenwerking met het land van de Vrijheid, de Gelijkheid, en de Broederlijkheid en vandaar in Europees verband verkiezen te werken, eerder dan de misplaatste Amerikaanse arrogantie na te apen, kan ons enkel sieren en er bovendien voor zorgen dat ook onze diensten niet tot dezelfde misbruiken worden gebracht.

En dan blijft er de inderdaad onbegrijpelijke tegenstelling tussen de herhaalde en onder meer door parlementair onderzoek aangetoonde tekortkomingen in justitie en politie en de aangehouden beslissingen van ons politiek beleid om de gerechtelijke sanctionering van de vastgestelde ‘dysfuncties’ niet of op een andere wijze als bij middel van een enkelband uit te voeren.

Maar werd ook dat beleid niet ingegeven door de houding van de Amerikaanse diensten die ons nooit zijn komen helpen bij de onderzoeken van de vorige aanslagen die na de verlenging van de verjaringstermijn nog steeds in de richting van een mogelijke betrokkenheid van dezelfde diensten gaan. Is de straffeloosheid die wij invoerden en onder het huidig justitiebeleid zelfs willen uitbreiden juist niet het gevolg van het gebrek aan medewerking van dezelfde Amerikaanse diensten in het nog steeds lopend onderzoek naar de vorige aanslagen? En heeft de huidige president Barack Obama, die daarvoor terecht de Nobelprijs voor de Vrede verdiende, niet getracht aan de uitspattingen in de werkwijze van die diensten van zijn voorganger te beëindigen door te pleiten voor een terugkeer naar checks and balances?

Wat staat ons nog te wachten indien dit beleid door de nieuwe president opnieuw naar de vorige misbruiken zal worden gebracht?

Partner Content