Jan Wostyn

‘Vlaanderen moet nog veel groeien op het internationale toneel: onze horizon blijft veel te beperkt’

Jan Wostyn Co-voorzitter van Vista

‘Het regeerakkord van de nieuwe Vlaamse regering is een gemiste kans om van Vlaanderen veel méér te maken dan een sterke regio binnen de EU’, schrijf Jan Wostyn.  ‘En dat terwijl ontwikkelingssamenwerking bij uitstek een domein is waarin Vlaanderen voor de ogen van de hele wereld het verschil zou kunnen maken.’

Het buitenlandluik van de het Vlaamse regeerakkoord is met 14 bladzijden best wel goed gestoffeerd, al blijft het nog steeds beperkt tot zo´n 5% van het totale document. Op zich verdienstelijk, maar bij nader inzien blijft de blik op het buitenland toch eerder beperkt. Zoals Axel Buyse in zijn nieuwe boek “Klein Vlaanderen, groot buitenland” bepleit, moet Vlaanderen nog heel wat groeien op het internationale toneel.

Vlaanderen kijkt in het regeerakkoord quasi puur mercantilistisch naar dat grote buitenland: hoe en waar kunnen we wat geld gaan verdienen? Hoe versterken we onze concurrentiepositie? Hoe lokken we toeristen naar hier? Natuurlijk allemaal belangrijke zaken voor de eigen welvaart, maar ik zou als Vlaming ook graag zien dat wij met ons kleine Vlaanderen meer dan enkel pecuniaire beschouwingen op onze wereld hebben. Verder dan een “waardegedreven en solidair buitenlands beleid” komt men niet. Het is zelfs niet eens duidelijk of “waarde” hier verwijst naar “economische waarde” of naar “ethische waarden”.

Het woord “ontwikkelingssamenwerking” komt helaas maar twee keer voor en de “rest van de wereld” moet het doen met een paar alinea´s. Dat is een gemiste kans om van Vlaanderen veel méér te maken dan een sterke regio binnen de EU. Bij de federale onderhandelingen lekte uit dat de Vlaamse coalitiepartners het federale budget voor ontwikkelingssamenwerking graag zouden halveren. Daar valt veel voor te zeggen want dit domein is eigenlijk al toegewezen aan de gemeenschappen en het is een aberratie dat dit nog steeds federaal zit, bijvoorbeeld met het agentschap Enabel. Zeker omdat ook vele andere bevoegdheden die daarmee gelinkt zijn – zoals landbouw, handel en economie – al lang geregionaliseerd zijn. Je zou denken dat een halvering federaal dan wordt gecompenseerd door een ambitieuze Vlaamse agenda rond ontwikkelingssamenwerking. Niet dus. De Vlaamse horizon blijft op dit vlak helaas veel te beperkt.

Nochtans is dit bij uitstek een domein waarin Vlaanderen voor de ogen van de hele wereld het verschil zou kunnen maken. We zijn een kleine maar zeer wendbare regio, geen log multinationaal instituut zoals de EU of de VN, waar heel veel geld wordt besteed maar de resultaten niet altijd duidelijk zijn en de efficiëntie ondermaats is. Laat Vlaanderen daarom één specifiek partnerland of -regio selecteren in Afrika, hét continent met de grootste uitdagingen op vlak van menselijke ontwikkeling maar ook met de grootste opportuniteiten voor welvaartscreatie. Bovendien is wat in Afrika gebeurt de komende decennia ook cruciaal voor de migratieproblematiek én op vlak van klimaatmitigatie. De selectie moet uiteraard ook criteria als mensenrechten en good governance mee in aanmerking nemen. Op dit moment zijn er wel reeds Vlaamse samenwerkingen met Zuid-Afrika, Malawi of Mozambique, maar het blijft allemaal veel te bescheiden.

De focus op één enkel partnerland kan Vlaanderen toelaten om een volledig nieuw en gemoderniseerd model van internationale samenwerking op de kaart te zetten dat navolging kan krijgen in andere, kleine en wendbare Europese regio´s of landen. Laten we onze eigen middelen voor ontwikkelingssamenwerking heel specifiek op een klein land concentreren en vooral ook volop de privésector en onze universiteiten betrekken bij de initiatieven in het partnerland. Zo gaan Vlaamse investeringen in de publieke sectoren en infrastructuur van het partnerland hand in hand met private investeringen van belangrijke Vlaamse bedrijven, die ook zo voet aan de grond krijgen in Afrika, een continent met een enorm groeipotentieel.

Tegelijkertijd kunnen ook programma´s rond circulaire migratie worden opgezet met dit partnerland. Afrikaanse werkkrachten kunnen ter plaatse worden opgeleid in knelpuntberoepen waar de Vlaamse economie om verlegen zit. Vervolgens kunnen ze gedurende 3 jaar vacatures komen invullen in Vlaanderen, om daarna met de opgedane kennis en ervaring ook in het thuisland het verschil te maken. Ook Vlaams uitgaand toerisme kan in de mix betrokken worden en voor werkgelegenheid zorgen. Verder kunnen we ook gericht mee investeren in onderwijs en publieke gezondheidsinfrastructuur. Door alle deze inspanningen gelijktijdig in gang te zetten, kan het partnerland snelle vooruitgang boeken op tal van indicatoren waar Afrikaanse landen nog steeds zwak staan.

Door zowel in de breedte als in de diepte met één klein Afrikaans land samen te werken, kan Vlaanderen ook internationaal écht een verschil maken. Niet enkel vanuit “welbegrepen eigenbelang” maar ook met een innovatieve en resultaatgedreven aanpak van ontwikkelingssamenwerking, waarbij de publieke en private sector hand in hand voor welvaartscreatie en groei zorgen. Zo tonen we ook aan de wereld dat kleine regio´s wel degelijk een verschil kunnen maken en ook binnen Europa ernstig genomen moeten worden.

Gelukkig is het Vlaams regeerakkoord vaag genoeg om hier de komende 5 jaar toch nog allemaal werk van te maken. Wie is trouwens de Vlaamse minister voor Ontwikkelingssamenwerking? Ik kan erover gekeken hebben, maar ik zag die nochtans Vlaamse bevoegdheid nergens vermeld. Met wat goede wil kan ze vallen onder “Buitenlandse zaken” maar je moet wel van heel goede wil zijn om te geloven dat Matthias Diependaele van ontwikkelingssamenwerking een prioriteit zal maken in zijn bevoegdhedenpakket. Misschien kan men aan de Vlaamse regering nog een staatssecretaris toevoegen die zich daar specifiek kan op toeleggen? Pas dan kunnen de nieuwe Vlaamse coalitiepartners met recht en reden claimen dat het budget van de federale ontwikkelingssamenwerking moet gehalveerd worden, zodat het kleine Vlaanderen zélf kan tonen hoe het ook ver buiten de eigen grenzen het verschil kan maken in dat grote buitenland.

Vista is een politieke beweging die een Vlaams, sociaal en progressief alternatief voorstaat, dat de particratie doorbreekt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content