‘Vlaamse begroting: de echte budgettaire tabel zal pas in 2025 op tafel komen’

Het Vlaams parlement heeft de begroting 2025 gestemd en dat is een groot verschil met het federale- en het Brusselse niveau waar men 2025 moet aanvatten met voorlopige kredieten. Hierna een overzicht met bedenkingen over de Vlaamse begroting.

Ontvangsten  

De ontvangsten 2025 worden begroot op 60,3 miljard euro of een toename met 2,1 miljard. De grootste vorm van ontvangsten zijn de gemeenschapsdotaties met 30,4 miljard euro, gevolgd door het deel personenbelasting met 10,8 miljard euro en de gewestelijke belastingen voor 7,8 miljard.

Ook deze begroting 2025 toont nog eens aan dat de Vlaamse schatkist hoofdzakelijk wordt gefinancierd door middel van dotaties.  

Uitgaven 

In deze begroting 2025 wordt nog eens het overwicht onderlijnd van de gemeenschapsmateries binnen de uitgaven. In relatie met de ontvangsten ziet men dat er geld vanuit het gewest moet bijgepompt worden om de Gemeenschap te financieren. 

Onderwijs komt op 19,8 miljard euro en welzijn stijgt naar 17,5 miljard. Beide gemeenschapsmateries zijn samen goed voor meer dan 37 miljard euro aan uitgaven. Beide sectoren krijgen elke ruim één miljard euro erbij en dat op het moment dat er toch wel zeer ernstige vragen kunnen gesteld worden over de efficiënte aanwending van die middelen. De politieke vaststelling is dat men niet de ‘core business’ van beide sectoren budgetteert, maar het zuilensysteem daarrond.  

Op de derde plaats vindt men openbare werken met de kanselarij en justitie voor 6,1 miljard euro. 

Wat deze begroting zeker mist is een budgettaire visie op het toekomstig industrieel beleid van Vlaanderen.    

Tekort 

Het geconsolideerd ESER-saldo (volgens het Europees Stelsel van Economische Rekeningen) staat voor 2025 op een tekort van 6 miljard euro? In 2024 was dat 5,8 miljard. Maar het EU-vorderingssaldo is gelijk gebleven op 4,2 miljard euro. 

Toch zal het nog een moeilijke politieke oefening worden in de richting van een begrotingsevenwicht tegen de verkiezingen van 2029.  

Schuld  

De geconsolideerde schuld bedraagt voor 2025 zowat 47,7 miljard euro of een stijging van 6,1 miljard in vergelijking met het jaar 2024. De ratio tussen de jaarlijkse som der ontvangsten en deze schuld is 79,1 procent (2024: 71,4 procent).  De Vlaamse regering stelt in haar eigen begrotingsdocumenten dat 66 procent de grens zou moeten zijn. Deze ratio moet zeker in het budgettaire goede oog worden gehouden. Want voorlopig blijft Vlaanderen het enige bestuursniveau waar die ratio onder de 100 procent ligt. De oplopende schuld weerspiegelt zich ook in hogere rentes en de desbetreffende kosten, die voor het jaar 2025op 864 miljoen euro worden begroot.      

Pendelaars 

De pendelaarstoelage vanuit de twee grote Gewesten naar het Brussels Gewest bedraagt 61,8 procent voor Vlaanderen en 38,2 procent voor Wallonië. Het feit dat de Vlaamse administratie zowat volledig in het Brussels Gewest is gevestigd, is zeker geen goede zaak voor de Vlaamse schatkist. Menig Vlaamse stad zou de komst van een Vlaamse administratie ten zeerste verwelkomen. Bovendien is het zeer merkwaardig dat de Vlaamse administratieve diensten, bevoegd voor gewest materies, gevestigd zijn buiten hun grondgebied.  

Wat nog komt 

Alle Vlaamse begrotingsafspraken ten spijt zal de echte budgettaire tabel zal pas op tafel komen als er in 2025 een interfederaal budgettair akkoord komt tussen de federale en alle andere entiteiten om de EU-regels van 3 procent tekort en 60 procent schuld te behalen. Dan zal pas blijken wie wat moet besparen om te voldoen aan de Europese eisen.