Waarom het personeel van Van Hool de fabriek niet in brand heeft gestoken

© BELGA
Ann Peuteman
Ann Peuteman Redactrice bij Knack

Bij de failliete busbouwer Van Hool verdwijnen honderden banen. Toch bleven heftige emoties en vurige acties uit. ‘Dat komt doordat men niet het gevoel had dat er sprake was van onrecht.’

Grote solidariteitsacties van klanten en buurtbewoners of werknemers die van emotie in zwijm vallen, rijkswachters die met een bulldozer worden aangevallen en een curator die klappen krijgt. Als ergens in België een groot bedrijf de deuren moet sluiten, lopen de gemoederen vaak hoog op. Dat was het geval toen het doek viel voor staalbedrijf Forges de Clabecq (1996), Renault Vilvoorde (1997), Sabena (2001) en Ford Genk (2014).

Hoe anders zijn de taferelen dezer dagen aan de ingang van busbouwer Van Hool. Werknemers reageren aangeslagen op het faillissement, maar ook opvallend rustig. Zijn de tijden dan zo veranderd? Worden mensen niet meer warm of koud van een bedrijf dat verdwijnt? ‘Dat zou ik niet durven te beweren’, zegt arbeidssocioloog Stan De Spiegelaere (UGent), die ook voor de Europese vakbondsfederatie Uni Europa werkt. ‘Het is echt niet zo dat er vandaag per definitie gelaten op zo’n sluiting wordt gereageerd. Alles hangt van de omstandigheden af.’

1.Een gevoel van onrechtvaardigheid

Als de teloorgang van een bedrijf heel heftige emoties en acties uitlokt, komt dat meestal doordat zowel de werknemers als de brede samenleving de situatie onrechtvaardig vinden – al dan niet terecht. Dat was onder meer het geval bij de sluiting van Renault Vilvoorde en Ford Genk, bij het faillissement van Sabena en onlangs nog bij de herstructurering van Delhaize. ‘De zaak-Delhaize wordt vaak teruggebracht tot een verhaal over de Nederlanders van Ahold die de vakbonden buitenspel zetten en het personeel slechtere arbeidsvoorwaarden geven’, zegt De Spiegelaere. ‘Aangezien het bedrijf winst maakt, vindt iedereen dat heel onrechtvaardig.’

Veel bedrijfssluitingen die voor heftige protestacties zorgden, vonden niet toevallig in de streek van een politiek zwaargewicht plaats.

Hetzelfde gebeurde bij Renault Vilvoorde, zegt De Spiegelaere: ‘De Franse ceo kondigde in een chic Brussels hotel koudweg aan dat de fabriek zou sluiten, terwijl het personeel helemaal van niets wist. Wat vandaag bij Van Hool gebeurt, vinden mensen blijkbaar minder onrechtvaardig. Dat komt vooral doordat er niet één schuldige of een foute strategie aan de basis ligt van de ondergang van het bedrijf. Zo wordt het in de media in elk geval niet geframed.’

2. Iemand die dat gevoel kanaliseert

Om het vuur aan de lont te steken, moet iets of iemand dat gevoel van onrecht kanaliseren en gebruiken om mensen te mobiliseren. ‘Bij Delhaize waren dat de vakbonden. Zij maakten er een symboolzaak van: een rode lijn dreigde te worden overschreden en dat moest koste wat het kost worden vermeden’, legt De Spiegelaere uit. ‘Soms kunnen een paar voortrekkers het verschil maken. Bij Ford Genk was dat, bijvoorbeeld, Rudi Kennes (de voormalige vakbondsman van Opel Antwerpen, nvdr) en bij Sabena Inge Vervotte. Door te blijven herhalen hoe onrechtvaardig de situatie was, wisten zij veel mensen te mobiliseren.’

Bij Van Hool is voorlopig geen mediagenieke voortrekker opgestaan.

Bij Van Hool is voorlopig geen mediagenieke voortrekker opgestaan. ‘Wat wellicht ook meespeelt, is dat de vakbonden niet gewoon lijken te zijn om heel hard in te gaan tegen het management’, zegt emeritus professor arbeidsrecht Patrick Humblet. ‘Dat zien we wel vaker bij familiebedrijven. Daardoor zijn ze minder geneigd om de manier waarop het bedrijf werd geleid echt aan te klagen.’

3. Politieke verontwaardiging

Veel bedrijfssluitingen die voor heftige protestacties zorgden, vonden niet toevallig plaats in de streek van een politiek zwaargewicht. Zo stond de Renault-fabriek in Vilvoorde, de stad van de toenmalige premier Jean-Luc Dehaene (CD&V). ‘Die politicus zet zijn schouders dan onder zo’n dossier omdat hij wil vermijden dat er in zijn regio honderden banen verloren gaan’, zegt Humblet. ‘Daardoor is er veel media-aandacht voor de zaak.’

Als politici merken dat de vakbonden er zwaar aan tillen en dat mensen ervan wakker liggen, zullen ze sneller proberen om het tij te keren.

Tot nu toe maken nationaal bekende politici geen halszaak van de teloorgang van Van Hool. Alleen Rik Verwaest (N-VA), de burgemeester van Lier, heeft zich echt op het dossier gegooid. ‘Maar een politiek zwaargewicht is hij niet en zijn partij heeft ook geen syndicale vleugel’, zegt Humblet. Of en met hoeveel overtuiging nationale politici zich met zo’n bedreigd bedrijf bemoeien, hangt ook van de publieke opinie af. Hoe verontwaardigd is de gewone Belg over de sluiting? ‘Wanneer politici merken dat de vakbonden er zwaar aan tillen en dat mensen ervan wakker liggen, zullen ze sneller proberen om het tij te keren’, zegt De Spiegelaere. ‘Wellicht is dat de reden waarom er zo veel met Ahold is onderhandeld over de herstructurering bij Delhaize. De politiek beweegt doorgaans wanneer de mensen bewegen.’

En ook dat gebeurt vandaag minder snel dan vroeger. Veel Belgen die in de jaren negentig met een Renault reden, plakten er na de sluiting een veelzeggende sticker op: ‘Dit is mijn laatste Renault.’ Vandaag is dat soort spontane solidariteit veel minder evident.

4. Het spook van de werkloosheid

Dat de sluiting van Van Hool niet meteen voor hevige reacties zorgt, zou ook te maken hebben met de historisch lage werkloosheidsgraad. Werknemers die hun baan verliezen, zullen waarschijnlijk snel weer aan de slag kunnen. Alleen is er een verschil tussen de reële kans op werk en de perceptie van de betrokkenen. ‘Uit de laatste Eurobarometer blijkt dat Europeanen vooral wakker liggen van de levensduurte en van de economische situatie en werkgelegenheid’, weet De Spiegelaere. ‘Ondanks de krappe arbeidsmarkt zijn mensen daar in België zelfs nog ongeruster over dan in andere landen.’

Daarnaast zijn veel werknemers niet alleen bezorgd over hun baan, maar vrezen ze ook dat hun arbeidsomstandigheden slechter zullen worden. Dat was, bijvoorbeeld, de grootste bezorgdheid van de werknemers van de Delhaize-filialen die aan zelfstandige uitbaters werden overgelaten.

5. Met een vingerknip

Nadat de ceo van Renault de fabriek in Vilvoorde met één vingerknip had gesloten, werd de wet-Renault in het leven geroepen om herhaling te vermijden. Tegenwoordig moet een collectief ontslag vooraf worden aangekondigd en moet er onderhandeld worden. ‘Het gevolg? Nu duurt het vaak lang voor echt duidelijk wordt wat er te gebeuren staat’, legt De Spiegelaere uit. ‘Er is niet meer één moment waarop de beslissing valt en het protest oplaait. Het zou best kunnen dat conflicten daardoor wat minder emotioneel worden. Dat geldt ook voor faillissementen, want daarbij is er vaak een periode van onduidelijkheid voor het personeel zicht krijgt op de concrete gevolgen.’

6. Grote liefde voor het bedrijf

Als zo’n groot en bekend bedrijf de deuren sluit, zijn werknemers daar vaak het hart van in. Niet alleen omdat ze hun werk kwijt zijn, maar ook omdat ze trots waren op hun bedrijf en door de jaren heen er zelfs mee vergroeid zijn geraakt. Dat was opvallend bij luchtvaartmaatschappij Sabena. Sabeniens voelden zich vergaand verbonden met de maatschappij en hun collega’s. De tientallen personeelsleden die de allerlaatste vlucht op de landingsbaan in Zaventem stonden op te wachten, vielen elkaar na de landing huilend in de armen.

‘Werknemers die al twintig of dertig jaar voor hetzelfde bedrijf werken vereenzelvigen zich ook vandaag nog met hun werkgever’, zegt De Spiegelaere. ‘Maar de dertigers van vandaag veranderen veel vaker van job dan de generaties voor hen. Daarom zetten veel werkgevers nu zwaar in op die identificatie door aan de bedrijfscultuur te schaven, samenhorigheid te creëren en er zo veel mogelijk voor te zorgen dat hun werknemers trots zijn om er te werken. Of ze hen daardoor ook langer aan boord kunnen houden, zal de toekomst uitwijzen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content