Joost Zwagerman – Hitler in de polder & Vrij van God

Joost Zwagerman laat in zijn pamflettweeluik ‘Hitler in de polder & Vrij van God’ helder zien dat je geen tafellaken om je hoofd hóéft te knopen om te bewijzen dat je geen nazi bent.

‘Ik heb niets op met de voltijdse islam- bashers in dit land (…). Ik hecht sterk aan het welslagen van een multicultureel Nederland, maar dat (…) wordt stelselmatig tegengewerkt en zelfs gesaboteerd door conservatieve opiniemakers (…) die allerlei reserves tegen dat multiculturalisme in de schrilst denkbare termen verdacht maken.’

Aldus Joost Zwagerman in zijn gloednieuwe pamflettweeluik Hitler in de polder & Vrij van God. Helder laat hij daarin zien dat je geen tafellaken om je hoofd hóéft te knopen – ach, mevrouw Vogels, mevrouw Geysen, u ook hier? – om te bewijzen dat je geen nazi bent.

Dat laatste is meteen een zeer beladen term, maar daar gaat ‘Hitler in de polder’ juist over: een niet gering deel van de Nederlandse culturele elite, dat ’tragisch genoeg van zichzelf denkt dat het links is’, is alweer een jaar of 25 bezig ieder die openlijk bezwaar maakt tegen de onplezierige, ondemocratische, onmoderne, zeg maar: achterlijke aspecten van de islam meteen als extreem rechts weg te zetten.

Wat diezelfde culturele elite bij Hugo Claus, Jan Wolkers, Maarten ’t Hart zo prachtig vond – dat zij zich in niet altijd de zachtzinnigste bewoordingen hebben losgemaakt van het geloof van hun vaderen en deszelfs onplezierige, ondemocratische, onmoderne, zeg maar: achterlijke aspecten – verbiedt zij islamcritici als Ayaan Hirsi Ali en Afshin Ellian: Gij zult uw toon matigen (als het over de islam gaat)! Gij zult niet honen (in ieder geval de islam niet)!

Maar óf er is vrijheid van meningsuiting, waaronder religiekritiek, óf niet. Zo eenvoudig is het – en zo wezenlijk en zo belangrijk. ‘Dit nieuwe verraad der klerken moet worden ontmaskerd’, besluit Zwagerman zijn zeer pertinente betoog.

Herman Jacobs