Uschi Cop na de controverse over Joe Speedboot: ‘Vrouwen worden weer openlijk gekleineerd en belachelijk gemaakt’

Uschi Cop is schrijfster en columniste © Franky Verdickt
Marnix Verplancke

Het bewieroken van vrouwonvriendelijke romans moeten we niet langer tolereren, meent schrijfster Uschi Cop, want boeken zijn echt niet zo onschuldig als velen denken.

‘Naar welke wereld ik verlang?’ vraagt schrijfster Uschi Cop met een twinkeling in de ogen. ‘Naar een wereld waarin we samen de machtsstructuren ter discussie stellen en bewegen naar meer rechtvaardigheid voor steeds meer mensen.’ Of er in die ideale wereld plaats is voor haar collega Tommy Wieringa is niet duidelijk. Cop is immers de auteur van ‘Slutshaming als grote literatuur? Joe Speedboot verkiezen tot beste Nederlandstalige roman is een gemiste kans’, een opiniestuk dat een paar weken geleden op knack.be stond. Verontwaardigd stelde ze erin dat Knack een eigentijdser, vrouwvriendelijker en verbindender topboek van de voorbije kwarteeuw had kunnen kiezen voor zijn Time to Read-project dan Wieringa’s negentien jaar oude roman. Dat de Nederlandse leesbevorderingsorganisatie CPNB Joe Speedboot centraal stelt in haar campagne ‘Heel Nederland Leest’ en de roman daarom deze maand gratis verspreidt via bibliotheken en scholen vond ze een spijtige zaak. Moeten hedendaagse jongeren daar een voorbeeld aan nemen? vroeg ze zich openlijk af.

En Cop niet alleen, zo bleek, want er kwamen flink wat reacties. Op sociale media natuurlijk, maar ook in De Morgen. Het Nederlandse dagblad Trouw besliste zelfs om het opiniestuk integraal over te nemen in de krant, waardoor het ook bij onze noorderburen een eigen leven ging leiden. Maar van één kant bleef het muisstil, van die van Tommy Wieringa. ‘Zo’n reactie was nochtans heel interessant geweest’, aldus Cop. ‘Mijn stuk bekijkt fragmenten van zijn werk kritisch, niet zijn persoon. Vorig jaar, toen mijn verhalenbundel net uit was, stonden we nog samen op het podium. Hoe staat hij vandaag tegenover Joe Speedboot? Zou hij het nu anders schrijven? Interpreteer ik de zaken anders dan hij ze bedoelde? Het is nog steeds niet te laat. Misschien ontstaat er wel een briefwisseling.’

Wat vond u van de reacties die er wel kwamen?

Uschi Cop: In die reacties en opiniestukken las ik vooral een soort ongeloof. Waar haalde ik als onbekende vrouw het lef vandaan om de bestsellerschrijver Wieringa te bekritiseren, terwijl dat niet het punt van mijn stuk was. Net zoals ik nergens heb opgeroepen om Wieringa te cancelen, maar toch kreeg het stuk die nasmaak voor sommigen. Ik wilde iets ter discussie stellen met mijn tekst, iets opwerpen. De gevoeligheid voor autoriteit verbaast me nog steeds, kritiek op gevestigde waarden wordt snel als een persoonlijke aanval gezien.

‘Waar het mij om te doen is, is dat uit het werk van Wieringa, en dus niet alleen uit Joe Speedboot, een consistent en bijzonder beperkt vrouwbeeld naar voren komt.’

En dus tackelde u wel degelijk de schrijver en niet zijn boek volgens de reacties?

Cop: Inderdaad, maar ik ga daar niet in mee. Ik vind het belangrijk dat een auteur vrij is om te schrijven wat hij of zij wil. Personages moeten moorden kunnen plegen en gedachten en meningen hebben die niet oké zijn. Waar het mij om te doen is, is dat uit het werk van Wieringa, en dus niet alleen uit Joe Speedboot, een consistent en bijzonder beperkt vrouwbeeld naar voren komt. In zijn meest recente roman Nirwana laat hij het naar zichzelf genoemde hoofdpersonage opmerken dat vrouwen enorm veel stinkende kutscheten laten tijdens het beoefenen van yoga en er daarom altijd tampons liggen in de toiletten van yogaclubs. Dat is problematisch omdat dit verkeerde clichés over het vrouwenlichaam bevestigt. Uit dat fragment blijkt ook een enorme afkeer voor het vrouwenlichaam, terwijl veel vrouwen het daar sowieso al moeilijk mee hebben. Waarom doet Wieringa dit, vraag ik me dan af. Is het artistiek interessant? Voor mij niet. Is het grappig? Voor mij ook niet. Is het relevant? Nee, want het dient het verhaal helemaal niet. Het is natuurlijk ironie, maar achter ironie kun je je niet altijd verschuilen. Woorden hebben een impact. Er zijn jonge meisjes die dat lezen en meteen denken dat ze hun eigen lichaam niet kennen.

U gebruikte net het woord cancelen. Mag een boek gecanceld worden?

Cop: Nee. De auteur uitsluiten van het debat vind ik ook niet kunnen en totaal inefficiënt, taal is het sterkste en kostbaarste wat we hebben. Als mens moeten we dus steeds blijven praten. Cancelen zit dus niet in mijn DNA, al zijn er wel zaken die niet door de beugel kunnen. Extreemrechtse Faceboekgroepjes die hoog oplopen met Dries Van Langenhove mogen van mij offline gehaald worden, maar dat is niet cancelen, dat is als maatschappij een grens trekken. Het is trouwens grappig dat er nooit wordt gesproken over cancelen wanneer de zoveelste vrouw uit de literatuurgeschiedenis verdwijnt of wanneer prijzen jarenlang naar mannen gaan.

‘Het is grappig dat er nooit wordt gesproken over cancelen wanneer de zoveelste vrouw uit de literatuurgeschiedenis verdwijnt of wanneer prijzen jarenlang naar mannen gaan.’

En wat met een extreemrechts opruiend boek?

Cop: Haat zaaien is een misdrijf. Dus voor die boeken is het duidelijk. Maar wat met de twijfelgevallen? Ik vind dat we als mens allemaal een verantwoordelijkheid hebben, of we nu schrijver, kunstenaar, huisvader of leerkracht zijn. Als schrijver heb je die natuurlijk explicieter, want je geeft je ideeën en masse zwart op wit door. Zelf denk ik daar heel goed over na, zeker als mijn tekst nadelen zou kunnen opleveren voor iemand anders. In welke machtspositie zit die ander? Is het een eerlijk gevecht of ben ik naar beneden aan het schoppen? Een boek schrijven dat schadelijke stereotypering herhaalt, heeft echte gevolgen in de wereld. Gevolgen die vanuit een privilege soms onzichtbaar zijn. L’art pour l’art is onzin, dat kan enkel vanuit een ivoren toren. Als auteur ben je verplicht daarover na te denken en de gevolgen te dragen van wat je schrijft. Als mensen zeggen: niet in mijn cultuurhuis of niet in mijn woonkamer, dan is dat zo. Een extreemrechts boek zou ik dus niet cancelen, maar ik zou het ook niet massaal gratis verspreiden.

Begrijpt u de negatieve reacties?

Cop: Vrouwen, mensen van kleur en mensen met een handicap zijn vandaag veel zichtbaarder en mondiger dan een halve eeuw geleden. Zij eisen hun plek op en dat is niet altijd comfortabel voor de witte cisman van een bepaalde leeftijd, dat begrijp ik zeker. Veel van wat vroeger grote literatuur werd genoemd, wordt nu ter discussie gesteld. Ik sta daar duizend procent achter, maar dat het vragen oproept bij anderen, vind ik normaal. Ik blijf bij mijn standpunt, als je een boek kiest dat leerlingen zou moeten aanzetten tot lezen, waarom kies je er dan een waarin niemand behalve een witte jongen zich herkent? Welke boodschap krijgen meisjes, non-binaire mensen en jongeren van kleur?

‘Niet alle boeken moeten verbindend zijn, maar als je ze op grote schaal gratis gaat uitdelen wel.’

Moet ieder boek dan voor iedereen zijn?

Cop: Nee, absoluut niet, net zoals niet alle boeken verbindend moeten zijn, maar als je ze op grote schaal gratis gaat uitdelen wel. Ik heb er helemaal geen moeite mee dat iemand Joe Speedboot een fantastisch boek vindt, maar wederom: uitdelen is iets anders.

Beetje moralistisch toch?

Cop: (lacht) Dat is het gratis uitdelen van boeken ook. Dat is een pedagogische, een morele en zelfs een politieke daad. Ik heb daar mijn moraal tegenover geplaatst.

Wind u niet zo op, zou je kunnen zeggen, het gaat toch maar over een boek?

Cop: Was dat maar zo, want het gaat natuurlijk over veel meer. Het gaat over wat je als niet-man en als niet-witte persoon elke dag om je heen ziet. Je internaliseert het beeld dat van jouw identiteit wordt opgehangen. Ik heb me moeten ontworstelen aan mijn eigen seksisme. Want ook ik vond het normaal dat er tijdens een debat meer naar mannen dan naar vrouwen werd geluisterd of dat vrouwen op hun uiterlijk afgerekend werden en mannen niet. Was het niet logisch dat er meer boeken van mannen dan van vrouwen werden gelezen, want waren zij niet interessanter en intelligenter? En het gaat natuurlijk veel verder dan vrouw-man. Het gaat ook over kleur, handicap, over mensen uit een lagere socio-economische klasse die geen kans maken om door Knack geïnterviewd te worden. Maar er beweegt iets, zeker bij jongeren. Jongens mogen vrouwelijker zijn, over emoties praten en aandacht hebben voor kledij. Ook voor mannen is het verrijkend om ruimte te maken voor hun zachte en zorgende kant. Maar we zijn er nog niet. Toen jullie fotograaf me vroeg om te lachen, aarzelde ik om dat te doen. Het beeld van de lachende vrouw, ze is lief, toegankelijk, maar ook onschadelijk. Een man die niet lacht, wordt ernstig genomen. Een vrouw die niet lacht, is een bitch. Het zit diep, hè.

‘Fictie versterkt empathie. En in de huidige wereld is die broodnodig.’ © Franky Verdickt

Wordt u niet verweten woke te zijn?

Cop: Natuurlijk, en dat ben ik ook, want wat betekent woke zijn? Dat je wakker bent. Ik vind dat niet zo’n slecht uitgangspunt in een wereld die erop gericht is om ons in slaap te sussen. Alleen wordt de term nu te pas en te onpas gebruikt om mensen in een hoek te duwen. Het is een manier geworden om bepaalde stemmen te neutraliseren. Ik kan me voorstellen dat mensen met hun ogen gaan rollen als ze dit interview lezen. Doe maar, denk ik dan, vind me maar onsympathiek, door alleen maar sympathiek te zijn verleg je geen stenen in de rivier.

Is het geen generatiefenomeen dat samen met de oudere witte man zal uitsterven?

Cop: Dat zou je denken. De kritiek die ik krijg komt inderdaad uit die hoek, maar je mag het niet onderschatten. De verkiezing van Donald Trump toont een backlash waar ik me oprecht zorgen over maak. Vrouwen worden weer openlijk gekleineerd en belachelijk gemaakt en veel jongens gaan daar helemaal in mee. En daar is een reden voor. Ik denk dat zij hun plek zoeken in de maatschappij, een plek waar ze gewaardeerd worden, en die vinden ze niet meer. Vandaar ook het aanhoudend huiselijk geweld tegen vrouwen, ook hier. Een op de vier vrouwen krijgt er ooit mee te maken, las ik. En een op de vijf vrouwen wordt ooit verkracht. En dat gebeurt niet omdat mannen monsters zijn, maar wel omdat hen ingefluisterd is dat een vrouw altijd dienstbaar en beschikbaar moet zijn. Dat is voor niemand gezond, ook voor die mannen niet.

‘Als ik één persoon kan inspireren zichzelf activist te noemen ben ik blij.’

U bent ook programmator en curator van literaire events. Zou u Tommy Wieringa uitnodigen?

Cop: Dat zie ik niet snel gebeuren, tenzij het is om met mij in debat te gaan natuurlijk, dan meteen. Iedere curator maakt keuzes en ik denk daar goed over na. Wanneer mensen mij vragen, weten ze waarvoor ik sta. Drie jaar geleden richtte ik Hyster-X op, een feministisch Belgisch schrijverscollectief voor vrouwen en non-binaire personen. Vandaag zijn we met 52 leden. Instituten en instellingen willen samenwerken met ons en we zijn onlangs gevraagd om deel uit te maken van het Overleg Literaire Organisatoren (OLO). We werken nu aan een charter voor grensoverschrijdend gedrag. Dat stemt hoopvol.

U blijft dus geloven in de kracht van de literatuur?

Cop: Met literatuur kun je de waarheid vertellen zonder de waarheid te spreken. Als schrijver wil je je lezer iets geven, een ervaring, een betekenis tussen de lijnen. Fictie versterkt empathie. En in de huidige wereld is die broodnodig. Als ik één persoon kan inspireren zichzelf activist te noemen ben ik blij. Veel mensen leven met aangeleerde hulpeloosheid, de wereld ziet er donker uit, hoe kan jij iets doen tegen al die gruwel? Begin klein, doe iets, red een kat, help de buurvrouw met haar zware tas, of schrijf een opinie over iets wat je onrechtvaardig vindt, want we kunnen veel meer dan we denken. Alle verandering is ooit door mensen gestart. Misschien moeten we bereid zijn een stapje achteruit te zetten en onze eigen belangen niet langer te laten primeren op die van anderen. We komen er uiteindelijk wel, als we maar blijven praten en respect opbrengen voor de meningen van anderen – en blijven schrijven en lezen natuurlijk.

 

Uschi Cop

1988: geboren in Merksem.

Behaalde een doctoraat in de taalpsychologie aan de UGent.

2014: Verhuist naar Brussel.  Werkt er als literair curator en schrijft voor Knack.be, De Morgen en Bruzz.

2021:  Richt Hyster-X op, een feministisch Belgisch schrijverscollectief voor vrouwen en non-binaire personen.

 Vorig jaar kwam haar verhalenbundel Zwaktebod uit. Momenteel legt ze de laatste hand aan haar debuutroman die in de lente van 2026 bij De Arbeiderspers zal verschijnen.

 

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content