Vincent Van Peteghem (CD&V): ‘Is het nog van deze tijd dat militairen vroeger met pensioen mogen dan leerkrachten?’
De werkloosheid beperken tot twee jaar en de groeinorm in de gezondheidszorg verlagen. Het zijn twee de recepten die premier Alexander De Croo (Open VLD) op tafel legt om meer geld te zoeken voor Defensie. België is op weg om tegen 2035 de NAVO-norm van defensie-uitgaven van 2 procent van het bruto binnenlands product (bbp) te halen. De Open VLD wil die streefdatum vervroegen tot 2029.
‘Mirakeloplossingen’, noemt minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) de voorstellen van De Croo. ‘Dit debat moet breder gevoerd worden.’
Wil u de 2-procentnorm dan niet sneller halen?
Vincent Van Peteghem: Laten we erover praten, maar laten we ook niet blind besparen in de gezondheidszorg. Er vallen efficiëntiewinsten te boeken bij de ereloonsupplementen en in de ziekenhuisfinanciering, maar we moeten altijd de patiënt voor ogen houden. Kijk, afgelopen weekend hebben we op een informele top van Europese financiënministers samen met de Europese Investeringsbank (EIB) het debat opengetrokken. We hebben de vaste wil getoond de defensiesector op het Europese vasteland te ontwikkelen via investeringen door de EIB. De oorlog in Oekraïne en de mogelijke overwinning van Donald Trump nopen ons daartoe.
Vandaag staat de EIB vooral te boek als een klimaatbank die de defensie-industrie schuwt.
Van Peteghem: De bank financiert de Europese klimaattransitie door onder meer in zonnepanelen te investeren. Dat blijft belangrijk, maar andere sectoren zoals defensie en digitalisering zijn dat ook. Vandaag gaan er te veel Europese publieke middelen naar de Amerikaanse defensiesector. We moeten ook tot een meer gecoördineerd Europees defensiebeleid komen, en niet allemaal verschillende vliegtuigen, munitie en geweren kopen.
We mogen niet blind besparen in de gezondheidszorg.
België staat voor de loodzware opdracht om 27 miljard euro te besparen op 7 jaar tijd. We zullen het geld érgens vandaan moeten halen.
Van Peteghem: U mag al mijn interviews van de afgelopen drie jaar erop nalezen: steeds opnieuw benadruk ik hoe belangrijk hervormingen zijn. Niet alleen in de fiscaliteit – want die moet rechtvaardiger – maar ook in de arbeidsmarkt en in de pensioenen. Is het bijvoorbeeld nog van deze tijd dat militairen vroeger met pensioen mogen dan leerkrachten (grosso modo 56 jaar tegenover 65 jaar, nvdr)? Vandaag hoor ik voorstellen over het beperken van de werkloosheid of over uitzonderingsregimes in de pensioenen. Tijdens deze legislatuur was de premier de eerste om ze van tafel te vegen omdat hij dacht dat het onmogelijk was. Deze regering heeft te weinig hervormd, zo simpel is het.
‘CD&V wordt de motor van een zevende staatshervorming’, schreef Vlaams fractieleider Peter Van Rompuy onlangs. Klopt dat?
Van Peteghem: Wij worden soms weggezet alsof we een staatshervorming niet meer belangrijk vinden, maar dat klopt niet. Alleen zien wij die als middel, niet als doel. Door de gezondheidszorg en de arbeidsmarkt te regionaliseren, kunnen we meer mensen activeren en het beleid beter afstemmen op de noden van de patiënt. Zo beheren we de middelen efficiënter.
Deze regering heeft te weinig hervormd, zo simpel is het.
Het overhevelen van bevoegdheden betekent dus per definitie een besparing?
Van Peteghem: Dat hangt ervan af welke middelen er meegaan vanuit het federale niveau naar de regio’s. De federale inkomsten worden sterk beïnvloed door de vergrijzing. De kostprijs van de pensioenen stijgt van 63 miljard vandaag naar meer dan 80 miljard binnen 5 jaar. Van al het geld dat binnenkomt, vloeit er heel wat naar de regio’s en de sociale zekerheid. In totaal blijft er nog 11 procent over voor kerntaken als justitie en veiligheid. De Senaat afschaffen kan belangrijk zijn voor politieke vernieuwing, maar levert maar enkele tientallen miljoenen op.
Nog een vraag over de staatsbon. Uw regeringspartners blokkeerden uw wens voor een nieuwe fiscale korting. Is de nieuwe staatsbon een flop?
Van Peteghem: Het Agentschap van de Schuld heeft zélf aangegeven dat ze een eenjarige staatsbon wilden uitgeven aan een verlaagde roerende voorheffing van 15 procent. De Inspectie van Financiën bevestigde dat het de begroting ten goede zou komen. Maar men wilde niet, en dus werd het 30 procent. Dat heeft me echt ontgoocheld. Dat zal gevolgen hebben voor de uiteindelijke opbrengst. Zij die de fiscale korting geblokkeerd hebben, zijn verantwoordelijk voor een duurdere financiering van onze schuld en het mislopen van het rendement voor spaarders. Dat we hier als regering niet eens over konden raken, komt enkel de extreme partijen goed uit.
Tot slot: bent u kandidaat-premier?
Van Peteghem: (lachje) Als de mensen vinden dat ik premier moet zijn, moeten ze eerst op mijn partij stemmen.