Gaea Schoeters – Diggers, een kleine groote oorlog

Arne Overstijns is niet de man die rent of sterft, maar het is al vanaf de eerste bladzijde van Diggers duidelijk dat hij door één stommiteit het onheil op zijn geweten heeft dat zich vijfhonderd bladzijden lang ontvouwt.

Arne is een archeoloog die hoopt dat een academische carrière hem het aanzien en zelfvertrouwen zal geven dat zijn boezemvriend Pieter altijd heeft gehad. Tot zijn doctoraatsbeurs wordt ingetrokken en hij vijfentwintigduizend euro krijgt aangeboden om een akker in de westhoek stiekem van alle restanten uit de Eerste Wereldoorlog te ontdoen.

Drie vrienden beginnen te graven. Vanaf dan worden angst, hebzucht en woede hun deel en samen met de vondsten uit de echte oorlog spitten ze hun eigen kleine oorlog naar boven.

Diggers is een opmerkelijke thriller, met gebeitelde hoofdpersonages, dramatische wendingen en beeldschone zinnen. Schoeters schrijft als een schilder, impressionistisch en barok – eerlijk: soms te barok.

Het boek ontstond uit een idee voor een tv-reeks in opdracht van Frank Van Passel, ik kan enkel hopen dat het boek toch nog televisie wordt, want Diggers is een van de zeldzame misdaadromans die het etiket ‘literaire thriller’ absoluut verdienen.

Johanna Spaey