Guido Lauwaert
Literatuur in de lift en in een hongerwinter
Het uitgeversvak zit in de lift en tegelijk in een hongerwinter. Alle lagen hebben het moeilijk om te overleven. Het vreemde is dat grote concerns het moeilijker hebben dan kleine uitgevers, zelfstandige boekhandelaars en bescheiden literaire initiatieven.
Op Gedichtendag, dit jaar donderdag 30 januari, had je zowel in Antwerpen als in Gent een grote opkomst voor een poëzieavond, beide vanuit een verschillende hoek. De slotavond van Achterom in de Gentse Vooruit kon uitpakken met tweehonderd toeschouwers. Op de trein en in de stations vond Verwonderd gretig aftrek en werd ook gelezen, zoals mijn vrouw ondervond. Het miniboek bevatte naast promo voor allerlei poëzie-initiatieven en -organisaties een boekje met een gedicht van Delphine Lecompte, Max Temmerman, Michaël Vandebril, Maarten Inghels en Ruth Lasters. De uitgave kwam tot stand door een deal van de Stichting Lezen en het Poëziecentrum.
Vanavond 31 januari is er de presentatie van de nieuwe dichtbundel van Peter Verhelst in het NTGent, WIJ totale vlam een uitgave van Prometheus. Ook daar worden een paar honderd toeschouwers verwacht. Op donderdag 6 februari volgt de presentatie van de meerpolige bundel Verhalen voor het sterven gaan, een initiatief van de bekende strijder voor een waardige dood, Marc Cosyns. Het boek verschijnt bij Uitgeverij Vrijdag. Naar verluidt bestelt zelfs de boekhandel grote aantallen van de uitgave, omdat er vraag naar is nog voor het is verschenen. Het merkwaardigste is echter dat voor de presentatie in de Gentse Minardschouwburg zich méér dan 600 toeschouwers hebben gemeld. Boekhandel Walry is overdonderd. Volgens de directeur van de Minard is er overboeking. Hoe het probleem opgelost wordt, daar is men nog niet uit. Al zeker is dat een honderdtal toeschouwers op het podium zullen zitten. Het wordt dus tegelijk een groots en intiem gebeuren.
Dat er zulk een groot aantal toeschouwers opdaagt heeft meerdere redenen. De belangrijkste zijn dat voor het boek van Marc Cosyns een vijftigtal auteurs meewerkten, onder meer Nic Balthazar, Jean Paul Van Bendegem, Diane Broeckhoven, Herwig Deweerdt, Griet Op de Beeck, Manu Keirse, Ilah, Wim Opbrouck, Pascale Platel, Annelies Verbeke, Mark Eyskens, Peter Holvoet-Hanssen, Stijn Vrancken, Joke Van Leeuwen, Paul Verhaeghe. Ieder heeft zijn hymne en allen hebben hun fans. Dat zorgt voor een breed publiek. Een tweede reden van de grote opkomst is dat het spektakel gratis is. Mensen zijn de televisie beu. Elk format heeft zijn variaties op een thema, maar de kijker is erop uitgekeken.
Theater en film zitten ook in de lift, maar een toegangskaart moet gekocht worden. Dat remt de opkomst. De overheid laat uitschijnen dat het goed gaat met de portemonnee van het land. Dat zal wel zo zijn, maar dat is vooral te danken aan de plundering van de burger. Met veel poeha wordt kond gemaakt dat iedereen een paar honderd euro bespaart door ingrijpende wijzigingen. In alle stilte worden kleine overheidsdiensten echter duurder, zodat de burger geen tweehonderd euro wint maar er jaarlijks vierhonderd verliest.
Literatuur in de lift en in een hongerwinter
Guido Lauwaert
Extra merkwaardig feit van het groot succes van de literaire initiatieven is de inzet van de zelfstandige boekhandel. Het is niet alleen de jeugd tussen 18 en 30 dat op dergelijke initiatieven opdaagt. Alle leeftijden worden frontaal en in de flank benaderd door de attracties van het virtuele circus. Ze draaien dubbele shifts, de boekhandelaars, maar het legt hun geen windeieren. Het staat in groot contrast met de inzet van directie en personeel van de grote concerns. Je mag al blij zijn dat op de presentatie van een dichtbundel een afgevaardigde van de uitgever aanwezig is.
Polare – een naam verzonnen door een team dat niet eens weet wat een buikband is – mag dan wel nieuwe boeken aan 20% korting verkopen, het is te weinig om de gevoelige snaar van de lezer te raken. De terugkeer van de handelaar die weet wat hij verkoopt en daar een goed verhaal bij heeft, is duidelijk merkbaar. Het aantal lezers zit in de lift, en zou nog maar toenemen, ware het niet afgeremd door de concerns. Die hebben zichzelf in een hongerwinter gemanoeuvreerd. De enige oplossing is het behoud van het administratief en financieel beleid, maar hun uitgevers een totale artistieke zelfstandigheid te garanderen. Zij moeten ook zelf de deur uit en artistiek en financieel participeren in publieke initiatieven.
Een boek is meer dan een pak bedrukt papier. Bovendien moet de lezer niet enkel de auteur kennen, maar ook de uitgever nar vorm en karakter. Doet hij dat niet, is dat een belediging van de lezer. Een kleurrijk verbond van onafhankelijke boekhandels, Confituur, heeft dat zeer goed begrepen. Ieder heeft zijn winkel en doet zijn ding in samenspraak, maar blijft baas in eigen buik. Het geeft zelfs gelegenheidsboeken uit, zoals onlangs Over het nut van confituur. Het boekhandelsgeschenk 2013, met een verhaal van Geert van Istendael en illustraties van Judith Vanistendael, kreeg de lezer gratis bij aankoop van minstens 12,50 euro en had een oplage van 7.500 exemplaren. Binnen een paar weken waren ze de deur uit.
De enige redder van het boekenvak is het persoonlijk initiatief. Het zijn slechts de individuen met hoge organisatorische kwaliteiten die de wereld behoeden voor een hongerwinter. Dat geldt voor elke tak van de economie, dus ook voor het boekenvak.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier