Filosofe Tinneke Beeckman zegt dat haar schrijfstijl de laatste jaren wel veranderd is. ‘Mensen willen meteen weten waar het naartoe gaat. Dat dwingt je na te denken over wat je echt wilt zeggen.’
‘Ik ben altijd een lezer geweest’, vertelt Tinneke Beeckman. ‘Thuis kreeg ik ook het goede voorbeeld. Mijn moeder en mijn vader lazen heel veel. Zelfs toen we naar de televisie keken, had mijn moeder nog een boek in haar handen. Ik kon me toen ook helemaal verliezen in een boek. Het had iets magisch om een andere wereld binnen te stappen en even in een boek te wonen. Op school kregen we ook een leeslijst, maar vreemd genoeg spraken die boeken me veel minder aan. Wellicht omdat ze tot de leerstof behoorden.’
Schrijft u anders dan vroeger?
Tinneke Beeckman: O ja, mijn schrijfstijl is zeker veranderd sinds ik in de media kom. Als je een column schrijft, moet je snel ter zake komen. Net zoals op radio of op televisie heb je twee minuten om je punt te maken. Dat is niet veel, dus ik denk vooraf na over wat ik wil zeggen. Schrijven voor een groot publiek is iets helemaal anders dan een academische tekst schrijven: dan ben je in je hoofd aan het debatteren met collega’s. Je noteert alles wat je weet, geeft veel meer details en argumenten.
‘Mensen vertelden me dat ze het heel aangenaam vonden om korte teksten te lezen.’
Is het een goede zaak om beknopter te schrijven?
Beeckman: Het is niet noodzakelijk slecht. Ik merk dat mensen ongeduldiger geworden zijn. Ze willen meteen weten waar het naartoe gaat en wat het oplevert voor hen. Dat dwingt je om na te denken over wat je echt wilt zeggen. Dat is een goede oefening. Mensen die heel uitvoerig schrijven, zouden ze ook eens moeten maken. Het zou hun teksten zeker beter maken. Misschien zijn veel academische teksten te lang, al kan het ook zijn dat ik ongeduldiger geworden ben. (lacht)
Houdt u als schrijver rekening met de kortere aandachtsspanne van de lezer?
Beeckman: Toen ik vijf jaar geleden Machiavelli’s lef naar de uitgeverij stuurde, zei mijn redacteur dat de hoofdstukken te lang waren. Ik heb ze dan opgedeeld. Mijn boek Ken jezelf, een openhartige filosofie bevat dan weer essays die ik eerst voor Knack geschreven heb en later heb uitgewerkt. Mensen vertelden me dat ze het heel aangenaam vonden om korte teksten te lezen. Maar uiteraard moet er ook ruimte zijn om echt in de diepte te gaan, dat spreekt voor zich.
Leest u zelf nog dikke boeken?
Beeckman: O ja, onlangs nog Middlemarch van George Eliot. Heerlijk, al moet ik er wel even voor gaan zitten. Komaan Tinneke, denk ik dan. Ik moet geduld hebben met mijn eigen ongeduld. (lacht)
Hebt u tips om beter te focussen op een tekst?
Beeckman: Ban elke afleiding en geef niet meteen op. Het loont.
Voorpublicatie ‘Ken jezelf’ van Tinneke Beeckman: ‘Wat in publieke opinie voor wijsheid doorgaat, getuigt niet altijd van inzicht’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
