Koen Meirlaen
‘Car Free Day: Maakt een fietstocht meer of minder het verschil?’
Aan de vooravond van de Week van de Mobiliteit staat leerkracht Koen Meirlaen stil bij de gevolgen van de klimaatopwarming. Hij roept op om snel werk te maken van een koolstofvrije toekomst.
‘Wat baat zo’n themadag?’ denk je misschien. Op Car Free Day, die op 20 september georganiseerd wordt in het kader van de Week van de Mobiliteit, worden thema’s als verkeersveiligheid, de fijnstofproblematiek en de klimaatopwarming onder de aandacht gebracht. Als leerkracht aardrijkskunde benut ik deze themadag om reeds in het begin van het schooljaar de link met de klimaatopwarming te leggen.
Car Free Day: ‘Maakt een fietstocht meer of minder het verschil?’
Om de eenvoudige reden dat er geen tijd te verliezen valt. Leerlingen worden stil als ze ontdekken voor welke uitdaging we staan. Ze stellen zich vragen over hoe het zover is kunnen komen en hoe het verder moet. We bekijken de oorzaken, gevolgen en oplossingen van de klimaatopwarming. Dat is nodig, want vaak geven leerlingen ook aan dat ze bij thuis op ongeloof tot zelfs berusting botsen, wanneer het onderwerp ter sprake komt.
Meer dan een themadag
Onze leerlingen zitten in het ‘humaniora’, wat letterlijk betekent dat we willen dat ze ‘een beter mens’ worden. We zijn echter ook verplicht om hun ‘een betere wereld’ aan te bieden of toch op zijn minst een wereld die er niet slechter op wordt. Wij moeten hun leren hoe ze hiertoe kunnen bijdragen.
De feiten zijn bekend. Sinds de pre-industriële periode is de aarde 1,15 °C opgewarmd. Dit lijkt weinig? Op de klimaatconferentie in Parijs spraken politici af dat de temperatuur maximum 2°C mag stijgen tegen het einde van deze eeuw. Wetenschappers waarschuwen echter dat we maximaal een opwarming van 1,5°C mogen bereiken.
Het probleem is dus veel groter dan velen denken. Het klimaatakkoord van Parijs geeft veel mensen een vals gevoel van optimisme. Enerzijds is het positief dat er voor het eerst in de geschiedenis een akkoord was tussen alle landen over het klimaat. Anderzijds zien we nu al dat de afzonderlijke landen de opgelegde ambities niet gaan halen, wat impliceert dat de opwarming niet onder 1,5°C zal blijven. Meer zelfs: deze 1,5°C-grens zullen we binnen minder dan tien jaar overschrijden. Dat is geen ver-van-mijn-bed-show meer. Een leerling die nu het eerste jaar middelbaar aanvat is dan ongeveer afgestudeerd…
Zal de wereld er dan anders uitzien?
Jazeker. De huidige klimaatopwarming brengt ons in een nieuwe, ongekende wereld. Door menselijk toedoen hebben we op een heel korte tijd de atmosfeer sterk beïnvloed. Een kleine temperatuurwijziging lijkt niet veel maar het brengt onze dunne, broze atmosfeer uit evenwicht. Vergelijk het met een ziek persoon, iemand met 40°C is behoorlijk van slag.
Bij een verdere temperatuurstijging zullen er op aarde processen in gang gezet worden waardoor er een versnelde opwarming volgt. Bodem die nu continu bevroren is (permafrost) zal bijvoorbeeld verder ontdooien waardoor het onderliggende methaangas (CH4) kan ontsnappen. Dit is een krachtiger broeikasgas dan het alom bekende CO2. Wanneer we deze tipping points bereiken, hebben we de opwarming niet meer onder controle net als dominosteentjes die niet meer te stoppen zijn.
Doen we verder zoals we nu bezig zijn, dan komen we tegen het einde van deze eeuw in een nieuwe wereld terecht.
Doen we verder zoals we nu bezig zijn, dan komen we tegen het einde van deze eeuw in een nieuwe wereld terecht, met een temperatuurstijging van meer dan 4°C ten opzichte van de pre-industriële periode. Kunnen we ons daar iets bij voorstellen? Ja, ongeveer 21 000 jaar geleden bevonden we ons in een tijd waar het 4 tot 5 °C kouder was dan nu. De aarde zag er volledig anders uit, we bevonden ons in een ijstijd met een zeespiegel die veel lager lag dan nu. Als we de aarde dus 4 graden laten opwarmen, dan zetten we het leven op aarde hier op het spel zoals wordt beschreven in het rapport van de Wereldbank.
Op korte termijn zullen we moeten afrekenen met extreme klimatologische omstandigheden. Veel plaatsen worden onbewoonbaar wegens extreme hitte en droogte. Ook overstromingen en de stijging van de zeespiegel volgen. Dit zal de ongelijkheid op aarde nog meer vergroten en migratiestromen op gang brengen. De Europese Unie davert nu reeds op haar grondvesten bij de huidige migratiestroom. Net de mensen die het minst bijdragen tot de klimaatopwarming zullen als eersten getroffen worden door de gevolgen.
We moeten dus de opwarming van de aarde een halt toeroepen. Nu en samen.
Op Car Free Day berekenen we op school wat de uitstoot is als we allen met de wagen naar school zouden komen. Onze school telt meer dan 1000 leerlingen en een wagen stoot gemiddeld 1 kg CO2 uit per 8 km. CO2 is het broeikasgas dat vrijkomt bij de verbranding van benzine of diesel.
Net de mensen die het minst bijdragen tot de klimaatopwarming zullen als eersten getroffen worden door de gevolgen.
Dit zijn ‘fossiele brandstoffen’ aangezien het om energiebronnen gaat die werden gevormd in het verre verleden. Dierlijke en plantaardige resten zijn miljoenen jaren geleden in een lang geologisch proces omgevormd tot aardolie, aardgas en steenkool. Deze bevatten dus nog steeds de CO2 van miljoenen jaren terug. Wanneer wij deze brandstoffen verbranden levert ons dat warmte en energie op, draaien onze motoren en rijden onze wagens… maar stoten we dus heel wat CO2 uit in de atmosfeer. CO2 is een krachtig broeikasgas en zorgt voor een serre-effect op onze aarde. Zonnestraling wordt hierdoor gereflecteerd in onze atmosfeer en dit zorgt samen met andere broeikasgassen (CH4, N2O en H2O) voor de opwarming van de aarde. Bovendien heeft CO2 de eigenschap dat het lang in onze atmosfeer blijft hangen.
We moeten dus zo snel mogelijk de uitstoot ervan stoppen aangezien we er rekening moeten mee houden dat een aanzienlijk deel van de uitstoot voor eeuwen tot millennia de aarde zal blijven opwarmen. Bovendien is het grootste deel van de huidige opwarming door de oceanen opgevangen.
Kwetsbare aarde
Krijgen de leerlingen enkel deze boodschap bij de start van het schooljaar?
Enkele jaren geleden werkten we op school een klimaatproject uit. Gedurende meer dan 2 maanden ging ik als leerkracht op onderzoek met de klimaatwetenschappers in Antarctica. Vanuit het Belgische Prinses Elisabethstation betrok ik via het internet onze leerlingen bij de onderzoeken. Tijdens deze expeditie ervaarde ik het belang van klimaatonderzoek en leerde ik hoe kwetsbaar onze aarde is.
Het blijkt effectief moeilijk om nu te handelen voor problemen die zich (nog) niet stellen in de leefwereld van leerlingen.
Sindsdien wil ik me inzetten om onze leerlingen te informeren maar vooral om hen klaar te stomen om voortrekkers te zijn. Om het roer om te gooien en er mee voor te zorgen dat we onze honger naar fossiele brandstoffen een halt kunnen toeroepen.
‘Maken mijn keuzes iets uit? Zal een wijziging in mijn gedrag de klimaatopwarming kunnen afstoppen?’ zijn vragen die vaak gesteld worden in de klas. Het blijkt effectief moeilijk om nu te handelen voor problemen die zich (nog) niet stellen in de leefwereld van leerlingen. Tal van dagelijkse problemen lijken vaak veel urgenter.
Bovendien denken leerlingen dat hun fietsritje het verschil niet zal maken ten opzichte van veel grote vervuilers. Deze gedachte is natuurlijk begrijpelijk. Maar jouw fietsrit kan net wel het verschil maken, kies je als leerling of ouder voor groene alternatieven dan inspireer je ook anderen om hetzelfde te doen. Sensibilisering werkt. Op onze school kozen veel leerkrachten voor de (elektrische) fiets en ze ervaren hun verplaatsing als veel aangenamer.
Maar een Car Free Day is maar een eerste stap. Oefen mee druk uit op het bestuur om de voorzieningen beter uit te werken en maak deel uit van een transitie. Wanneer je bewust nadenkt over je verplaatsingsgedrag kan je de lijn doortrekken in je gezin om verder de CO2-uitstoot te verminderen op gebieden als wonen (en verwarmen), voeding, elektriciteitsverbruik, … Ongeveer de helft van de persoonlijke CO2-uitstoot komt door huishoudelijk energieverbruik en kan zeker dalen.
Wanneer ik aan een vijftienjarige leerling vraag welk soort verwarming ze thuis hebben, geven ze vaak ‘een chauffage’ als antwoord. De energiebron voor deze chauffage kennen ze vaak niet. Dus ook hier liggen kansen om hen nauwer te betrekken en te vertellen over het belang van isoleren, het bouwen van een passief huis en de impact van sluimerverbruik.
En zo zijn er tal van voorbeelden van initiatieven, steden, groeperingen die samen kleine stappen gezet hebben maar ondertussen de omslag in gang hebben gezet. Zo maakte Kopenhagen bijvoorbeeld reeds in de jaren zeventig radicaal de keuze voor de fiets. Van de inwoners van Kopenhagen-stad (die telt zowat 765.000 inwoners) neemt 62 procent voor de trip naar het werk of de school de fiets. Slechts 9 procent neemt de auto. De rest gaat te voet of gebruikt het openbaar vervoer. Van alle verplaatsingen in de stad, dus ook die van mensen van buiten Kopenhagen, gebeuren er meer dan vier op de tien per fiets. Ter vergelijking: in Vlaanderen worden zeven op de tien verplaatsingen met de wagen gedaan en slechts iets meer dan 12 procent met de fiets.
In België groeien de files nog steeds aan, neemt de CO2-uitstoot nog toe, breidde ook vorig jaar het wagenpark verder uit, zijn bedrijfswagens nog steeds heilig en durven er minder ouders dan vroeger hun kinderen naar school laten fietsen. Beleid moet inzetten op een mentaliteitswijziging en een betere infrastructuur. Wanneer alternatieven aangenamer worden, maken mensen snel de overstap. Kijk naar de impact van betere fietspaden en de opkomst van de elektrische fiets.
Leerlingen schoven ook ‘Zomer zonder Vliegen’ naar voor, een campagne om mensen te sensibiliseren over de impact van het vliegverkeer. De luchtvaart is de snelst groeiende bron van broeikasgasuitstoot. Een vliegticket naar Barcelona is goedkoper dan een treinrit van Gent naar Hasselt. Waarom zou je dan twijfelen? Voor vliegtickets geldt geen BTW en op kerosine wordt geen belasting of accijns geheven. Deze huidige situatie is onhoudbaar voor het klimaat, de milieukosten worden doorgeschoven naar de volgende generaties. Sommigen zweren erbij om nooit meer te vliegen en hopen zo mee het verschil te maken, anderen nemen het vliegtuig alsof het een taxi is.
Willen we de opwarming tegen 2100 beneden de 2 graden houden dan zijn er dus drastische maatregelen nodig.
Dit verschijnsel moet dus structureel aangepakt worden. Als de luchtvaart mag blijven groeien zoals ze nu bezig is, dan zal de reissector in haar eentje rond 2070 meer CO2 uitstoten dan de rest van de wereld. Straf toch dat de lucht- en scheepvaart niet zijn opgenomen in het Klimaatakkoord van Parijs, dit om de ‘motor van onze economie niet te raken’. De eerste politicus die opkomt om de luchtvaart aan banden te leggen moet nog opstaan en zal niet snel verkozen geraken. Maar willen we de opwarming tegen 2100 beneden de 2 graden houden dan zijn er dus drastische maatregelen nodig.
De Europese Unie moet haar uitstoot met 80 tot 95 procent tegen 2050 verminderen. Er moet maximaal ingezet worden op een koolstofarme economie en op duurzame mobiliteit. De periode 2020-2030 is cruciaal, hierin moeten we reeds een halvering van de CO2-uitstoot bereiken. Dus elke euro die we uitgeven, elke stem die we binnenkort toekennen heeft een impact.
Heel wat centen -ook in het onderwijs- worden gespendeerd aan zaken die triviaal zijn in het daglicht van de uitdaging die ons te wachten staan. Ook het onderwijs moet bijgestuurd worden, denk maar aan de lessen economie waarin tal van theorieën blijven gehanteerd worden die groei centraal stellen en geen rekening houden met de planetaire grenzen.
Ouders zijn bezorgd om de schoolresultaten van hun kinderen, hopen op een vlotte schoolcarrière en op een mooie toekomst. Misschien moeten ze ook de aarde als een kind zien, en streven naar mooie resultaten, een goed rapport en een mooie toekomst. Wees dus een voortrekker: sta op in je bedrijf, in je vereniging, thuis om de aarde koolstofvrij te maken, gooi het roer om. Nu en samen.
Koen Meirlaen is leerkracht Aardrijkskunde en wiskunde. Hij won met zijn klas de Polar Quest en verbleef meer dan 2 maanden in het Prinses Elisabethstation in Antarctica. Hij ging er op onderzoek met de klimaatwetenschappers. Op woensdag 19 september 2018 om 20u geeft hij de voordracht ‘Klimaatopwarming en Antarctica’ in Leiepoort campus Sint-Hendrik te Deinze. Alle info op www.ahaproject.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier