‘Kan je tegelijk voor en tegen een staatshervorming zijn? Het lijkt onmogelijk, maar de Franstalige partijvoorzitters kunnen dat.’ Veerle Wouters en Hendrik Vuye over het nieuwjaarsinterview van de Franstalige partijvoorzitters in Le Soir.
Het lijkt wel wachten op Godot, wachten op iets wat nooit komen zal. Haast iedereen beseft dat dit land een grote hervorming nodig heeft. Maar het blijft wachten op de ‘grote staatshervorming’. Dat wachten zal nog lang duren, want in een gezamenlijk interview in Le Soir (30 december 2019) sloegen de Franstalige voorzitters de deur keihard dicht. Dat terwijl titels in de Vlaamse media suggereren dat de Franstaligen de deur op een kier zetten. Gelukkig zijn de artikels zelf wat genuanceerder, want niets is minder waar.
Een ‘réforme de l’Etat’, is voortaan geen ‘staatshervorming’
Alle Franstalige voorzitters zien een herfederalisering van bevoegdheden wel zitten. Welke bevoegdheden dit dan zijn, laten ze gemakshalve in het midden. In het gezamenlijke interview gaan de Franstalige voorzitters echter veel verder dan dit intussen klassieke discours van herfederalisering. Ze geven een nieuwe invulling aan het woord ‘staatshervorming’, een invulling die niets met het klassieke begrip ‘staatshervorming’ te maken heeft.
Voor MR-voorzitter – en informateur – Georges-Louis Bouchez is een staatshervorming ‘een modernisering van de staat’ die geen verdere regionalisering inhoudt: ‘Non, moderniser l’Etat, ce n’est pas plus régionaliser encore‘.
Hij hanteert een klassieke truc: gebruik dezelfde woorden als je tegenstander, maar geef ze een volledig andere inhoud. Een staatshervorming is een herijken van de instellingen en een herverkaveling van bevoegdheden. Niets daarvan bij Bouchez, voor hem is een staatshervorming een versterking van de federale overheid.
Bouchez laat de deur dus helemaal niet op een kier staan, hij slaat de deur keihard dicht voor een staatshervorming zoals N-VA en CD&V ze willen. Nieuw is dit niet. MR heeft zich in 2019 altijd verzet tegen een ruime verklaring tot herziening van de grondwet die een staatshervorming mogelijk moet maken. Voor MR is het dus ‘non’.
Ook bij Rajae Maouane (Ecolo), François De Smet (DéFi) en Paul Magnette (PS) krijgt het begrip staatshervorming een volledig nieuwe inhoud. Een staatshervorming heeft voor hen niets te maken met Vlamingen en Franstaligen. De Smet heeft het zelfs over een staatshervorming van een nieuwe generatie: ‘… Oser faire une réforme de l’Etat en 2024 sur une base rationnelle et non plus identitaire‘.
Zijn de Franstaligen klaar voor een staatshervorming?
Staatshervormingen zijn nochtans altijd een zaak geweest van Franstaligen en Vlamingen, of van Walen, Brusselaars en Vlamingen. Hoe zo’n nieuwsoortige staatshervorming er dan moet uitzien, laten de voorzitters gemakshalve in het midden. Alleen is deze nieuwsoortige staatshervorminger geen zoals N-VA en CD&V ze willen. Ook hier is en blijft het ‘non’.
Het is het goed recht van de Franstalige voorzitters om te pleiten voor een modernisering van de federale overheid. Niemand kan daar zelfs tegen zijn. We zijn toch allemaal voor een efficiënte overheid? Daar gaat het ons niet om.
Waar we wel willen op wijzen is dat de Franstalige voorzitters hier Orwelliaanse ‘doublethink’ (‘dubbeldenk’) beoefenen voor gevorderden. ‘Dubbeldenk’ wil zeggen dat men twee tegenstrijdige ideeën samenbrengt alsof ze elkaar niet uitsluiten. Enkele voorbeelden uit Orwells boek 1984: ‘oorlog is vrede’, ‘onwetendheid is kracht’… Dat is precies wat de Franstalige voorzitters doen: ‘We zijn voor een ‘réforme de l’Etat’, maar dat is geen staatshervorming’.
Vroeger waren de Franstalige partijen ‘demandeurs de rien‘ op het vlak van staatshervorming. Nu zijn ze voor een staatshervorming, maar in werkelijkheid zijn ze ‘demandeurs d’autre chose’… Ze willen nog steeds een status quo en als het even kan de klok zelfs terugdraaien.
Vlaamse boer, let op uw ganzen…
Een belangrijk punt uit het interview in Le Soir is de Vlaamse media ontgaan. De PS is nog de enige partij met een studiedienst die naam waard en de PS-studaxen hebben goed nagedacht hoe ze sommige Vlaamse voorstellen in hun voordeel kunnen keren.
In De Ochtend (Radio 1) van 7 oktober kwam federaal vicepremier Alexander De Croo (Open VLD) zijn visie verkondigen. Hij wil ‘vanuit de federale regering maatregelen nemen die ervoor zorgen dat er meer maatwerk kan zijn, want de problematiek in West-Vlaanderen is anders dan in de provincie Luik. Maar de problematiek in West-Vlaanderen, is ook anders dan diegene die je in de binnenstad van Antwerpen hebt vandaag’. De Croo heeft het hier over het beleidsdomein werk. Waarom niet, zullen velen denken.
Toeval of niet, maar diezelfde dag komt gewezen informateur Johan Vande Lanotte (SP.A) in Terzake vertellen dat hij samen met informateur Didier Reynders (MR) voorstellen heeft voorgelegd aan de partijen om het beleid dichter bij de ‘subregio’s’ te brengen.
Net met dat ideetje zijn ze bij de PS aan de slag gegaan. In het interview stelt PS-voorzitter Paul Magnette dat hij gekant is tegen een beperking in de tijd van de werkloosheidsuitkeringen. Maar hij gaat verder: ‘Een werkloze uit Charleroi gaat geen werk vinden omdat zijn uitkering stopt. Ik kan wel begrijpen dat de vraag zich stelt voor een Vlaming die woont in een streek waar er volledige tewerkstelling is. We moeten onze politiek terzake territorialiseren’. ‘Territorialiseren’, dat is gewoon een ander woord voor het ‘maatwerk’ dat De Croo verdedigt.
Hier blijkt wat het ideetje van De Croo in werkelijkheid kan betekenen. De financiering van de werkloosheid blijft federaal. Dit betekent dat Vlaanderen blijft meebetalen voor alle Belgische werklozen. Maar tegelijk betekent dit dat voor vele Vlaamse werklozen de werkloosheidsuitkering zal beperkt worden in de tijd. Voor vele Waalse werklozen zal dit niet het geval zijn en blijft de werkloosheidsuitkering onbeperkt in de tijd.
De PS-studiedienst is weer eens bijzonder creatief geweest. Wordt dit omgezet in beleid, dan zijn we een nieuwe reuzegrote transfer ‘rijker’ (of ‘armer’?). Vlaamse belastingbetalers betalen mee voor de niet-in-de-tijd-beperkte Waalse werkloosheidsuitkeringen, maar de uitkeringen van vele Vlamingen zullen wel in de tijd beperkt worden.
Recent stelt de Luikse essayist Claude Demelenne in Knack (31 december 2019) dat veel Franstaligen een hypocriete vorm van Belgische vaderlandsliefde koesteren: ‘Ze zijn namelijk maar om één reden aan België gehecht: de sociale zekerheid’. Wie kan Demelenne ongelijk geven?
De particratie moddert aan en zo zijn we regelrecht op weg naar een collectieve verarming. Of men nu Waal, Brusselaar of Vlaming is, overal zal die toeslaan.
Indien de Franstalige partijvoorzitters het echt menen, dan stellen ze misschien beter eens een ander model voor België voor dan hun klassieke ‘melkkoemodel’. Misschien kunnen ze eindelijk eens aan de onderhandelingstafel gaan zitten met hun Vlaamse collega’s in plaats van gezellig te keuvelen onder elkaar in de lokalen van Le Soir.
Hetzelfde geldt overigens voor de Vlaamse partijvoorzitters. Op de website van Newsweek gaven ze kerstinterviews die allemaal beperkt blijven tot een analyse van hun eigen grote gelijk. Ze bewijzen hiermee tot in den treure hun onmacht om nog akkoorden te sluiten.
Het probleem van België is niet alleen dat er twee democratieën zijn, maar ook dat er elf particratieën zijn. De elf partijen vertegenwoordigd in de Kamer slagen er niet meer in om nog beleid te voeren. En dat laat zich voelen: waar Nederland een begrotingsoverschot heeft van 14 miljard, heeft België een tekort van meer dan 11 miljard. Rome staat in brand, maar geen van de elf keizer-partijvoorzitters geeft een kik.
De particratie moddert aan en zo zijn we regelrecht op weg naar een collectieve verarming. Of men nu Waal, Brusselaar of Vlaming is, overal zal die verarming toeslaan.
Dit lijkt bijzaak voor de partijen en hun voorzitters, want de campagne voor 2024 is al begonnen en dit vergt nu even alle aandacht: ‘First things first’! Alleen, het gat in de begroting is er niet vanzelf gekomen en het zal dan ook niet vanzelf verdwijnen.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier