Buren en vrachtwagenchauffeurs leren leven met transitmigranten: ‘Ik ben niet bang, zij zijn bang’
Sinds een groep migranten de politie op de snelwegparking in Groot-Bijgaarden heeft aangevallen, is de sfeer grimmiger geworden. Internationale vrachtwagenchauffeurs durven nauwelijks nog te stoppen in België, de concurrentie onder de smokkelaars stijgt, en migranten nemen nieuwe routes om politie te vermijden.
‘Vanavond gaan er weinig migranten met de bus naar Leuven’, horen we in Brussel. Er zou te veel politiecontrole zijn. In plaats daarvan nemen ze de trein. Naar Leuven of Wetteren, in groepjes van twee tot vier. Allemaal mannen, de meesten zeer jong en afkomstig uit Eritrea, Sudan of Ethiopië. Er is geen vrouw te bekennen. Niemand wil nog praten, merken we al snel. De angst voor de politie is groot.
‘De situatie wordt harder’, zegt een hulpverlener die vaak in het station aanwezig is. ‘Steeds meer migranten die een tijdje geprobeerd hebben om van hieruit met een vrachtwagen naar Engeland te gaan, besluiten om zelf smokkelaar te worden. Ze weten hoe het moet en zien het snelle geld. Ze wonen in een gastgezin dat van niets weet, en intussen smokkelen ze mensen. Ik vind het erg om te zeggen, en het gaat maar om een klein percentage, maar het gebeurt wel degelijk. Ik ken acht migranten die nu smokkelaar zijn. Ze bieden tegen elkaar op. De een brengt mensen voor 500 euro naar een parking, de ander doet het voor 400. ‘
Op de perrons zien we dat de migranten niet richting Wetteren of Leuven gaan maar naar Ottignies. ‘Dat is een nieuwe route’, zo klinkt het op de trein. Miguel (16) en Samuel (19) uit Eritrea zijn een paar weken in België. Ze hebben al vijf pogingen ondernomen om in een vrachtwagen te klimmen. ‘We waren al tot in Duinkerke geraakt’, zegt Miguel. ‘Maar de controle was ongelofelijk. Overal liepen politieagenten met honden, en er waren scanners. We werden zo bang dat we zijn weggerend.’
Nu proberen ze het dus via Ottignies. In het treinstel zitten nog een tiental andere Eritreeërs. Allemaal met een ticket op zak, omdat ze een confrontatie met de politie willen vermijden.
‘Van het station in Ottignies gaan we 20 minuten te voet naar de parking in Waver’, vertelt Samuel. ‘Dat is een kleine parking, waar we tot nu toe geen politie hebben gezien. Hoe minder zichtbaar we zijn, hoe beter.’ De twee jongens hebben een paar scheermesjes bij zich om het zeil van de vrachtwagens open te snijden. ‘Dat werkte de vorige keer prima.’
Ze zijn vertrokken uit Eritrea omdat ze niet in verplichte dienst wilden, zo klinkt het. Officieel bedraagt de dienstplicht er achttien maanden, in praktijk duurt hij veel langer. Tot twintig jaar, soms. Miguel heeft familie in Engeland, waarbij ze hopen terecht te kunnen.
Waarom er relatief weinig smokkelaars worden opgepakt, vragen we aan procureur Frank Demeester uit Brugge: ‘Het is moeilijk om ze op heterdaad te betrappen. Als we een busje willen tegenhouden, springt de chauffeur al rijdend tussen de transmigranten en doet alsof hijzelf ook een migrant is. Meestal gaat het om mensen uit dezelfde landen als de migranten, en kunnen we niet zeggen wie smokkelaar is en wie niet. Vaststaat dat de straffen voor smokkelaars geleidelijk aan verhoogd worden. Vroeger was dat gemiddeld 1 tot 1,5 jaar cel, nu is dat opgetrokken van minimaal 2 tot maximaal 8 jaar.’
Kees van der Kooij
Vrachtwagenchauffeur uit Nederland. Is gestopt op de parking bij Mannekensvere.
‘Ik breng verse groenten naar de markt in Londen. Normaal gesproken mag ik in België nergens stoppen van mijn baas. Vanuit Nederland moet ik in één keer door tot de tunnel bij Calais. Het risico dat een migrant in je vrachtwagen kruipt, is te groot. Maar ik moest naar het toilet.
‘Het is zo erg geworden dat ik mijn vrachtwagen geen vijf minuten meer alleen durf te laten. Ze kruipen zelfs op de assen van de oplegger. Of op de cabine. Er zouden ook mensensmokkelaars zijn die chauffeurs 1500 euro per migrant aanbieden. Als je dan gepakt wordt, ben je natuurlijk alles kwijt (de basisstraf is 1 jaar tot 5 jaar cel en een geldboete van 3000 euro tot 300.000 euro; bij verzwarende omstandigheden kan hij oplopen tot 15 jaar, met een geldboete tot 800.000 euro, nvdr.). Maar er zal altijd iemand zijn die het aanbod aanneemt. Het is een compleet geschifte situatie geworden. Voor de tunnel staat er altijd een file van vrachtwagens. Daar gebeuren de meeste incidenten. Al een paar keer is een migrant via een open raam naar binnen geklommen en heeft een mes op de keel van de chauffeur gezet. Daarom hou ik mijn ramen gesloten.’
Remi Wisniewski
Vrachtwagenchauffeur uit Polen. Overnacht op de parking aan de E40 bij Jabbeke.
‘België levert ons chauffeurs een hoop stress op. Ik kom uit Duitsland en moet staal leveren in Frankrijk. Ik kon niet anders dan in Jabbeke stoppen, omdat ik verplicht tot morgenochtend 7 uur moet rusten. De transitmigranten worden almaar bruter. Laatst zat ik al op de snelweg toen ik boven me geklop hoorde. Door het dakraam van mijn cabine zag ik een migrant zitten. Hij was via een laddertje op de cabine gekropen. Toen ik snelheid maakte op de weg, werd hij bang en wilde van het dak af. Ik heb de politie gebeld en ben gestopt. Het was nog een jonge man, eigenlijk had ik medelijden met hem.
‘Als we met een paar honderd vrachtwagens op de parking staan ’s nachts en er gebeurt iets, is iedereen meteen alert. Als een van ons ziet dat iemand in een wagen probeert te klimmen, duwen we hard op de claxon en knipperen met onze lichten. De migranten schrikken vaak en rennen weg, collega’s worden wakker en komen kijken. Bijna iedereen heeft al eens migranten in zijn wagen gehad. Meestal loopt dat goed af, maar soms zijn ze zo angstig dat ze gewelddadig worden en een mes tevoorschijn halen.’
Geert Braem en Chantal Blanckaert
Buren van de snelwegparking bij Jabbeke.
Geert: ‘Het is rustiger geworden sinds de politie de parking meer controleert. Vroeger zaten hier veel meer vluchtelingen langs de weg. Er stond eens een bestelwagen op mijn oprit. Ik vroeg de chauffeur – hij sprak een beetje Engels – wat hij kwam doen. Hij wees naar de parking en zei dat hij benzine nodig had. Achteraf bleek dat hij een smokkelaar was. ’s Avonds zag ik hem staan, bij de bosjes. Plots kwam een groep migranten tevoorschijn en klom in de wagen.’
Chantal: ‘De vluchtelingen doen geen vlieg kwaad. Ik ben niet bang, zij zijn bang. Je moet een beetje menselijk blijven, vind ik. Ik help ze altijd. Het zijn arme drommels, soms met hele families waaronder een baby. Af en toe kloppen ze op het raam en vragen om water. Ooit is er iemand flauwgevallen: toen heb ik om een ambulance gebeld. Ja, ze laten rommel en slaapzakken achter in de bosjes naast ons huis, op de helling van de brug, maar zo erg is dat niet. Dat valt allemaal op te ruimen. Het zijn mensen, dat vergeet ik nooit.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier