Lofzang op jarige Eddy van Vliet

In de Gentse Cultuurloft worden belangrijke overleden auteurs via een originele lofbetuiging of ‘loftuiting’ op hun verjaardag herdacht. Op 11 september – nine eleven! – is dichter Eddy van Vliet als eerste aan de beurt.

Gent is er sinds een paar jaar een cultureel centrum op rijker. De Cultuurloft, gelegen aan de Tentoonstellingslaan 147, is een bescheiden centrum, want geen grootkapitaal, zodat het groot mediacircus, versterkt met pauken, orgel en harp niet ingehuurd kan worden. Bovendien is het een privé-initiatief van een bescheiden man, weliswaar met een groot hart voor cultuur, maar met bescheidenheid raak je met moeite op de cultuurpagina’s. Nochtans zit de agenda propvol. Concerten, vernissages, boekpresentaties en maandelijks wordt er vanaf 11 september de lof gestoken van een auteur die de grote oversteek al geruime tijd achter de rug heeft.
Het literaire luik van het nieuwe seizoen gaat van start met een ‘loftuiting’ aan de in 2002 gestorven dichter Eddy van Vliet. Getuigen zijn Gwy Mandelinck en Anne Provoost. Ze worden op dinsdag 11 september publiekelijk ondervraagd door de jonge Gentse dichter David Troch. Handtastelijk is hij niet met marteltuig, maar zijn tong is scherp genoeg om de opgevorderde kennissen tot het onthullen van onbekende hoeken en kanten van de overledene te dwingen. Maar uw letterknecht is uit hetzelfde hout gesneden en wist voormalig poëtisch weerman Gwy Mandelinck met por- en schopwerk reeds nu een en ander te laten bekennen:

‘Gedurende dertig jaar was Eddy van Vliet een échte vriend. Die vriendschap was ontstaan tijdens ontmoetingen op festivals in Nederland. Bij de creaties van de Poëziezomers van Watou was Eddy van alle dichters de meest actieve medewerker.’
‘Is dat alles? Nou groot nieuws is dat niet, Gwy.’
‘Au! Niet slaan! Niet alleen ’s zomers maar ook tijdens de winters reed ik samen door de Vlaamse door de Vlaamse en de Franse Westhoek.’
Voor wat, Gwy. Voor bordeelbezoek?’
‘Nee, niet doen. Ik heb het begrepen! We spraken in de wagen over de grondlijnen van de geplande Poëziezomers.’
‘Aan rijke tafels en flink wat glazen, niet?’
‘Ja, en daardoor werd het gesprek persoonlijker. Aai!’
‘Vooruit. Verklaar je nader!’
‘Ons privé-leven werd gefileerd. We hadden geen geheimen voor elkaar.’
‘Aha! Hou de rest maar voor de loftuiging van 11 september. Slechts één vraag nog. Wat is er voorafgaand aan het overlijden tussen jullie bedisseld?’
‘Wel – alsjeblieft! Geen doornenkroon! – Vlak voor zijn coma vroeg Eddy mij om zijn as te verstrooien in de weide naast ons ex-huis. Ik heb dat gedaan maar het ervaren als een haast bovenmenselijke opdracht, mede omdat ik tot aan mijn knieën wegzakte in de Westhoekgrond.’
‘En later heb je op die plaats een betonnen raam, een memoriamvenster laten bouwen. Dat staat er niet meer. Wat heb je er mee gedaan? Verkocht? Voor grof geld?’
‘Helemaal niet, meneer de procurator. De nieuwe eigenaar heeft het laten afbreken. Na protest heeft het stadsbestuur van Poperinge zich over de ruïne ontfermd en beloofd het herop te bouwen op het nieuwe kerkhof.’
‘En is dat gebeurd?’
‘Aan lijken geen gebrek op het knekelveld, maar tot nog toe geen monument.’
‘Goed, dat is het voor vandaag. Je kan gaan, maar verlaat het land niet, begrepen?’
‘Jawel, tot uw dienst, heer procurator. Met zulke verwondingen…’

Guido Lauwaert


Staan nog op het programma : 2 oktober Graham Greene, 13 november Robert Louis Stevenson, 4 december Rainer Maria Rilke, 5 februari William S. Burroughs, 12 maart Jack Kerouac, 9 april Charles Baudelaire en 7 mei Willem Elsschot. De toegang is 5 euro. Trouwe bezoekers krijgen zes literaire lofzangen voor de prijs van vijf.