Alain Van Hiel en Emma Onraet
‘Zijn linkse mensen slimmer?’
‘Gemiddeld genomen scoren mensen met linkse ideologische opvattingen hoger op intelligentietesten dan mensen met eerder rechtse ideologische opvattingen’, schrijven psychologen Alain Van Hiel en Emma Onraet. Om meteen een aantal bedenkingen te formuleren: ‘Dit zegt niets over de superioriteit van gelijk welke ideologie.’
Deze week werd een wetenschappelijk artikel waar we aan meewerkten fel opgepikt door de twittergemeenschap waarna het uiteindelijk bovenaan de Nederlandse website ‘Geen Stijl’ prijkte. De talrijke reacties daar vormen hoogst interessant leesvoer, met flink wat felle uithalen. Waarover ging het? Over de relatie tussen rechts ideologische overtuigingen en intelligentie.
‘Zijn linkse mensen slimmer?’
Hoe hebben we dit onderzocht? We verzamelden alle mogelijke wetenschappelijke studies die tot heden uitgevoerd werden en vroegen collega-onderzoekers of ze niet gepubliceerde onderzoeksgegevens in hun archiefkast hadden liggen. In totaal bleken er 67 studies uitgevoerd te zijn met in totaal meer dan tachtigduizend proefkonijnen. De oudste studie werd gepubliceerd in 1950, de recentste in 2014. In al deze studies werd van iedereen intelligentietesten afgenomen, samen met een aantal vragenlijsten die polsten naar hun ideologische overtuigingen. Nadat al die gegevens door de statistische molen werden gedraaid, kwam een verband van “-.20” uit de computer gerold. In mensentaal: gemiddeld genomen scoren mensen met linkse ideologische opvattingen hoger op intelligentietesten dan mensen met eerder rechtse ideologische opvattingen. We vonden eenzelfde verband tussen deze overtuigingen en vooroordelen.
Een effect van die grootte is hoogstens een trend, en al zeker geen wetmatigheid. Er zijn veel mensen die aan de politiek rechtse kant zitten en die bovendien heel intelligent zijn. Wellicht leest op dit eigenste moment een hoogbegaafd, rechtse persoon deze column. Op dit moment ergert hij of zij zich. Verbanden die gevonden worden in sociale wetenschappen zijn vaak tendensen. Menselijk gedrag en meningen zijn nu eenmaal complex, en worden beïnvloed door tal van uiteenlopende factoren.
‘Het is belangrijk om te realiseren dat de gevonden relatie met intelligentie helemaal niet indicatief is voor de superioriteit van ene of gene ideologie. ‘
Ook dit is typisch aan intelligentie. Het gros van de mensen scoort dicht bij het gemiddelde op intelligentietesten, rond de grijze IQ-score van 100. Die tachtigduizend personen die aan al die onderzoeken deelnamen, zijn meestal mensen die zich in die grijze zone bevinden. Het aantal hoog intelligenten onder hen is een piepkleine minderheid.
Het is een beetje zoals MENSA, de organisatie die hoogbegaafden groepeert. Om erbij te horen moet je in de top twee percent scoren. In onderzoeken zoals deze die wij analyseerden, heeft deze kleine minderheid van meest intelligente mensen nauwelijks een impact. Dit is ook een belangrijke nuance: realiseren dat vooral de middengroep gestalte geeft aan de gevonden trend. Er is één onderzoek dat extreem (on)intelligenten vergelijkt met “de rest”. Het bleek dat zowel zij die heel laag of heel hoog scoorden zich aan de linkerkant van het Amerikaanse politieke spectrum situeerden.
Bovendien is het belangrijk om te realiseren dat de gevonden relatie met intelligentie helemaal niet indicatief is voor de superioriteit van ene of gene ideologie. Of linkse dan wel rechtse ideologische opvattingen de beste zijn, dat zal de toekomst moeten uitwijzen en daar kan dergelijk wetenschappelijk onderzoek over de link met intelligentie weinig tot niets over zeggen.
De kip of het ei
Dan is er nog het feit dat we gewoonweg een relatie tussen twee variabelen bestudeerden. Die zeggen niets over oorzaak en gevolg. Het kip en ei probleem, zeg maar. Nog belangrijker: bij elke studie die naar verbanden kijkt, is het onmogelijk om uit te sluiten dat een of andere onbekende factor een rol speelt. Het volgen van hoger onderwijs, bijvoorbeeld, waarvan we weten dat het intelligente mensen aantrekt en bovendien mensen naar links kan doen opschuiven, wellicht omdat ze er in een “progressief milieu” terecht komen. Eerlijk, de wetenschappelijke waarheid is dat zo’n alternatieve verklaring niet uit te sluiten is.
Ten slotte bekeken we slechts één bepaalde soort van rechts-ideologische overtuigingen, namelijk diegene die betrekking hebben op sociale en culturele materie. Of een soortgelijk verband ook voor bijvoorbeeld economische ideologieën zou gelden, is een open vraag. Bovendien is er tot op heden geen enkele Vlaamse studie gebeurd. Afwachten of we hier hetzelfde vinden…
‘Het is belangrijk om wetenschappelijk werk niet op flessen te trekken.’
De wetenschap is vaak genuanceerd en complex. Dit gaat over intellectuele nieuwgierigheid. Over het feit dat er helemaal geen eenduidige antwoorden zijn. Wij hebben de laatste jaren heel wat onderzoek verricht naar mensen met rechtse overtuigingen om te zien of bepaalde wijsheden waar zijn of niet. Telkenmale hebben we zoveel als mogelijk alle bestaande studies samengebracht. Soms blijken bepaalde mythes helemaal niet te kloppen. Ze zijn bijvoorbeeld niet ongelukkiger, of vallen niet ten prooi aan allerhande neurotische angsten.
Tegenwoordig komen wetenschappelijke bevindingen snel in de (sociale) media. Communicatie van onderzoeksbevindingen naar het grote publiek is zeker een goede zaak. Maar het is belangrijk om wetenschappelijk werk niet op flessen te trekken, zoals wel eens gebeurd op allerlei fora. Ook niet wanneer we het over het eerder matige, algemene verband tussen ideologische overtuigingen en intelligentie hebben.
Gelukkig denken we niet allemaal gelijk. We zouden het feit dat er zowel mensen zijn met linkse als met rechtse overtuigingen moeten koesteren. Zonder die tegenstelling zou het politieke bedrijf een doodsaaie boel blijken. Discussie scherpt de geest en brengt nieuwe inzichten en oplossingen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier