Terrorisme-expert Thomas Renard over de aanslag in Brussel: ‘Dit moet ons wakker schudden’

Een forensisch team van de politie in de Van Ooststraat in Schaarbeek, waar de dader van de aanslag in Brussel werd doodgeschoten. 17 oktober 2023. © Belga Image
Elisa Hulstaert
Elisa Hulstaert Redacteur

Hoewel Abdesalem Lassoued, de man die maandagavond twee Zweedse voetbalfans in Brussel doodschoot, bekend was bij de politie, lukte het hem toch om onder de radar te blijven. Had deze aanval vermeden kunnen worden? Terreurexpert Thomas Renard: ‘Heel wat mensen zijn haatdragend, maar agressie valt moeilijk te voorspellen.’

‘De persoon was bekend bij de politie voor verdachte handelingen, voor mensensmokkel, voor illegaal verblijf en voor veiligheid van de staat (sic)’, aldus minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open VLD) tijdens de persconferentie over de terreuraanslag. Toch kwam Abdesalem Lassoued, de man die maandagavond in het centrum van Brussel met een oorlogswapen in koelen bloede twee Zweedse voetbalsupporters van het leven beroofde en een derde zwaar verwondde, niet voor op de OCAD-lijst van personen die een extremistische of terroristische dreiging kunnen vormen voor België.

In Zweden werden de afgelopen maanden verschillende korans verbrand, wat heel wat ophef veroorzaakte. In augustus riep de terreurorganisatie Al-Qaeda nog op tot aanslagen tegen het land. Hadden de Belgische veiligheidsdiensten het dreigingsniveau voor de voetbalwedstrijd België-Zweden moeten optrekken?

Thomas Renard: Om het dreigingsniveau voor een evenement te verhogen, zijn er specifieke aanwijzingen nodig die erop wijzen dat iemand een gewelddadige intentie heeft en dat die de mogelijkheid heeft om daarnaar te handelen. De koranverbrandingen in Zweden en het conflict in het Midden-Oosten maken de situatie natuurlijk gespannen. Of het OCAD (het coördinatieorgaan voor de dreigingsanalyse, nvdr) een dreigingsanalyse gemaakt heeft van de voetbalwedstrijd tussen België en Zweden, weet ik niet.

We leven vandaag in een wereld waarin iets als ‘dreiging’ bijzonder diffuus is: het is overal en nergens tegelijk. Heel wat mensen zijn gefrustreerd en zelfs haatdragend, en onder bepaalde omstandigheden kan dat leiden tot agressie. Alleen valt dat moeilijk te voorspellen.

In 2019 vroeg Lassoued asiel aan in ons land, een jaar later werd die vraag afgewezen. Kort daarna verdween hij van de radar, zegt staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor (CD&V). Toch liepen de jaren erna nog verschillende meldingen over hem binnen. Waarom werd daar niets mee gedaan?

Renard: Dat er op dinsdag een Joint Information Center over hem gepland stond (een bijeenkomst om in concrete dossiers van terroristisch of extremistisch gevaar alle informatie samen te leggen, red.), wijst erop dat zijn dossier bijzonder serieus genomen werd. Ook het feit dat hij zo snel geïdentificeerd kon worden en dat zijn adres bekend was, toont aan dat er heel wat informatie over hem in het systeem zat.

Wat moeten we met mensen die geschrapt zijn uit het rijksregister en die verdacht worden van radicalisering?

Renard: Het is belangrijk om voor ogen te houden dan het leeuwendeel van de asielzoekers geen terroristen zijn. Integendeel, zij zullen net sneller het slachtoffer worden van terrorisme. We moeten dus voorzichtig zijn met de manier waarop dit – ook politiek – ge­framed wordt. De druk om harde maatregelen te nemen zal hoog zijn, maar als we niet voorzichtig zijn, kunnen die ook averechts werken. Het risico bestaat dat we de rechten schenden van mensen die niets met terrorisme te maken hebben.

Tegelijk moeten we extra waakzaam zijn, aangezien deze aanslag slechts luttele dagen na de aanval in het Franse Arras komt, waarbij de dader in een soortgelijke situatie verkeerde.

Wie gevraagd wordt om het grondgebied te verlaten en dat bevel in de wind slaat, komt in een soort niemandsland terecht. Die mensen hebben geen officieel adres, kunnen niet werken en kunnen vaak nergens naartoe. Meestal willen ze ook niet uitgezet worden. Abdesalem Lassoued had een vrouw en een dochter, wellicht een reden om niet te vertrekken.

(Lees verder onder de preview.)

Hoe kon Lassoued aan het oorlogswapen raken dat hij gebruikte tijdens zijn terreurdaad?

Renard: In landen waar de aankoop van zulke wapens illegaal is, zien we grofweg twee manieren waarop terroristen daar toch aan raken. Meestal worden de wapens aangekocht op de zwarte markt en komen ze uit de Balkanlanden. Al zien we ze tegenwoordig ook soms uit andere conflictzones komen, zoals uit Noord-Afrikaanse landen, de Sahel of zelfs uit Oekraïne. In mindere mate zien we dat er 3D-geprinte wapens gebruikt worden. Dat zien we vooral bij rechts-extremisten.

Moeten we ons hart vasthouden voor copycats?

Renard: In de meeste gevallen gebeurt dat niet, maar ook hier is waakzaamheid geboden. Ik denk dat de recente terreuraanvallen in Brussel, Arras en de Verenigde Staten (zaterdag stak een 71-jarige man uit een buitenwijk van de Amerikaanse stad Chicago een 6-jarige Palestijns-Amerikaanse jongen dood, nvdr) ons wakker moeten schudden.

Er zijn steeds meer aanvallen die uitgevoerd worden door zogenaamde lone wolves, die helemaal alleen te werk gaan bij hun terreurdaad. Tegelijk wordt ook de kans op georganiseerde aanvallen van buitenaf groter. Dat heeft verschillende oorzaken. Er is meer polarisatie, er zijn meer spanningen in de samenleving en mensen worden vaker aangespoord tot geweld. Daarbovenop hebben terroristische organisaties zoals de IS en Al-Qaeda zich intussen beter en efficiënter georganiseerd. Er broeit dus iets. Ik vermoed dat dreigingsniveau 3 nog wel even zal worden aangehouden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content