Pat Donnez

‘Je moet netelige kwesties niet mijden: kies voor empathisch pragmatisme’

Pat Donnez Auteur (Foto © Hartmut De Maertelaere)

In ‘9 regels om in 8 te nemen’ houdt Pat Donnez een hartstochtelijk pleidooi voor ‘empathisch pragmatisme.’ Wat als we zouden leren om compromissen te sluiten zonder onszelf te compromitteren? Het boek is evenzeer een manifest voor onbevangenheid dat de ambitie koestert om in sombere tijden enig soelaas te bieden. ‘Klaag niet over het donker, maar steek liever een kaars aan.’ We bieden u graag een fragment aan.

Sinds mijn avonturen met Vette Freddy en Herman Houdini, probeer ik te kiezen voor wat ik noem ‘empathisch pragmatisme’. Wie kiest voor of/of in plaats van en/en versimpelt en verkleint ons samenleven tussen goed of kwaad. Vriend of vijand. Wij of zij. Ik pas voor ethiek die in een lucifersdoosje past. De kracht van en/en ligt in het vermogen om de rijkdom van complexiteit te accepteren en te begrijpen dat diversiteit juist onze grootste kracht is.

Dat wil niet zeggen dat je netelige kwesties moet mijden, zeker niet. Maar als je ze aansnijdt, helpt het om je te proberen in te leven in het standpunt van de tegenpartij. Dat is lastig, maar het went, en je krijgt vaak een begin van een oplossing voor een als onoverkomelijk bekendstaand probleem.

Als journalist van een openbare omroep ben ik gepokt en gemazeld door onpartijdigheid. Je mening – zo leerde ik – zet je in een doos buiten aan de voordeur van het omroepgebouw voor de rest van je carrière. Dat heb ik altijd zo gedaan. Ons grote voorbeeld was de BBC. Impartiality. Woord-wederwoord. En/en. Maar onpartijdigheid wil niet zeggen dat je twee meningen tegenover elkaar zet en vervolgens ergens halverwege gaat staan. Je probeert zonder vooroordelen, onafhankelijk, radicaal op zoek te gaan naar de waarheid. Dat is de theorie. In feite is het eenvoudig: zegt de een dat het regent en de ander dat de zon schijnt, dan geeft een goede journalist niet allebei gelijk maar kijkt gewoon naar buiten.

Wat als we de focus verleggen? Wat als we ons minder zouden richten op de kleine verschillen en meer op de gedeelde overeenkomsten? Wat als we zouden leren om compromissen te sluiten zonder onszelf te compromitteren? Dit is niet alleen een utopische droom, maar kan daadwerkelijk leiden tot een meer humane en aangename samenleving.

Mededogen is een spier die sterker wordt naarmate je hem gebruikt. Dat leerde Etty Hillesum mij. Mocht zij later zijn geboren of ik een pak vroeger, ik zou haar zijn gaan opzoeken voor een interview. En dat zou lang, lang mogen duren. Een prachtvrouw! Toen ik als tiener Het verstoorde leven las, de dagboeken die ze bijhield voor ze werd vermoord in Auschwitz, wist ik dagenlang met mezelf geen blijf. Dat mag vreemd klinken, maar haar reflecties over kwetsbaarheid en veerkracht schudden
me door elkaar. Hoe kon iemand zo sereen blijven, zo fragiel onverwoestbaar, terwijl buiten de barbarij van het nazisme woedde en zij als Jodin voortdurend voor haar leven moest vrezen? Maar dat deed ze niet. Ook toen de vervolging van Joden op volle toeren draaide en ze massaal werden gedeporteerd, bleef ze naar buiten gaan.

Voor twee hedendaagse vredesactivisten was Hillesum van een verpletterende betekenis. De Israëlische Emma Sham-Ba Ayalon en de Palestijnse Dina Awwad-Srour. Zozeer dat ze sessies begonnen te organiseren op basis van haar dagboeken, waaruit ze citaten kozen die ze op speelkaarten lieten drukken. Tijdens die bijeenkomsten bespreken de deelnemers, Joden en Palestijnen, de citaten en hun impact op hun persoonlijke leven, tezamen met bredere maatschappelijke kwesties. De opzet is om Etty Hillesum als een soort verbindingsofficier post mortem te laten optreden tussen twee elkaar naar het leven staande volken.


Het lijkt te wereldvreemd voor woorden, dat je mensen die in een mensonterende oorlog zijn verwikkeld, dichter bij elkaar kunt brengen door gewoon te praten over wat een jonge Joodse vrouw in een Amsterdams huis meer dan tachtig jaar geleden in een dagboek bij elkaar krabbelde. ‘Laten we ervan doordrongen zijn,’ schrijft Etty, ‘dat ieder atoompje haat dat wij aan deze wereld toevoegen haar onherbergzamer maakt dan ze al is. (…) Ik zal de liefde bewaren die ik diep in mezelf heb ontdekt, en ik zal die
liefde ruimhartig uitdelen, waar ik maar kan.’


Wereldvreemd? Beslist, alleen is het de vraag wie dan wereldvreemd is. Zij die de wereld zo wreed maken dat de een voor de ander een vreemde is geworden of zij die dat vreemd en wreed vinden en vreedzaam door het leven willen gaan.


Voor wie goed kijkt, is de wereld nu eenmaal een beetje vreemd. Een existentiële staat van verbazing kan ervoor zorgen dat je aangenaam door het leven overvallen wordt.

Volgens socioloog Hartmut Rosa heeft de burger een agressieve basishouding tegenover de wereld ontwikkeld. Elk jaar moeten mensen meer voor elkaar zien te krijgen. De gevolgen daarvan zie je terug op drie niveaus. ‘We zijn agressief tegenover de natuur met onze industrieën en grondstoffen die we aan de aarde onttrekken. Maar we zijn ook agressief tegenover andere mensen. De politieke cultuur verandert overal: de ander wordt niet meer beschouwd als gesprekspartner, maar als een idioot of als een vijand die het zwijgen moet worden opgelegd. Die agressie vind je ook terug op microniveau, in de manier waarop we met onszelf omgaan. Onze to-dolijstjes lopen over, met burn-out als gevolg. Er is dus sprake van agressie tegen de natuur, tegen anderen en tegen onszelf.’

9 regels om in 8 te nemen verschijnt op 15 oktober bij Borgerhoff & Lamberigts.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content