Vrije Tribune

‘We moeten ons verzetten tegen een beperking van werkloosheidsuitkeringen in de tijd’

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

‘We roepen op tot verzet tegen een maatregel die geen effect zou hebben op de werkgelegenheid. Ze zal mensen en gewesten in moeilijkheden verder in de armoede duwen’, schrijven een collectief van vakbonden en middenveldsorganisaties die het opnemen voor mensen in armoede. 

De onderhandelaars voor een nieuwe federale regering zouden al ongeveer een akkoord hebben rond het beperken van de werkloosheid in de tijd. Tot 2 jaar. We kennen het verhaal ondertussen. Hierdoor zouden 141.238 mensen worden getroffen, waarvan 42.473 in Vlaanderen, 61.419 in Wallonië en 37.346 in het Brussels Gewest. 

Sommige potentiële regeringspartners stellen voor om de uitkering enkel stop te zetten wanneer de werkzoekende weigert in te gaan op een vacature van de gewestelijke dienst voor arbeidsbemiddeling. Men verduidelijkt dan niet waar de werkaanbieding vandaan komt, of ze overeenstemt met het profiel van de werkzoekende en wat het statuut en verloning is. Anderen stellen een flexibele beperking in de tijd voor, vooral bij een langere uitkeringsperiode en afhankelijk van het arbeidsverleden.

Een dergelijke maatregel wordt doorgaans gerechtvaardigd door te stellen dat het Belgisch systeem van werkloosheidsuitkeringen “te gul” is. Enn werklozen onvoldoende zou stimuleren om terug aan het werk te gaan, terwijl sommige vacatures vandaag niet ingevuld geraken. Deze voorstellen zijn gebaseerd op een vertekend beeld van de arbeidsmarkt en het Belgisch werkloosheidsverzekeringssysteem.

Een aanval op de kwetsbaarste werknemers

1. Werklozen zijn geen ’profiteurs’. Het zijn mensen die als loontrekkenden hebben gewerkt en recht hebben op een uitkering op basis van hun loopbaan en socialezekerheidsbijdragen. Hun rechten inperken betekent de rechten van loontrekkenden beknotten. De laagstbetaalden onder hen (kortgeschoolde, interimers n, deeltijdsen, enz.) lopen het grootste risico om op een dag door een dergelijke maatregel getroffen te worden.

2. Enkele uitzonderingen niet te na gesproken  vergoedt de werkloosheidsverzekering alleen onvrijwillige werkloosheid. Werklozen moeten regelmatig aan de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling bewijzen dat ze werk zoeken. Ze worden bestraft als deze inspanningen onvoldoende worden geacht. In geval van herhaalde sancties kunnen werklozen hun uitkering verliezen. Het voorstel dat nu op tafel ligt, is niet bedoeld om werklozen uit te sluiten wegens werkonwilligheid, maar enkel en alleen omdat ze na een bepaalde periode geen (duurzame) job hebben gevonden.

3. Het stijgende aantal onzekere jobs (contracten van bepaalde duur, deeltijds werk, enz.) heeft de toegang tot werkloosheidsuitkeringen moeilijker gemaakt en de grens tussen werklozen en loontrekkenden vervaagd. Meer dan een derde (36,8%) van de ’uitkeringsgerechtigde volledig werkloze werkzoekenden (UVW-WZ) sinds meer dan twee jaar’ is al opnieuw aan het werk gegaan, maar gedurende een onvoldoende aantal dagen om uit deze categorie van werklozen te geraken (en a fortiori om opnieuw een hogere uitkering te krijgen). ‘Langdurig werklozen’ de schuld geven, komt vaak neer op mensen aanvallen die met tussenpozen werken, zonder een stabiele voltijdse baan te vinden.

4. In tegenstelling tot wat sommigen denken, krijgen werklozen geen royale uitkering. In 2023 bedroeg de gemiddelde werkloosheidsuitkering 1.680 euro voor een gezinshoofd, 1.421 euro voor een alleenstaande  en 1.128 euro voor een samenwonende (3) De uitkering neemt geleidelijk af en wordt een vast bedrag in de derde uitkeringsperiode. Dan krijgen samenwonende werklozen bijvoorbeeld maar 731 euro meer.

Een inefficiënte en contraproductieve maatregel

5. Het werkloosheidspeil in België is nog nooit zo laag geweest als vandaag. Tussen 2003 en 2023 is het aantal uitkeringsgerechtigde volledig werkloze werkzoekenden gedaald met 40%. De uitkeringen aan volledig werklozen maakten in 2023 ongeveer 2,7% uit van de sociale zekerheidsuitgaven.

6. De uitkeringen intrekken, werkzoekenden in de onzekerheid duwen  draagt niet bij tot een terugkeer naar de arbeidsmarkt, wel integendeel. De ervaring bewijst dit : in 2012 werd een ‘versterkte degressiviteit’ van de werkloosheidsuitkeringen toegepast, samen met een beperking in de tijd van de uitkering waarop mensen op basis van hun studies recht hebben (van kracht vanaf 2015). Sindsdien is uit verschillende onderzoeken (RVA, IRES, OESO) gebleken dat deze maatregelen geen positieve impact hebben op een terugkeer naar de arbeidsmarkt. De belangrijkste obstakels voor tewerkstelling zijn onvoldoende kwalificaties voor de vacature, gezondheidsproblemen, mobiliteitsproblemen, geen kinderopvang, enz. In België bedraagt de werkgelegenheidsgraad 47,2% voor kortgeschoolden, 68,1% voor mensen met een gemiddeld scholingsniveau en 85,6% voor hooggeschoolden. De Hoge Raad voor de Werkgelegenheid heeft zelf gewezen op het feit dat het aandeel kortgeschoolde werknemers in laaggekwalificeerde jobs gedaald is van 73% in 1993 tot 40% in 2023, terwijl het aandeel van deze werknemers in banen van een gemiddeld kwalificatieniveau gedaald is van 45% tot 17% in dezelfde periode.

Een maatregel die de armoede zou vergroten

7. Het schrappen van de werkloosheidsuitkering zou sommige werklozen in een nog grotere onzekerheid duwen. Het is onjuist te beweren dat alle uitgesloten werklozen dezelfde uitkering krijgen van het OCMW. De voorwaarden voor toekenning van OCMW-steun en een werkloosheidsuitkering zijn heel verschillend. De OCMW’s komen enkel tussen op basis van een vastgestelde behoefte, en vaak in beperktere mate. Een deel van de uitgesloten werklozen zal toegang hebben tot OCMW-bijstand. Maar een ander deel zal afhankelijk zijn van gezinssolidariteit, vooral huishoudens waar een van de partners werkt. Anderen zullen recht hebben op een uitkering, maar vaak van een lager niveau. Over het geheel genomen zal de maatregel dus tot een verarming van de getroffen personen en hun gezin leiden.

Een intrekking van de federale solidariteit zou de kwetsbaarste gewesten en gemeenten schaden

8. De werkloosheids- en werkgelegenheidscijfers verschillen per gewest en per gemeente. Elke streek heeft haar eigen kenmerken (demografie, economische activiteit, opleidingsniveau, enz.). Die hebben een invloed op de situatie van de arbeidsmarkt en geven uiteenlopende werkloosheidsresultaten. Via de werkloosheidsverzekering en de sociale zekerheid wordt op federaal niveau een solidariteit georganiseerd tussen alle werknemers en alle gewesten en gemeenten. De verhouding tussen het aantal volledig werklozen die sinds meer dan twee jaar een uitkering krijgen (mogelijk doelpubliek van een beperkende maatregel) en de beroepsbevolking (18-64 jaar) verschilt sterk per gewest en per gemeente. Indien de federale overheid dit deel van de sociale zekerheid zou afschaffen, zou dat een volgens gewest en gemeente sterk verschillende sociale impact hebben.

9. Een deel van de meer dan twee jaar werklozen, die geen uitkering meer zouden krijgen, zullen dan een beroep doen op het OCMW om te overleven. Dat gaat potentieel om 26.074 alleenstaande, meer dan twee jaar werkzoekenden in Vlaanderen, 40.719 in Wallonië en 26.977 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Maar vooral in de kwetsbaarste gemeenten hebben de OCMW’s, die al onder grote druk staan, niet de infrastructuur, noch het personeel om een dergelijke toevloed aan te kunnen. En ze hebben zeker niet de nodige middelen om iedereen individuele bijstand te verlenen en elke persoon te ondersteunen bij het zoeken naar een baan. Bovendien wordt de OCMW-steun gedeeltelijk betaald door de gemeente. Daardoor zullen de lokale overheden die het grootste aantal uitgesloten werklozen tellen, het bijzonder moeilijk hebben om deze extra uitgaven op te vangen. Ze zullen dan ook minder mogelijkheden hebben om de getroffen personen te helpen en de lokale werkgelegenheid te ondersteunen.

10. Om langdurig werklozen weer aan het werk te krijgen en hen toegang te geven tot banen die een fatsoenlijk inkomen en goede arbeidsomstandigheden garanderen, zijn positieve maatregelen nodig: het opleidingsniveau verbeteren, gezondheids- en mobiliteitsproblemen aanpakken, de arbeidsomstandigheden en het loon in bepaalde sectoren en functies verbeteren, enz. De oprichting van nieuwe substatuten en nieuwe ‘jobs’ (die onderbetaald, hyperflexibel en gesubsidieerd zijn) voor langdurig werklozen zou er alleen maar toe leiden dat die in een onzekere werksituatie blijven steken. Deze onderbetaalde jobs zouden in de plaats komen van nieuwe kwalitatieve banen of andere, bestaande functies die volgens de normale barema’s worden verloond.

We zullen ons daarom verzetten tegen de invoering van een in de tijd beperkte werkloosheidsuitkering. Een dergelijke maatregel zou niet beantwoorden aan de aangekondigde doelstelling om de werkgelegenheid te bevorderen. Hij zou ook de sociale cohesie in ons land en de arbeidsomstandigheden, in het bijzonder voor laagbetaalde werknemers, ernstig ondermijnen. We zullen de nodige initiatieven nemen of steunen om een breed front te vormen tegen een dergelijke maatregel.

Deze bijdrage is een initiatief van Collectief solidarité contre l’exclusion vzw – Ensemble!, en werd ondertekend door:

Marie-Hélène Ska, Algemeen Secretaris CSC, Ann Vermorgen, Voorzitter CSC; Miranda Ulens, Algemeen Secretaris ABVV, Thierry Bodson, Voorzitter ABVV; Caroline Copers, Algemeen secretaris Vlaams ABVV, Guy Tordeur, Voorzitter van BAPN, Caroline Van der Hoeven, Coördinator van BAPN; Heidi Degerickx, Algemeen coördinator Netwerk tegen Armoede; Christine Mahy, Algemeen secretaris en politiek verantwoordelijke van het Réseau Wallon de Lutte contre la Pauvreté; Barbara Goethals, Medewerker Brussels Platform Armoede; Eric Husson, Voorzitter van Le Forum – Bruxelles contre les inégalités; Jean-Pascal Labille, Algemeen Secretaris (FR) van Solidaris; Luc Van Gorp, Voorzitter van de Christelijke Mutualiteiten; Elise Derroitte, Vice-voorzitter van de Christelijke Mutualiteiten, Ariane Estenne, Voorzitter van het MOC; Peter Wouters, voorzitter Beweging.net; Sibylle Gioe, Voorzitter van de Ligue des Droits humains; Yves Martens, Coördinator Collectif solidarité contre l’exclusion asbl, Arnaud Lismond-Mertes, Algemeen Secretaris Collectif solidarité contre l’exclusion asbl, Luc Van Gorp, Voorzitter van de Christelijke Mutualiteiten; Elise Derroitte, Vice-voorzitter van de Christelijke Mutualiteiten.

Een Franstalige versie van deze tekst verschijnt in Le Soir.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content