Marius Meremans (N-VA)
‘Wat ben je met een zwembad in je gemeente als de bevolking de vinger op de knip houdt?’
Naar aanleiding van de hoorzitting die Hart boven Hard zal krijgen in het Vlaams Parlement, verdedigt Marius Meremans de keuze van de Vlaamse regering om de gemeenten zelf te laten beslissen wat ze doen met subsidies voor onder meer lokaal cultuur- en jeugdbeleid.
Tijdens de vorige regeerperiode was het schering en inslag: heel wat parlementsleden, meerderheid over oppositie heen, beklaagden zich erover dat lokale besturen gebukt gingen onder teveel administratieve planlast en beknot werden in hun autonomie. Meer nog: de Vlaamse overheid werd publiek de vinger gewezen. Beschuldigingen als betuttelende relgelneef waren legio. Onder minister Bourgeois werd de beleids-en beheercyclus ingevoerd, werd de planlast sterk gereduceerd en kwam er meer autonomie voor de steden en gemeenten. Een geleidelijke evolutie die nu uitmondt in de afschaffing van zeven sectorale subsidiestromen (lokaal cultuur-, jeugd-, en sportbeleid, flankerend onderwijsbeleid, kinderarmoede, gemeentelijke ontwikkelingssamenwerking en integratie) en de integratie van die middelen in het gemeentefonds. Lees: lokale besturen krijgen in de toekomst dit budget volledig in handen.
‘Wat ben je met een zwembad in je gemeente als de bevolking de vinger op de knop houdt?’
En laat ons het debat intellectueel eerlijk voeren: de subsidies die momenteel nog vanuit Vlaanderen naar de lokale besturen stromen en ingezet worden voor het lokaal jeugd-, cultuur- en sportbeleid vertegenwoordigen slechts een beperkt deel van wat een Vlaamse gemeente in totaliteit spendeert aan dat beleid.
Een grotere upgrade van het lokaal niveau is met de nieuwe maatregel moeilijk te overtreffen. De afschaffing van de sectorale subsidies getuigt van een hart voor het lokaal bestuur. Nochtans roept Hart boven Hard nu op om de maatregel af te voeren. Dit getuigt van een diep wantrouwen tegenover de lokale bestuurder, die eigenlijk daarmee het predicaat ‘onbekwaam ‘ opgeplakt krijgt. Opmerkelijk is dat Groen, toch de partij die de basisdemocratie hoog in het vaandel zegt te voeren, de oproep steunt. Is het toeval dat Groen ook de partij is die weinig schepenen of burgemeesters telt?
Geen hold-up
Een gemeente moet haar financiën beheren als een goede huisvader. In minder florissante tijden betekent dit ook de tering naar de nering zetten én keuzes maken. Dat dit een weerslag heeft op alle domeinen is duidelijk. Maar meteen de rampspoed verkondigen dat de burgemeester met het schepencollege als medeplichtige én de Vlaamse overheid een hold-up plegen op het lokaal cultuur-, sport- en jeugdbeleid gaat meer dan één brug te ver.
De tijd dat een lokale mandataris het belang van jeugd, cultuur en sport moest ingeprent worden, ligt al een hele tijd achter ons. De Vlaamse overheid anno 2015 is een ‘kaderstellende’ overheid die de grote doelstellingen van het Vlaamse beleid bepaalt. De gemeenten krijgen het vertrouwen om deze doelstellingen binnen hun eigen lokale context te realiseren en bepalen welke middelen en mensen ze daarvoor inzetten. Ze rapporteren niet langer tot op het operationele niveau maar wel op hoofdlijnen.
Het is nu aan de gemeenten om daadwerkelijk de broodnodige bestuurskracht te tonen. De vraag van de gemeenten naar meer middelen vanuit Vlaanderen is niet nieuw. Maar ook die middelen komen van belastinggeld, geld dat even goed als de eigen gemeentelijke middelen opgehoest moet worden door de Vlaamse belastingbetaler.
Vooruitziende gemeenten
Meer belastingen betekent ook minder consumptie, minder bedrijven die willen investeren en een middenstand – toch vaak het hart van onze gemeenten – die het nog moeilijker krijgt. Wat ben je met een Olympisch zwembad, een state of the art concertgebouw als je straten leegstand vertonen en de bevolking de vinger op de knip houdt?
‘Je kan niet genoeg investeren in cultuur, jeugd en sport’ is ook een vaak gehoord argument – perfect correct maar op het einde van de rit moet de rekening kloppen, zowel voor de Vlaamse regering als voor de burgemeester.
Een vooruitziende gemeente beseft ook dat samenwerking broodnodig is. Heel wat besturen kijken nu over hun gemeentegrenzen heen om projecten te realiseren. Je hoeft niet in elke gemeente een zwembad, hypermoderne atletiekpiste of reuze cultuurtempel te hebben. Wat wel telt, is dat je iedereen kan laten participeren mét een focus op kansengroepen.
Een en ander betekent niet dat we geen begrip hebben voor de bezorgdheden van het middenveld. De rol van het middenveld is belangrijk en het middenveld is een gewaardeerde partner. Maar de bevoegdheid om beleid te voeren, heeft het niet. De Vlaamse meerderheid die, via democratische verkiezingen, een ruim draagvlak bezit bij de bevolking, heeft deze bevoegdheid wel.
De afschaffing van de sectorale subsidies aan de gemeenten staat zwart op wit in het Vlaamse regeerakkoord. Het gaat dus om beslist beleid, dat we nu als meerderheid ook resoluut gaan uitvoeren.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier