‘Ik ben lekker stout’

Waar jong en ouder niet meer in het gareel lopen, daar beginnen de interessantste verhalen voor kinderen. Vijf stuks op een rij.

Léon gromt van Riske Lemmens is een herkenbaar en grappig verhaaltje over een kleine jongen die zo protesteert als hij zijn zin niet krijgt, dat andere kinderen en zelfs zijn juf voor hem terugdeinzen. Alleen zijn mama kan hem de baas, bijvoorbeeld door heel speels mee te gaan in zijn verbeelding.

‘Ik ben een olifant’, zegt Léon en zijn moeder maant hem aan zijn ‘slagtanden’ te poetsen. Als Léon dan plots een leeuw wordt, kruipt mama prompt in de rol van leeuwentemmer. De tekeningen zijn toegankelijk en kleurrijk, met veel knipoogjes naar de fantasie van peuter en mam. Het einde is warm. Een geknipt bedtijdboekje.

Léon gromt, Riske Lemmens, 3+, De Eenhoorn, 2011, 32 p., 14,50 euro, ISBN 978 90 5838 690 8.

Beu van Kaat Vrancken en Noëlle Smit zoemt in op een meisje, Julia, dat om de haverklap van hobby wil veranderen: ze wil dansen, ze wil drummen, snowboarden en zwemmen. Het lijkt een karikatuur, maar veel lezers zullen het fenomeen wel herkennen: dat je kind nog maar net alles heeft aangeschaft om een hobby goed en wel in te zetten, of hij of zij lonkt alweer naar een andere vrijetijdsbesteding. In het boekje surfen Julia’s welgestelde ouders lustig mee op haar grillen.

Het leukste aan Beu zijn de tekeningen van Noëlle Smit, waarin heel wat te beleven valt. Zij geven stiekem ook telkens prijs wat Julia het meest na aan het hart ligt en wat ze dan ook nooit beu zal worden. Een verhaal met een boodschap, zonder dat het te hard opvalt.

Beu, Kaat Vrancken en Noëlle Smit, 3+, Querido, 2010, 32 p., 13,95 euro, ISBN 978 90 451 1132 2

In Viezeltje vertelt Suzan Peeters over een heel vuil meisje.
Op een dag dringt ze binnen in het huis van de kraaknette mevrouw en mijnheer Stoffel. Later blijkt diezelfde Viezeltje net de dochter van de burgemeester. Die leert het paar Stoffel een lesje over vuile en schone kinderen. Een boek dat qua verhaal vrij weinig om het lijf heeft en niet zo evenwichtig is opgebouwd. De tekeningen zijn wel geestig en kinderen zullen het geheel vast grappig vinden.

Viezeltje, Suzan Peeters, Milja Praagman, De Eenhoorn, 2011, 3+, 32 p., 14,50 euro, ISBN 978 90 58 38 688 5.

In het nieuwe prentenboek van André Sollie, Konijntjesbrood, hebben een koningin en een koning ruzie. Inzet van het spel: hun komende kindje. De vrouw droomt van een wit konijntje, haar man wil liever een eekhoorn. Een beetje een surrealistisch verhaal is dit – Sollie schreef zoals vaker de tekst bij zijn eigen tekenwerk – waarin de auteur met een aantal metaforen onder meer de strijd der seksen in de verf wil zetten. Een strijd die al bij al vrij zinloos is, want het leven en de natuur lopen immers zoals ze lopen en daar baten weinig woorden.

Sollie beeldt het gevecht ook uit in de kleurrijke en gelaagde collages. Niet enkel de taal van de man is gespierd, maar ook zijn lijf. De koningin staat voor zachtheid en schoonheid, met haar jurk vol rozen en haar zoete glimlach. De beelden zijn vaak mysterieus en geven zich niet meteen prijs. Soms zijn ze absurd, wie goed kijkt zie ook verdriet.

Niet Sollies beste werk, als je het ons vraagt – de clichées zijn niet ver weg. Wel een boek dat leuke discussies voor klein en groot kan opleveren.

Konijntjesbrood, André Sollie, 6+, Querido, 2011, 40 p., 14,95 euro, ISBN 978 90 451 1204 6.

En dan is er Rosie en Moussa, waarvoor auteur Michael De Cock en illustrator Judith Vanistendael recent nog een Boekenwelp kregen. Dit grootstadsboekje verscheen eerder als vervolgverhaal op de kinderpagina van Brussel deze week.

Rosie gaat met haar moeder in een nieuwe flat wonen en sluit al snel vriendschap met de bovenbuurjongen Moussa. Hij heeft een kat aan een leiband en is niet zo’n beste maatjes met mijnheer Tak. Op een dag gaan Rosie en Moussa het dak van het appartementsgebouw verkennen, met zicht op de grote stad. Maar dat is buiten de strenge mijnheer Tak gerekend. Op een inventieve manier slagen de vrienden erin, te ontsnappen.

Rosie en Moussa is een even grappig als ontroerend verhaal voor jonge lezers, met originele invalshoeken en knappe oneliners. De vertelling illustreert zonder veel poeha hoe culturen en leeftijden niet haaks op elkaar hoeven te staan en hoe kinderen zich verwarmen in een betonjungle. De puike illustraties zijn vaak humoristisch en geven mooi de emoties van de personages weer. Een feel goodverhaal over vriendschap en lef.

Rosie en Moussa, Michael De Cock en Judith Vanistendael, 6+, Querido, 2010, 88 p., 12, 95 euro, ISBN 978 90 451 1148 3.

Annelies De Waele