Jürgen Mettepenningen
‘Paus Franciscus was geen heerser over zielen, maar een bewaarder van menselijkheid’
‘Bij het overlijden van de paus stond de wereld heel even stil, maar algauw werd het hollen voortgezet, opnieuw tot het niveau van een wereld die op hol slaat. De woorden van de paus zijn actueler dan ooit want er is zoveel nood aan hoop’, schrijft Jürgen Mettepenningen, die in deze bijdrage afscheid neemt van paus Franciscus, die vandaag in Rome wordt begraven. Het is ook het geactualiseerde voorwoord van zijn boek Franciscus, dat vanaf volgende week opnieuw in de winkel ligt.
Een wereld die op hol slaat, heeft nood aan leiders die rust brengen en richting aangeven. Geen leiders met louter macht, maar vooral met gezag, geen leiders die draaien rond eigenbelang, maar rond het welzijn van allen en dus zeker ook van de meest kwetsbaren. Geen leiders die de boel nóg meer op hol doen slaan, maar die houvast bieden. Zo iemand was Franciscus. In de ogen van veel mensen – overtuigde christenen, andersgelovigen, ampergelovigen en niet-gelovigen – werd de manier hoe paus Franciscus zich manifesteerde tijdens zijn pontificaat beschouwd als een baken.
Of zoals ik het in de media vetolkte op 21 april, de dag van zijn overlijden: met de dood van deze paus verliezen we een grote stem van het moreel geweten van deze wereld. Wellicht verklaart dit voor een groot deel de ruime weerklank die zijn dood kreeg in de media en in het hart van veel mensen. Een moedige stem in moeilijke tijden is verdwenen.
In een geopolitieke context die gepolariseerd wordt door de politieke leiders van de Verenigde Staten van Amerika, Rusland, China enzovoort, een context van verruwing in hun taalgebruik, hun omgang met mensen(rechten) en hun onderlinge verhoudingen, maar ook in een westerse context waar het persoonlijk leven van mensen niet zelden gelittekend wordt door groeiende vereenzaming en pessimisme, sprak en spreekt de boodschap van Franciscus aan, in woord en daad.
Hij bepleitte vrede, op elk niveau, niet het minst dat van het hart, via een revolutie van de tederheid. In zijn autobiografie, die recent verscheen, getiteld Hoop, benadrukt hij dat in de laatste zinnen ervan nogmaals als dwingend advies: ‘Strijd met tederheid en moed’. Daartoe aarzelde hij niet om op het publieke forum stelling in te nemen.
“Bedankt om me terug naar het plein te brengen”. Dat zijn de laatste gesproken woorden van paus Franciscus die ons bekend gemaakt werden, geuit tegenover Massimiliano Strappetti, zijn persoonlijke verpleger. De paus had immers getwijfeld of hij na zijn Paaszegen van zondag 20 april, op de middag, nog in de pausmobiel zou stappen om een ritje te maken over het Sint-Pietersplein. Om de mensen te groeten. Strappetti gaf het spreekwoordelijke duwtje in de rug. Ongetwijfeld wist hij wat Franciscus echt wilde. Deze paus was een paus van en voor het volk, die pas echt opleefde wanneer hij tussen de mensen was. Het werd zijn laatste openbaar optreden: de paus overleed de ochtend nadien, plots en toch niet onverwacht.
Zo was hij ook paus geworden: plots maar niet geheel onverwacht. Reeds tijdens het conclaaf van 2005, na de dood van paus Johannes Paulus II, was hij op een haar na bijna paus geworden. Het werd Joseph Ratzinger, die zich de naam Benedictus aanmat, genoemd naar de heilige monnik die patroon is van Europa. Na het onverwachte aftreden van Benedictus XVI kozen de kardinalen in maart 2013 alsnog voor Jorge Mario Bergoglio, de aartsbisschop van Buenos Aires, ver van Europa. Het stijlverschil met zijn voorganger was groot. Maar er was veel broederlijkheid tussen beiden. Voor het eerst in de kerkgeschiedenis kreeg een paus een voorganger in leven naast zich, wonend in een kloostergebouw in de Vaticaanse tuinen. Two popes, de ene emeritus, de andere in functie.
Benedictus XVI overleed op de laatste dag van 2022. De lijvige biografie die Elio Guerriero in 2016 schreef over de Duitse paus, overigens door deze laatste gelezen en goedgekeurd, werd door paus Franciscus voorzien van een voorwoord. Daarin heeft die het over ‘de gelukkige zaak’ van de nieuwheid van twee levende pausen, waarbij hij met genegenheid spreekt over zijn voorganger en hun onderlinge verhouding.
Slechts ruim twee jaar na de dood van Benedictus XVI overleed ook paus Franciscus, op 88-jarige leeftijd. Al was zijn gezondheid sinds jonge leeftijd niet zo sterk, hij heeft gedurende de twaalf jaar van zijn pontificaat steeds harder gewerkt dan dat zijn gezondheid in feite toeliet. Hij leek zichzelf geen rust te gunnen: vooruit is de weg, God verdraagt niet dat we stilstaan.
Franciscus’ laatste buitenlandse reis bracht hem naar België, van 26 tot 29 september 2024. Het programma dat de paus afwerkte, onverwachte bezoeken en ontmoetingen incluis, was ronduit indrukwekkend. De slogan van het pausbezoek was ‘Hoopvol onderweg’, verwijzend naar het thema dat de paus had gekozen voor het Heilig Jaar – het Jubeljaar 2025 – dat hij voor de Kerk had uitgeroepen: ‘Pelgrims van hoop’. Precies die hoop probeerde hij zo sterk mogelijk uit te dragen, voor te leven en voor zoveel mogelijk andere mensen te creëren. Op de eerste plaats waren dat de armen, die hij zo goed had gekend in de sloppenwijken van Buenos Aires.
Franciscus benadrukte dat God een voorkeursoptie heeft voor de armen. Voor hem kregen zij op bijzondere wijze een gelaat in de vluchteling, de asielzoeker, de immigrant. Recent, in een brief aan de bisschoppen van de Verenigde Staten van Amerika, geschreven op 10 februari 2025, richtte paus Franciscus zijn pijlen op de massadeportaties die de Amerikaanse regering aanvatte. In de brief klinkt het vrijmoedig en streng dat dit in strijd is met de waardigheid van elke mens.
Paus Franciscus is niet te begrijpen zonder die hoeksteen voor ogen te houden: elke mens verdient benaderd te worden als een volwaardige medemens, als een mens die in diens volle waarde moet worden gelaten en als dusdanig erkend. En geholpen. Niet buitengesloten, als zou een mens een last zijn, iets overtolligs, iets waarvan je je kan ontdoen. Op talloze wijzen heeft paus Franciscus stem gegeven aan wie geen stem heeft, aan wie vanuit zichzelf geen luisterend oor krijgt.
Hij maakte niet alleen zijn naam waar – een moderne Franciscus van Assisi met intense aandacht voor armen en schepping – maar ook meteen de titel van zijn encycliek Fratelli tutti: Franciscus toonde zich als een broeder van allen, over de grenzen van religies heen, getuige bijvoorbeeld zijn grote aandacht voor de dialoog met de islam.
Franciscus was een dialoogmens. Enkel spreken over degenen die zich aan de andere kant van de grens of de muur bevinden, dat levert alleen maar oordelen op die vaak de vooroordelen bevestigen. Neen, zo zei hij, de muren moeten afgebroken worden en mensen moeten elkaar ontmoeten, elkaar kennen, met elkaar spreken, met elkaar leven. Dat is samenleven. In een wereld, zowel geopolitiek als in het persoonlijke leven, waar men zich terugplooit op zichzelf en de ander als een bedreiging gaat zien voor zichzelf, worden muren veeleer nog hoger gebouwd dan dat ze worden afgebroken. Dat stimuleert ‘het grote eigen gelijk’ in plaats van de verrijking die er alleen maar kan komen door openheid, ontmoeting en dialoog. Wanneer de ander maar zo anders mag zijn als ik bepaal, ontmoet ik dan wel de ander en ben ik dan ten volle medemenselijk?
Meer dialoog is ook wat paus Franciscus hevig wenste binnen de Kerk. Minder aandacht voor het instituut, meer aandacht voor Christus. Meer luisteren naar elkaar ook, omwille van elkaar. Zo samen het gesprek voeren en daarbij uitdrukkelijk ruimte laten voor de inbreng van de heilige Geest. Een synodale Kerk, daar droomde hij van. En daar werkte hij aan. Tussen 2021 en 2024 vond een traject plaats binnen de Kerk, groeiend van onderuit met gelegenheid tot inspraak van alle katholieken en uitmondend in twee sessies te Rome van de bisschoppensynode (in oktober 2023 en oktober 2024). Het proces is verre van afgerond, maar het is op de rails gezet, wachtend op een vervolg. Het mag niet bij dromen blijven. De weg ligt voor ons.
‘Laat ons dromen’, klinkt de uitnodiging in de titel van een van de boeken van Franciscus. Zelf zag hij zijn droom over de toekomst niet los van zowel zijn pleidooi voor een wereld die de waardigheid van elke mens erkent, een wereld waar mensen integraal zorg dragen voor de schepping, een wereld vol dialoog, solidariteit en vrede, als van zijn overtuiging en hoop omtrent de betekenis die christenen daarbij kunnen hebben. De droom kadert uiteraard binnen Gods grote droom over mens en wereld – het koninkrijk van God – en is onlosmakelijk verbonden met actie. Die actie vergt moed en engagement. Meer zelfs, de droom vergt een kerk die zich warmer positioneert en zich meer betrokken op evangelie en mensen organiseert en daarbij niet bang is zich kwetsbaar op te stellen, zich vuil te maken (cf. Franciscus’ programmatekst van 2013, Evangelii gaudium, nr. 49) en bij tekortschieten zich te herpakken. Van betreffende moed en engagement kan maar sprake zijn wanneer christenen gegrondvest zijn in een levende spiritualiteit: de levende relatie van God en mens.
En daarmee komen we aan het fundament, de bron waaruit paus Franciscus zelf zijn kracht heeft geput. God. Maar ook daar in de verbinding met mensen! Niet alleen vroeg hij bij zijn eerste publieke verschijning, op het balkon van de Sint-Pietersbasiliek, om voor hem te bidden, hij bleef dat sindsdien almaar door vragen. Toen ik hem dit boek overhandigde in maart 2020, kort voor corona uitbrak, was ik hem voor: in het boek had ik vooraan met de hand geschreven dat ik voor hem bid. Toen ik hem tijdens onze ontmoeting zei dat het belangrijkste van het boek vooraan stond en hij de woorden las, glimlachte hij en zei dat het zeker een goed boek moest zijn. Franciscus haalde niet alleen kracht uit zijn eigen gebed, maar ook uit dat van anderen.
Bij het overlijden van de paus stond de wereld heel even stil, maar algauw werd het hollen voortgezet, opnieuw tot het niveau van een wereld die op hol slaat. De woorden van de paus zijn actueler dan ooit want er is zoveel nood aan hoop.
De uitgever vond het passend om bij gelegenheid van het overlijden van paus Franciscus dit boek opnieuw uit te brengen. De boodschap van Franciscus heeft immers nog niets aan actualiteit ingeboet. Integendeel!
Jürgen Mettepenningen is doctor in de theologie, directeur van de dienst Identiteit binnen het vicariaat Onderwijs van het aartsbisdom en gastdocent aan de theologische faculteit van de KU Leuven. In 2010 was hij korte tijd perschef van de Belgische bisschoppen-conferentie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier