Eva De Bleeker nieuwe voorzitter Open VLD, maar heeft die partij nog een toekomst?

Eva De Bleeker © belga
Ewald Pironet

Eva De Bleeker is verkozen tot nieuwe voorzitter van Open VLD. Op basis van de stemrondes; dringen zich vijf vaststellingen op. En met als voornaamste vraag: is Open VLD nog een lang leven beschoren?

Zeven kandidaten dienden zich vorige week aan om de Open VLD te leiden. Na de eerste ronde bleven Eva De Bleeker en Vincent Verbeecke over. De tweede ronde van de voorzittersverkiezingen bij de Open VLD leek om nog maar één vraag te draaien: wie van beide kandidaten zorgt voor de grootste breuk met de partijtop die de voorbije jaren aan het roer stond en de partij naar de afgrond leidde?

Vandaag is duidelijk geworden dat Eva De Bleeker de nieuwe voorzitter wordt van een gehavende partij, De Open VLD was de grote verliezer bij de verkiezingen van 9 juni. De partij van premier Alexander De Croo en voorzitter Tom Ongena verloor 5 procentpunt van de stemmen en kwam uit op een schamele 8,5 procent. In de Kamer raakte ze 5 zetels kwijt om er nog 7 over te houden. In het Vlaams parlement gingen 7 zetels verloren en behield ze 9 zetels.

De nieuwe voorzitter erft niet alleen een partij in crisis, maar ook een bedrijf in moeilijkheden.

Dat betekent ook een financiële aderlating: de Open VLD zal jaarlijks 2 miljoen euro moeten inleveren. Dat brengt de nodige herstructureringen en afdankingen binnen de partij met zich mee. De Bleeker erft dus niet alleen een partij in crisis, maar ook een bedrijf in moeilijkheden.

Vraag is of De Bleeker het tij kan keren en of de partij de moeilijkheden zal overleven. Het stemgedrag van partijleden tijdens de eerste ronde, waarbij ook het partijbestuur en de ondervoorzitter werden verkozen, is alvast weinig hoopgevend.

1. Er is weinig interesse voor de verkiezingen

Aan de stemming tijdens de eerste ronde, die online verliep, namen 8478 leden deel. Dat is een erg magere opkomst. Minder dan één op de vijf Open VLD-leden vond het de moeite om te stemmen.

Vier jaar geleden, toen de strijd om het voorzitterschap tussen vier kandidaten ging en Egbert Lachaert uiteindelijk verkozen werd tot voorzitter, brachten 16.129 leden hun stem uit. Lachaert alleen al kreeg toen 9784 stemmen achter zijn naam en Bart Tommelein als tweede 4768 stemmen. Nu kreeg De Bleeker 2203 stemmen en Verbeecke 1803 stemmen.

Het is geen goed teken als zelfs de partijleden nauwelijks nog interesse tonen in zoiets cruciaals als het voorzitterschap en het partijbestuur van hun partij.

De lage opkomst bij deze voorzittersverkiezingen illustreert dat de partijleden zich vandaag maar weinig aangesproken voelen als het gaat over de toekomst van hun partij. Het is geen goed teken als zelfs de partijleden nauwelijks nog interesse tonen in zoiets cruciaals als het voorzitterschap en het partijbestuur van hun partij.

2. Met de ondervoorzitter kan het nog spannend worden

Het ging in de eerste ronde van de voorzittersverkiezingen niet alleen over de keuze van de voorzitter (of welke twee kandidaten daarvoor zouden overblijven voor de tweede ronde), maar er werd ook gekozen over wie deel zou uitmaken van het partijbestuur. Dat is verantwoordelijk voor onder meer de politieke standpuntbepaling, de algemene werking van de partij en de goedkeuring van de jaarrekening van de Open VLD en aanverwante vzw’s.

Daarnaast wordt in de eerste ronde meteen ook de ondervoorzitter van de partij aangewezen, want dat wordt de politieke mandataris met het hoogste aantal stemmen. Die vervangt de voorzitter tijdens een tijdelijke afwezigheid en bij ontslag van de partijvoorzitter neemt de ondervoorzitter het voorzitterschap waar.

Er waren 18 mandatarissen kandidaat voor een plaats in het partijbestuur. Eva De Bleeker behaalde met 4118 de meeste stemmen, gevolgd door Alexander De Croo (3692 stemmen) en Egbert Lachaert (3657 stemmen).

Of en hoe die De Bleeker en De Croo vandaag kunnen samenwerken is onduidelijk.

Nu De Bleeker de nieuwe voorzitter is, , wordt Alexander De Croo ondervoorzitter. Dat is een spannenden combinatie, aangezien De Croo in november 2022 De Bleeker dumpte als staatssecretaris van Begroting, nadat ze tegenspartelde om de begroting op het bevel van de premier positief bij te kleuren. https://www.knack.be/nieuws/belgie/politiek/een-jaar-later-de-gevolgen-van-het-whatsapp-verkeer-tussen-de-croo-en-de-bleeker/ Of en hoe die twee vandaag kunnen samenwerken is onduidelijk. 

Nog even opmerken dat Alexander De Croo vier jaar geleden met 12.051 stemmen verkozen raakte in het partijbestuur, toen gingen drie op de vier stemmen naar hem. Nu kwam hij zoals gezegd uit op 3692 stemmen en kreeg hij slechts 43 procent van de deelnemers aan de stemming achter zich.

De Croo kreeg de voorbije maanden het verwijt dat hij als premier vooral oog had voor zijn persoonlijke carrière en dat hij zich daarom op het buitenlandse toneel profileerde in de hoop op een mooie internationale post, zoals zijn voorganger Charles Michel.

Dan was er nog het afserveren van De Bleeker en het buitenwerken van Egbert Lachaert als voorzitter door Alexander de Croo. Dat werd hem door sommigen kwalijk genomen. In Knack formuleerde Paul De Grauwe, die twaalf jaar voor de Open VLD in de Kamer en Senaat zat, het zeer scherp: ‘Kijk naar de Open VLD, de partij waartoe ik behoorde. Die is helemaal uit elkaar gerafeld omdat persoonlijke ambitie voorrang kreeg op het partijbelang, om nog maar te zwijgen van het algemeen maatschappelijk belang. Dat leidt tot de uiteindelijke vraag die veel mensen zich vandaag stellen: kunnen we onze politici nog vertrouwen als ze zelfs partijgenoten een dolk in de rug steken?’

Aangezien de verkiezingscampagne volledig rond Alexander De Croo draaide, werd het zware verlies bij de stembusgang van juni ook hem aangewreven. De Bleekere en Verbeecke riepen daarna De Croo zelfs op om zijn zitje in het parlement op te geven. ‘Naar mijn mening ligt zijn toekomst in de privésector’, zei Verbeecke. Maar zelfs als De Croo dat doet, wil dat niet zeggen dat hij geen deel meer zou uitmaken van het partijbestuur.

3. De clans blijven in het partijbestuur

Het partijbestuur bij de Open VLD bestaat uit de rechtstreeks verkozen partijvoorzitter en 20 rechtstreeks verkozen leden in volgorde van de behaalde stemmen. Die twintig leden bestaan voor de helft uit politieke mandatarissen en voor de helft uit niet-mandatarissen. Gewezen partijvoorzitters en gewezen regeringsleiders worden automatisch toegevoegd aan het partijbestuur met adviserende stem.

Dat laatste betekent dat bijvoorbeeld Herman De Croo, Guy Verhofstadt en Karel De Gucht automatisch in het partijbestuur mogen zitten, net als Bart Somers, Gwendolyn Rutten, Egbert Lachaert en Tom Ongena, allemaal ex-voorzitters die nu met de vinger worden gewezen voor de neergang van de partij.

Karel De Gucht heeft dan wel aangekondigd dat hij op 70-jarige leeftijd stopt met politiek, maar hij blijft wel lid van het partijbestuur.

Interessant is dat uit de kandidatenlijst van 121 niet-mandatarissen onder meer Frédéric De Gucht (2237 stemmen) en Eva Vanhengel (875 stemmen) werden verkozen voor het partijbestuur, respectievelijk zoon van Karel De Gucht en dochter van Guy Vanhengel. Zo zijn er nogal wat ‘dynastieën’ in het partijbestuur vertegenwoordigd. Karel De Gucht heeft dan wel aangekondigd dat hij op 70-jarige leeftijd stopt met politiek en dat hij nooit meer op een lijst zal staan, maar hij liet meteen weten dat hij wel lid blijft van het partijbestuur.

Dat families generatie op generatie bij de Vlaamse liberalen een belangrijke rol spelen, kreeg na de verkiezingsnederlaag de nodige kritiek. Wie een oog werpt op het pas verkozen partijbestuur ziet dat de zogenaamde clans daar nog altijd goed vertegenwoordigd zijn.

Nog opmerkelijk: oud-kandidaat-voorzitter Vincent Stuer werd uit de lijst niet-mandatarissen met 799 stemmen verkozen in het partijbestuur. Hij was kandidaat-lijsttrekker voor de Europese verkiezingen, maar toen niet hij maar wel Hilde Vautmans die plaats van het partijbestuur kreeg, zei hij in Knack dat hij ‘met onmiddellijke ingang de Open VLD zou verlaten’. En nu zit hij dus in het partijbestuur.

Dat flip-floppen werd ook gezien als een van de oorzaken voor de slechte verkiezingsuitslag. Daarbij was de recente stoelendans van Gwendolyn Rutten het meest spraakmakende voorbeeld. Toen zij in oktober vorig jaar de ontslagnemende minister van Justitie Vincent Van Quickenborne niet mocht opvolgen, besloot ze te stoppen met de nationale politiek omdat ze zich ‘onrespectvol’ behandeld voelde.

Een maand later kon Rutten Bart Somers opvolgen als minister van Binnenlands Bestuur en viceminister-president in de Vlaamse regering-Jambon en meteen was ze bereid om dat te doen. En ondertussen nam ze al weer ontslag als minister, om zich als burgemeester van Aarschot te kunnen profileren, met het oog op de lokale verkiezingen in oktober. De snelle opeenvolging van haar politieke afscheid naar een ministerpost en terug, tastte de geloofwaardigheid van haarzelf, haar partij en de politiek aan.

Nog opvallend: in het Vlaams Parlement werd Rutten opgevolgd door Bob Savenberg, muziekmanager en de voormalige drummer van popgroep Clouseau. ‘Ik wil dat echt eens meegemaakt hebben’, reageerde die toen. ‘Ik zal wel moeten bekijken hoe ik het allemaal rond krijg, want ik werk nu al zeven dagen op zeven.’

Die uitspraak viel slecht, want Savenberg gaf daarmee de indruk dat hij ‘een – goed betaalde – belevenis, het liefst tussen de soep en de patatten gedaan wou krijgen’, aldus een commentator in De Morgen. ‘Nee, laat de job dan maar aan iemand die wél vindt dat verkozenen des volks hun werk een beetje serieus mogen nemen.’ Savenberg werd in juni niet verkozen, maar hij raakte met 886 stemmen wel in het partijbestuur van de Open VLD.

4. ‘Q’ is kiezers én leden kwijtgeraakt

Opvallend is ook dat ex-minister van Justitie Vincent Van Quickenborne niet verkozen raakte in het partijbestuur. Kamerfractievoorzitster Katja Gabriëls was met 1513 stemmen de tiende en laatste verkozen politieke mandataris voor het partijbestuur. Van Quickenborne kreeg dus nog minder stemmen, hij kreeg nog niet het vertrouwen van één op de vijf partijleden die deelnamen aan de stemming.

Het is gissen waarom Van Quickenborne op zo weinig steun van de leden kan rekenen. Bij de verkiezingen in juni behaalde hij ook al een opvallend slecht resultaat: in 2019 kreeg hij nog ruim 40.000 voorkeurstemmen, vijf jaar later slechts 14.200. Volgens Van Quickenborne kwam dat door een combinatie van incidenten: ‘Dat ik ontslag nam voor fouten van anderen en pipigate hebben kiezers vragen doen stellen, dat kun je afleiden uit de score.’

Van Quickenborne kreeg nog niet het vertrouwen van één op de vijf partijleden die deelnamen aan de stemming.

Van Quickenborne is nu burgemeester van Kortrijk, waar hij in oktober in een fel bediscussieerde samenwerking met de CD&V als Team Burgemeester deelneemt aan de gemeenteraadsverkiezingen. Dat is nog zo’n opmerkelijk feit: in veel steden en gemeenten zullen de plaatselijke liberale mandatarissen opkomen onder een andere naam dan de Open VLD. Het geeft blijk van weinig vertrouwen in de partij.

5. Het wordt een ingewikkelde oppositie

‘Wie het ook wordt, we moeten de partij hervormen vanuit de oppositie’, zo verklaarde zowel De Bleeker als Verbeecke tijdens hun campagne voor het voorzitterschap. Als er een federale regering wordt gevormd met de Franstalige liberalen wacht de Open VLD in elk geval in de Kamer een moeilijke oefening: oppositie voeren tegen een regering waar de MR van Georges-Louis Bouchez in zit.

De laatste 25 jaar raakte de partij niet alleen een groot deel van haar kiezers, maar vooral haar geloofwaardigheid kwijt.

Bovendien zal de Open VLD voortdurend worden geconfronteerd met het feit dat de partij 25 jaar lang onafgebroken mee heeft geregeerd op zowat alle beleidsniveaus. In die periode raakte ze niet alleen een groot deel van haar kiezers, maar vooral haar geloofwaardigheid kwijt.

Eén voorbeeld: begin deze maand plaatste Alexia Bertrand, die De Bleeker opvolgde als staatssecretaris voor Begroting, een bericht op X: ‘De Vlamingen, Walen en Brusselaars kozen op 9 juni overtuigend voor een centrumrechts beleid. Dat de gelekte nota’s van de formateur aangeven dat voor miljarden nieuwe belastingen voorgesteld worden, belastingen die hoogstwaarschijnlijk een impact gaan hebben op wie werkt en onderneemt, is een zwaktebod. We zijn al lang kampioen qua belastingen; ons begrotingsprobleem zit duidelijk aan de uitgavenkant.’

Het antwoord van Rik Van Cauwelaert, columnist bij De Tijd, liet niet lang op zich wachten. Op X was hij kort maar duidelijk: ‘U liet wel een budgettair ravijn na van 28 miljard.’ Game, set en match.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Conclusie

Wie de nieuwe voorzitter van de Open VLD is, maakt niet zo veel uit. Zowel De Bleeker als Verbeecke zei hetzelfde, maar op een begeesterende visie was geen van beiden te betrappen.

De verkiezingen van het nieuwe partijbestuur hebben geen einde gemaakt aan de clans die de plak zwaaien bij de Vlaamse liberalen. Ook na de verkiezingsnederlaag bleven sommigen de ‘persoonlijke ambitie voorrang geven op het partijbelang, om nog maar te zwijgen van het algemeen maatschappelijk belang’, dixit Paul De Grauwe.

De voorbije decennia verloochende de Open VLD haar voornaamste principes om toch maar deel te kunnen nemen aan de macht. En de bijhorende aantrekkelijke postjes onderling te kunnen verdelen.

De belastingen verlagen was en is nog altijd hun belangrijkste programmapunt, maar de Vlaamse liberalen deden het tegenovergestelde. We zijn de nummer één inzake totale belastingdruk en onze fiscaliteit werd de voorbije decennia alleen maar ingewikkelder en ondoorzichtiger. Verbaast het dat velen de Vlaamse liberalen niet meer geloven als die vandaag zeggen dat ze daar volgende keer iets aan gaan doen?

Zo dringt zich langzaam de existentiële vraag op: is de Open VLD nog een lang leven beschoren? Het zijn de kiezers die daarover uiteindelijk beslissen. In juni verkochten ze de Open VLD alvast een forse dreun, het is uitkijken wat er gebeurt na de lokale verkiezingen.

Loopt na de kiezers ook een deel van de mandatarissen weg, bijvoorbeeld naar N-VA? Of komt een voorspelling van de Leuvense politoloog Bart Maddens in Knack uit: ‘Misschien komt er in de toekomst wel een nauwere samenwerking tussen de Open VLD en de MR, en vormt er zich een unitaire liberale partij.’ Sommigen zien dat wel zitten: ‘Dan krijgen we eindelijk een echte liberale partij in Vlaanderen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content