Louis Ide (N-VA)
Bloeddonatie door homo’s: ‘Hoe verzoen je wetenschap met wat leeft in de maatschappij?’
Eind mei gaf minister van Volksgezondheid Maggie De Block aan dat ze de regels rond bloeddonatie door homo’s wil herbekijken. Louis Ide (N-VA) kijkt naar buitenlands wetenschappelijk onderzoek en stelt dat de deur op een kier staat. Toch blijft voorzichtigheid geboden, schrijft hij.
Het moet zo’n zeven jaar geleden zijn dat ik samen met Piet De Bruyn een persbericht de wereld in stuurde waarin we op medisch-wetenschappelijke basis verdedigden dat homo’s (MSM –men who have sex with men– is een correctere term) geen bloeddonor mochten worden. Lesbische vrouwen daarentegen mochten dat wel. De reden is, heel kort door de bocht, dat er meer HIV circuleert bij MSM. MSM hebben onder andere gemiddeld (veel) meer sekspartners dan lesbische vrouwen.
Bloeddonatie door homo’s: ‘Hoe verzoen je wetenschap met wat leeft in de maatschappij?’
Door zo scherp het onderscheid te maken en daaraan vast te houden, zorg je er voor dat de patiënt die bloed nodig heeft, de garantie heeft dat het bloed veilig is. Het recht op veilig bloed primeert immers op het recht op bloed geven. Dat geldt trouwens voor alle mensen die bloed willen geven maar om de een of andere reden geen bloed mogen geven, zoals naast MSM, ook de Afrikareiziger, de van kanker genezen verklaarde patiënt, degene die in het Verenigd Koninkrijk verbleef tijdens de dolle koeienziekte, etc. We volgden toen -niet meer en niet minder- de wetenschap. Evidence-based, heet dat dan.
Niettemin werd dit door sommigen verkeerd begrepen en werden we weggezet als homofoob, wat jammer is. Tegelijk kan ik begrip opbrengen dat het stigmatiserend kan overkomen, als je geen bloed mag geven. Hoe verzoen je wetenschap met wat leeft in de maatschappij? Hoe los je dat op? Geen sinecure.
Veranderende inzichten
De wetenschap staat gelukkig niet stil en inzichten kunnen veranderen. Op vlak van bloeddonatie beweegt er in beperkte mate ook één en ander. Meer bepaald is er een mooie medisch-wetenschappelijke studie van Sanquin Nederland, die ons misschien wat vooruit kan helpen. Men ondervroeg 18137 mannelijke donoren. Bij die mannelijke donoren gaven er 253 (1.4%) aan dat ze toch seksueel contact hebben gehad met een man, soms omdat het hen niet geheel duidelijk was wat te verstaan onder seksueel contact.
Andere redenen waren dat het contact lang geleden was, schaamte, omdat het veilige seks was, omdat ze denken dat het toch voldoende gecontroleerd wordt, privacy, of omdat het een goedkope manier is van testen op SOA’s en ten slotte discriminatie.
Met andere woorden een beperkt deel (gelukkig maar) van de MSM-donoren liegt, omwille van het feit dat er in hun hoofde gediscrimineerd wordt.
Enquêtes bij MSM die niet doneren, geven veel hogere percentages: 13.8% van de MSM gaven aan in de enquête (Sanquin) dat ze betaalde seks hebben gehad en 11.5% bekenden seks te hebben gehad met een HIV besmette man. Op basis van de studie besluit Sanquin ondanks deze problemen, de maatschappelijke discussie (over donorwens) te voeren en de donorselectie te heroverwegen.
Minder liegen op de vragenlijst?
De redenering die je namelijk zou kunnen maken is dat als het donorbeleid wordt aangepast, waardoor het minder als discriminerend wordt ervaren, er minder gelogen zal worden op de vragenlijst. Dit is evenwel slechts een assumptie, harde data bestaan hier bij mijn weten niet over.
Minister van Volksgezondheid Maggie De Block herhaalde eind mei dat ze het standpunt over bloeddonatie bij MSM wil herbekijken. Ze voert daarover reeds enige tijd overleg met alle betrokkenen waaronder de holebi-vertegenwoordigers, het Rode Kruis Vlaanderen en ook academici en specialisten. Ze motiveert dit overleg door te verwijzen naar het vernieuwde maatschappelijke debat en de nieuwe studies over dit onderwerp. Wellicht las ze de studie van Sanquin ook, naast deze van het Rode Kruis Vlaanderen, waaruit de mogelijkheid naar voor komt dat -zoals in bepaalde andere landen- MSM wél bloed mogen geven op voorwaarde dat ze een jaar lang geen seks hebben gehad met een man.
‘Vanuit het medisch-wetenschappelijk oogpunt en het voorzorgprincipe is het gerechtvaardigd MSM tot op vandaag te blijven uitsluiten als bloeddonor. Maar dat is morgen misschien niet meer het geval.’
We moeten echter opletten dat we niet te hard van stapel lopen. Want eigenlijk is er over de periode (1 jaar uitsluiting) nog geen absolute duidelijkheid en zijn er veel meer studies nodig. Zoals De Buck het in het medisch artikel stelt, is de periode van uitsluiting dan eerder een beslissing van de overheid (lees de minister) want er zijn onvoldoende onderbouwde studies die aangeven welke die periode dan moet zijn. Normaliter kiest een minister dan voor het voorzorgsprincipe. Verder is het cruciaal dat de vragenlijst correct wordt ingevuld (en dat er niet gelogen wordt).
Vanuit het medisch-wetenschappelijk oogpunt en het voorzorgprincipe is het gerechtvaardigd MSM tot op vandaag te blijven uitsluiten als bloeddonor. Maar morgen spreekwoordelijk misschien niet meer. Als de minister in die zin beslist, is dat dus zeker verdedigbaar. Als de minister echter beslist dat de huidige maatregel achterhaald is, moet ze wel opletten.
Leren van buitenlandse studies
Het lijkt me vandaag raadzaam te kijken wat de effecten zijn in het buitenland en daarvan te leren, wie weet kan er dan bijgestuurd worden omdat Nederland, Finland, UK en Zweden in de nabije toekomst met voldoende data kunnen aantonen dat één jaar zonder seks met een man, leidt tot nog veiliger bloed. Bizar is trouwens dat voor bloed en plasma men soepeler wordt, maar voor geneesmiddelen op basis van plasma niet…. Ook dat dient dan uitgeklaard te worden.
Het pleidooi steeds de wetenschap te laten primeren kan diametraal staan tegenover een maatschappelijke wens. Tot voor kort was dat zeker zo als het ging over de vraag of MSM bloed kunnen doneren. Ondertussen zetten bepaalde landen bepaalde stappen die op zijn minst interessant zijn en evenzeer evidence-based. Het ziet er naar uit dat de deur op een kier staat.
Maar alvorens ze eventueel helemaal open te draaien zou ik nog even wachten wat de resultaten zijn van andere landen (die dan hopelijk op een wetenschappelijk verantwoorde manier gepubliceerd worden). Vanzelfsprekend als de deur dan in de toekomst open gezet zou worden, zal het van het Rode Kruis Vlaanderen een aanzienlijke inspanning vragen om heel nauwgezet dit nieuw donorbeleid te implementeren, op te volgen en te informeren door middel van studies.
Idealiter plaatst minister De Block dan een wijziging van donorbeleid op in studieverband, waarbij ze voor en na de nieuwe maatregel, alles wetenschappelijk gaat meten.
Het Schaduwparlement van Knack.be
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier