Vlaanderen is niet van Tom Van Grieken
Het Vlaams Belang wordt in een aantal provincies de grootste partij. En toch is het resultaat een flinke tegenvaller voor Tom Van Grieken. Bart De Wever (N-VA) is de winnaar van de verkiezingen, Open VLD krijgt een mokerslag.
Een overwinningsnederlaag, dat was de grootste angst van Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken. De Vlaamse en federale verkiezingen van 9 juni zijn uitgemond in precies dat scenario. Het Vlaams Belang wint enkele procentpunten en verstevigt zijn positie als tweede partij in Vlaanderen. Maar Van Grieken en co. moeten het hoofd buigen voor de N-VA van Bart De Wever, die niet alleen de grootste blijft, maar er in de Kamer op vooruitgaat – alleszins in percentages.
Het Vlaams Belang had zelf nederig gemikt op een vooruitgang van 5 procentpunten tegenover het resultaat van 2019, dat 18,5 procent bedroeg. Met minder dan 23 procent scoort de partij onder haar eigen verwachtingen.
De nationale en internationale pers, die zich verzameld had in Londerzeel, voelde al snel hoe de sfeer bij het Vlaams Belang onder het vriespunt dook. Zeker, de radicaal-rechtse partij wordt de grootste partij in de kieskring Limburg, en dat met een kwart van de stemmen. Maar dat resultaat kan de bittere pil niet vergulden: de slogan ‘Vlaanderen weer van ons’ werd niet waargemaakt – Vlaanderen is alvast niet van Tom Van Grieken.
Sinds de verkiezingen van 2019 staat het Vlaams Belang bovenaan in de peilingen. Journalisten vroegen Van Grieken al wie hij eerst sms’jes zou sturen op zondagavond. Hij kon het initiatiefrecht voor de vorming van een nieuwe Vlaamse regering al voelen. Dat glipt hem nu door de vingers. Er is geen meerderheid met de N-VA wat betreft zetels.
Gele rozen
Een heel ander verhaal bij de N-VA. Bart De Wever had op verkiezingsochtend al het gevoel ‘dat het wel zou meevallen’. De Antwerpse burgemeester krijgt meer dan gelijk. De N-VA verslaat de peilingen, verslaat Van Grieken, verslaat zijn critici. Met 24 procent in het Vlaams Parlement en 25,6 procent in de Kamer zit de partij op rozen.
Bovendien is de N-VA incontournable in de Vlaamse regering. Een mogelijke coalitie tekent zich al af: N-VA, Vooruit en CD&V behalen voorlopig een meerderheid.
Want Vooruit is die andere winnaar van de verkiezingen. De partij van Melissa Depraetere (maar misschien vooral die van Conner Rousseau) gaat erop vooruit. Maar er is ook een schaduwzijde. De partij wordt niet stevig de derde partij van Vlaanderen, een positie waar de socialisten op hadden gehoopt. Ze scoren met 13,9 procent in het Vlaams Parlement meer dan de CD&V, maar torenen niet boven de partij van Sammy Mahdi uit, die 13 procent behaalt op datzelfde niveau.
Verliezer De Croo
De grootste verliezer van 9 juni is Alexander De Croo, en bij uitbreiding zijn Open VLD. De partij van de eerste minister, de steunpilaar van de federale Vivaldi-coalitie, bloedt. In de Kamer en het Vlaams Parlement krimpt de partij met meer dan 5 procentpunten. Federaal zit De Croo met 8,7 procent (in het Vlaams Parlement zelfs 8,3) een pak verwijderd van de verhoopte 10 procent. Als voorzitter Tom Ongena zijn eigen devies opvolgt, gaan de liberalen in de oppositie, en dat voor het eerst sinds 1999. De Croo moet zijn conclusies trekken.
De N-VA verslaat de peilingen, verslaat Van Grieken, verslaat zijn critici.
De Vlaamse liberalen moeten zelfs wedijveren met de PVDA. De marxisten zijn ook winnaars: Jos D’Haese en co. halen ruim 8 procent.
Bij Groen, óók een verliezer van de verkiezingen, weerklinkt alsnog een zuchtje van opluchting. De slechte peilingen gaven hen plots niet veel marge boven de kiesdrempel van 5 procent. Het werd ruim 7 procent. Nog steeds verlies dus, maar de partij blijft leven. Opgeteld halen de drie linkse partijen Vooruit, PVDA en Groen minder dan een derde van de stemmen.
Verkiezingen 2024
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier