Speelt Vlaanderen vals? ‘Het lijkt erop dat het neemt wat het kan en profiteert van de wanorde in Wallonië’

© Getty

Vlaanderen is bezig aan een ‘exponentiële machtsgreep’. Het is maar één van de vele opmerkelijke vaststellingen die journaliste Nicole Burette doet in haar boek Voor het Nederlands, druk één. Al treft volgens haar niet alleen Vlaanderen schuld. ‘Er is niet genoeg vaderlandsliefde in Franstalig België.’

Nadat ze de België-redactie van de Franstalige krant La Libre had ingeruild voor een job bij Sanoma, een tweetalige persgroep die uitgroeide tot een Vlaams bolwerk, begon journaliste Nicole Burette vanuit haar eigen ervaringen en die van de mensen om haar heen aan een onderzoek over de machtsverhoudingen in België. Haar oordeel: die zijn volledig in het voordeel van Vlaanderen, dat in alle sectoren domineert, en dat op een ‘meer openlijke manier dan ooit tevoren’.

In 2006 zei Yves Leterme, destijds Vlaams minister-president, dat de bewoners van faciliteitengemeenten intellectueel niet in staat zijn om Nederlands te leren. Is het onevenwicht tussen Vlaanderen en de Franstalig België dan een kwestie van uiteenlopende vaardigheden?

Nicole Burette: Ga je me meteen al irriteren? (lacht) Tweetaligheid is geen kwestie van intellectueel vermogen, maar van motivatie. Franstaligen hebben de neiging het Engels als tweede taal te verkiezen boven het Nederlands. Hun excuus is dat ze met het Nederlands niet ver zullen komen, maar dat is een zware denkfout. Bovendien paste Letermes uitspraak binnen een Vlaamse neerbuigendheid die ik niet meer verdraag, en die mij motiveerde om mijn boek te schrijven: ik merk een stijgend gebrek aan respect en een toenemende arrogantie ten opzichte van Franstaligen. Die worden gevoed door onwaarheden, vooral met betrekking tot de transfers van noord naar zuid en de werkloosheid. Het zuiden van het land is niet vrij van schuld, je kunt het zelfs veel verwijten. Maar men mag niet vergeten dat Vlaanderen zijn dynamiek en welvaart ook te danken heeft aan zijn verbinding met de zee, en niet alleen aan zijn ambitie, die in contrast zou staan met de ‘Franstalige nonchalance’.

Het lijkt alsof Vlaanderen systematisch boter bij de vis eist, en er bovendien altijd in slaagt die te krijgen.

U beschuldigt Vlaanderen zelfs van valsspelen. Hoezo?

Burette: Ik ben me ervan bewust dat het een agressieve term is, maar dat gevoel had ik toen ik het boek aan het schrijven was. Het lijkt erop dat Vlaanderen de afgelopen jaren een strategie heeft ontwikkeld om te nemen wat het kan en te profiteren van de wanorde in Wallonië, vooral door het gemeenschappelijke erfgoed te defederaliseren. Kijk maar naar wat er is gebeurd met de Plantentuin van Meise. De 18.000 plantensoorten die daar zijn verzameld, zijn het resultaat van jarenlang onderzoek door Belgische botanici, onder wie veel Walen en Franstalige Brusselaars. Toch werd die instelling, inclusief haar gebouwen en inkomsten, in 2013 Vlaams. Haar wetenschappelijke erfgoed blijft eigendom van de federale overheid, die het ‘uitleent’ aan Vlaanderen, en de taalkundige pariteit is gegarandeerd in de wetenschappelijke raad, maar het is een mooi voorbeeld van defederalisering. Een ander voorbeeld: toen Vlaanderen in 2008 zijn START-plan onthulde, bleek dat onder meer als doel te hebben Brussels Airport tot de tweede economische pool van… Vlaanderen te maken. Het lijkt alsof Vlaanderen systematisch boter bij de vis eist, en er bovendien altijd in slaagt die te krijgen.

Schandalen, wanbeheer, nostalgie: draagt Wallonië geen objectieve verantwoordelijkheid in het onevenwicht?

Burette: Wallonië kampt net als Brussel met grote problemen op het gebied van bestuur, cliëntelisme en overtollige administratie. Franstalig België draagt een zware verantwoordelijkheid, vooral door de corruptie die opduikt wanneer men te lang aan de macht is, zoals bij de PS het geval was. Maar dat verklaart niet alles. Dankzij het samengaan van gemeenschap en regio komt Vlaanderen veel krachtiger en beter uitgerust voor de dag bij besprekingen, terwijl de Franstaligen verdeeld en zonder gemeenschappelijke strategie of project rond de tafel gaan zitten. Aan de ene kant zijn er de ‘Toshiba-experts’, ultravoorbereide Vlamingen, en aan de andere kant de ‘rekenmachine-experts’, de Franstaligen die elke onderhandeling benaderen vanuit het idee: wat zullen we aan wie geven? Bovendien is de Vlaamse overtuiging veel sterker ontwikkeld, en is er een eenheid van denken. In het zuiden denkt men vooral aan zichzelf. Er is niet genoeg ethos en vaderlandsliefde in Franstalig België.

Kan het verschil in welvaart worden verklaard door een verschil in mentaliteit?

Burette: Het volstaat naar de situatie in tweetalige bedrijven te kijken. Vlamingen zijn vaak meer onderdanig en volgen de richting die hun superieuren aangeven, terwijl Franstaligen veel meer individualistisch denken. Ze zijn anders, maar ook complementair: waar de enen creatiever is, zijn de anderen efficiënter in de uitvoering van projecten, wat hun succes verklaart. Je kunt niet alles herleiden tot de Vlaamse meritocratie, want de regio profiteert ook van veel meer middelen, maar toch moet je erkennen dat er zoiets bestaat als uiterst doeltreffend Vlaams realisme.

U spreekt over valsspelen, onrechtvaardigheid… Waarom hebben de Franstaligen zich zo laten doen door de Vlamingen?

Burette: Ik denk dat ze zo vaak hebben gehoord over de beroemde transfers van noord naar zuid dat ze met gebogen hoofd naar de besprekingen komen. Bovendien ontmoeten de vertegenwoordigers van de verschillende regio’s elkaar niet vaak genoeg en stellen ze hun eisen niet voldoende gezamenlijk op. Aan de andere kant vergroot de institutionele symmetrie de macht van Vlaanderen, waarvan de onderhandelingen worden geleid door kopstukken die hun dossiers perfect beheersen.

Maak van Antwerpen desnoods de economische hoofdstad van Vlaanderen.

Midden vorige eeuw gingen de transfers van zuid naar noord. Dat werd toen gezien als een vorm van noodzakelijke solidariteit. Waarom zijn ze vandaag zo omstreden?

Burette: Tot de jaren 1960 werd België voornamelijk gevoed door het rijke Wallonië, dat enorm investeerde in Vlaanderen, waar de werkloosheid toen erg hoog was. Ik denk dat we tegenwoordig een soort wraak zien. Veel Vlamingen werkten in Wallonië, waar ze als proletariërs werden behandeld. In Vlaanderen zijn die wonden nog niet geheeld.

Hoe kunnen we terugkeren naar een eerlijker machtsverdeling? Is dat überhaupt mogelijk?

Burette: Het is in ieders belang, ook dat van Vlaanderen, te mikken op een win-winsituatie en collectieve welvaart in plaats van het falen van Brussel en Wallonië na te streven. Ik pleit voor een Belgisch federalisme dat gebaseerd is op vier regio’s met gelijke rechten, en ik droom van overleg waarbij men de tijd neemt om de situatie op te lossen op een manier die eerlijk is voor iedereen. Desnoods kan men van Antwerpen de economische hoofdstad van Vlaanderen maken, ook al is dat taboe. In de huidige context is kiezen voor solidariteit beter dan het ontwikkelen van slechts één regio, die zich uiteindelijk op zichzelf zou terugtrekken. Binnen Europa of tegenover een snelgroeiend China is het belangrijk om een sterk front te vormen.

Miljardencadeaus? ‘Er is geen bewijs dat geldtransfers Wallonië in slaap sussen’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content