Tom Zwaenepoel
‘Wie wil dat moeilijke beslissingen breed gedragen worden, moet de moed hebben ze federaal te verdedigen’
‘Wie beweert dat België uit twee democratieën bestaat, verliest twee zaken uit het oog’, schrijft Tom Zwaenepoel van B Plus in een reactie op een opiniestuk van Vista, waarin gepleit werd om de vorming van een afspiegelingscoalitie in de grondwet te verankeren. ‘Zoiets biedt geen enkele garantie op stabiliteit.’
Het idee dat de federale regering uit partijen zou moeten bestaan uit een meerderheid aan Vlaamse en Franstalige zijde, behoort tot de “quick fixes” om even korte metten maken met het Gestolde Land België.
Vooreerst vertrekt men vanuit het gekende mantra dat België uit twee democratieën bestaat. Daar is om te beginnen lang niet iedereen het mee eens, maar hoe dan ook stoten we onvermijdelijk op twee blinde vlekken in het betoog. Namelijk: de kleine Duitstalige Gemeenschap, en het behoorlijk wat grotere Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Samengeteld wordt, in zo’n federale afspiegelingsregering, de keuze van zo’n 1,2 miljoen mensen (toch 10% van het land) systematisch genegeerd.
Hoezo, stabieler?
Ten tweede biedt het geen enkele garantie op stabiliteit in de federale regeringsploeg. Of men nu de Waalse, dan wel Franse Gemeenschapsregering aan zet wil in die onderhandelingen, in bv. de huidige situatie lijkt dit te leiden tot een federale regering met zes partijen. Namelijk: N-VA, CD&V, MR, Open VLD, PS en Ecolo. Eén partij minder dan de Vivaldi coalitie, maar inhoudelijk nog behoorlijk wat minder raakvlakken.
Laten we verder niet vergeten dat in 2020 o.a. Joachim Coens aandrong op zo’n afspiegelingsregering. Wie een beetje kritisch meelas, kon alleen maar vaststellen dat dat toen andermaal zou neerkomen op de paars-gele formule. Die was al enkele malen de revue gepasseerd, om telkens weer te stranden – één van de vele redenen voor de lange formatie.
En stel dat die federale regering zou vallen over, we zeggen maar wat, een niet-bindend internationaal pact? Wat dan? Nieuwe verkiezingen? Dat kan alvast niet in de deelstaten, met hun legislatuurparlementen. Dus hoezo nieuwe ploeg? Het systeem verplicht immers om met exact dezelfde partijen terug rond tafel te gaan zitten.
(Lees verder onder het artikel.)
Maar de kers op de taart bewaren we voor laatst: wat als N-VA en VB samen een Vlaamse regering vormen? Sommigen plaatsen PVDA/PTB hoefijzermodel-gewijs graag op het niveau van VB, dus wat als men in een Waalse regering vervolgens met PTB een ploeg vormt? Welke stabiliteit zal ons land dan kennen in de grote dossiers?
Belgisch beleid vereist een Belgisch kiespubliek
Federale dossiers vereisen inderdaad een federale legitimiteit. En die ontbreekt vandaag, omdat België als federaal land uniek is in de wereld, gezien het actueel slechts twee federale partijen kent: de PVDA/PTB en het VB. Zo diende het VB in 2003, 2007 en 2019 kieslijsten in Wallonië in omdat dat financieel interessant was. Immers, elke uitgebrachte stem, of die leidt tot een zetel of niet, betekent hogere inkomsten, netjes volgens de regels van de partijfinanciëring. Handig gespeeld, maar het VB is dus een echte Belgische partij. Politiek kan ook vrolijk ironisch zijn.
Het standpunt van B Plus is bekend: wie wil dat beslissingen over grote, moeilijke dossiers federaal zo breed mogelijk gedragen worden, moet dan ook de moed hebben om deze federaal te verdedigen. Zoals bekend, ligt een deel van de oplossing voor ons in een federale kieskring, bij gebrek aan federale partijen.
Dit is een veel betere manier om alle kiesgerechtigde Belgen aan bod te laten komen, terwijl een dubbele meerderheid 10% van de kiezers (Brussel en Ostbelgien) structureel in de kou zal laten staan. Nog afgezien van de inherente instabiliteit die dit model zou kennen, al dan niet met twee roterende premiers (eveneens strijdig met de Grondwet). Dit model past dan ook perfect als oplossing voor een zelf gecreëerd probleem, namelijk de mythe van de Twee Democratieën.
Retoriek van het Tweestromenland op retour
De olifant in de kamer moeten we uiteraard ook benoemen. En dat is dat noch voor een verplichte afspiegelingsregering, noch voor de federale kieskring, een grondwettelijke meerderheid bestaat. Nog niet. Maar het mantra van de Twee Democratieën is wel aan slijtage onderhevig. Vooreerst struikelde in de zomer van 2020 voor het eerst een regeringsformatie o.a. op het feit dat men België net te véél wilde ontmantelen. Verder is herfederaliseren als optie ook geleidelijk aan populairder geworden (CRISP, oktober 2022). Nog lang geen twee derde meerderheid, maar die geest krijgt men niet meer in de fles, tot spijt voor wie het benijdt.
(Lees verder onder het artikel.)
Zo was de Covid-19 crisis een harde, maar leerzame les. De uitdaging van de energieomslag is dat ook. Het huidige, bipolaire systeem is uitgewoond.
Er blijkt finaal wel degelijk zoiets als een federaal kiespubliek te bestaan. Hoe anders, blijkt 63% van de Vlamingen zo gek dat zij kennelijk meer België willen (De Stemming, mei 2021)? Hoe anders, kan onderzoek uitwijzen dat de visie van Vlamingen en Walen op de meeste hete hangijzers in werkelijkheid véél dichter bij elkaar ligt dan men gewoonlijk voorstelt (Represent-studie, juni 2019)?
Er bestaat geen wet tegen federale partijen
Overigens, in afwachting van een federale kieskring, bestaat er geen enkele wet die de andere partijen zou verbieden om, net als PVDA/PTB en VB, in het hele land op te komen. De liberalen en CD&V/Les Engagés doen dat al in Brussel. Dat men dat vandaag, met al die uitdagingen, niet doet, is véél minder logisch dan dat men dat morgen wél zou gaan doen. Niet alleen laat men zich nu de kaas van tussen het brood eten door VB en PVDA-PTB. Maar meer principieel zou het, voor wie ambieert om verantwoordelijkheden op te nemen voor het ganse land, de normaalste zaak van de wereld moeten zijn, om zich in de kiesstrijd te verantwoorden tegenover de bevolking van dat ganse land.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier