Geen opkomstplicht op 13 oktober: ‘Politici hopen stilletjes dat mensen uit gewoonte zullen stemmen’

stemhokje
© Getty Images
Tex Van berlaer
Tex Van berlaer Journalist Knack

Op zondag 13 oktober wordt u gewoon vriendelijk uitgenodigd om te gaan stemmen. Opkomstplicht is er deze keer niet bij. ‘Als er al een effect is, dan is het de PVDA.’

‘Ik was even verbaasd als de rest van Vlaanderen.’ Wanneer Gwendolyn Rutten het akkoord over politieke vernieuwing onder ogen krijgt, is ze aangenaam verrast. Het is 2019, de onderhandelingen over de vorming van de Vlaamse regering van de N-VA, CD&V en Open VLD zijn volop bezig. Geheel onverwacht ziet de toenmalige Open VLD-voorzitter een decennialange wens van haar partij in vervulling gaan: de afschaffing van de opkomstplicht bij de lokale en provinciale verkiezingen.

Tot op vandaag wekt de beslissing hevige emoties op. Door de opkomstplicht in te ruilen voor stemrecht raakte de regering-Jambon aan een fundament van de democratische inrichting van Vlaanderen. ‘Historisch’, zo omschreef politoloog Carl Devos (UGent) de beslissing destijds. ‘Dit zal in alle geschiedenisboeken staan.’

Die historische stap werd beklonken in een werkgroepje van ‘gewone’ parlementsleden, bevestigt Rutten. ‘Er lag een cocktail aan institutionele hervormingen op tafel. Het einde van de provincies, de afschaffing van de lijststem, de vermindering van het aantal parlementsleden… In het spel van geven en nemen zijn de onderhandelaars hierbij uitgekomen. In de centrale werkgroep van minister-president Jan Jambon (N-VA) en de partijvoorzitters hebben we daar verder niet over gesproken.’

‘Lang werd gezegd dat vooral extreme partijen zouden verliezen bij stemrecht, maar Vlaams Belang heeft juist de trouwste kiezers.’

Vijf jaar later staan we voor de eerste stembusgang in generaties waarbij de stemming niet verplicht is. De poging van Vooruit om de verplichting opnieuw in te voeren bij de Vlaamse formatie was tevergeefs. De N-VA en de CD&V maakten enkel een opening om de opkomst van 13 oktober te evalueren.

Wat valt er die zondag te verwachten? Eén ding is zeker, zegt politologe Sofie ­Hennau (UHasselt): de opkomst zal dalen. ‘Dat alleen al vind ik een probleem vanuit ­democratisch standpunt. Nog erger is dat de uitval ongelijk verdeeld zal zijn. Kwetsbare groepen zullen altijd minder snel naar de stembus gaan.’ Behalve aan jongeren en kortgeschoolden denkt ze ook aan mensen met weinig ­sociaal kapitaal. ‘Vlamingen met weinig vrienden, die nooit met hun buren praten, die zich eenzaam voelen: zij zullen eerder thuisblijven op 13 oktober.’

VB-shuttleservice

Verschillende internationale onderzoeken staven die voorspelling. Hoe hoger het in­komen en opleidingsniveau, hoe groter de kans dat iemand gaat stemmen. ‘Maar of het nu gaat over een skatepark of over sociale woningen, het zijn juist kwetsbare groepen die vaker een beroep doen op publieke voorzieningen’, zegt Hennau. ‘Dat maakt het extra jammer dat uitgerekend hun invloed op de uitslag zal afnemen.’

Nog een groep die sneller zal thuis­blijven: de heel oude Vlamingen. Voor wie slecht te been is, was een uitstap naar het stemlokaal altijd al een uitdaging. Nu het niet meer hoeft, valt een belangrijke drijfveer weg.

Hier en daar probeert men daar een mouw aan te passen. In verschillende woonzorgcentra worden stemlokalen ingericht. In het Antwerpse Schoten zet Vlaams Belang-voorzitter en kandidaat-burgemeester Tom Van Grieken zelfs een shuttleservice op het getouw om mensen van en naar het stemhokje brengen.

‘Het stemt tot nadenken dat je een verplichting nodig hebt om de democratie goed te doen werken.’

Gwendolyn Rutten (Open VLD)

Ouderen kunnen wel een volmacht ­geven, bijvoorbeeld aan hun kinderen. Maar ook hier zorgt de afschaffing van de opkomstplicht voor een funest effect, zegt Margot Cloet, gedelegeerd bestuurder van Zorgnet-Icuro, een koepelorganisatie van onder meer woonzorgcentra. ‘Vanuit alle Vlaamse provincies krijg ik signalen dat mensen deze keer minder geneigd zijn om een volmacht te geven. Niet omdat ze niet zouden willen stemmen, wél omdat ze schroom voelen om hun ­familie zogezegd op te zadelen met extra last.’ Cloet maakt gewag van een pervers effect. ‘Mensen die hulp nodig hebben, die niet of minder mobiel zijn, die zorgbehoevend zijn, zullen minder gehoord worden.’

Kom uit uw kot

Het doet de vraag rijzen: was dit het allemaal wel waard?

Nee, zegt Peter Wouters, voorzitter van Beweging.net, de koepel van de christelijke sociale organisaties. Zijn organisatie lanceerde de actie ‘Kom uit uw kot en stem’. Wouters noemt de afschaffing van de opkomstplicht een vergissing. ‘Het is onbegrijpelijk dat de Vlaamse regering dit heeft verkocht als een antwoord op een vraag die leeft bij de ­bevolking. Uit onderzoek blijkt dat die behoefte er helemaal niet is. Ja, er zijn kiezers die ontevreden zijn over de politiek, maar de meesten stellen de opkomstplicht op zich niet ter discussie.’ Uit een iVox-enquête in opdracht van Visie.net (de nieuwswebsite van het ACV, de CM en Beweging.net) blijkt dat 74 procent van de Vlamingen van plan is om te stemmen op 13 oktober. Wouters spreekt van ‘slechts’ 74 procent.

Volgens Gwendolyn Rutten wordt er overdreven gereageerd. ‘Dit is niet het ­einde van de democratie’, vindt ze. ‘Stemrecht valt perfect te verdedigen, al was het maar ­omdat zowat de rest van de wereld het heeft. Als je een verplichting nodig hebt om de democratie goed te doen werken, stemt dat toch tot nadenken.’

Rutten heeft gelijk. Er zijn maar 26 landen in de wereld die een of andere vorm van stemplicht hebben. Naast België gaat het in Europa om Luxemburg, Griekenland en Bulgarije. In Nederland werd de opkomstplicht afgeschaft in 1970. Ruim 50 jaar na die beslissing bestaat er eigenlijk geen discussie meer over de ­herinvoering ervan. ‘Dat komt omdat er geen verse ­herinneringen zijn aan de tijd met opkomstplicht’, legt politiek ­wetenschapper Tom van der Meer (Universiteit van Amsterdam) uit. ‘Maar ook omdat  de ­opkomst bij de Tweede Kamerver­kiezingen schommelt rond de 80 procent. Dat is niet zoveel lager dan in België. Bovendien zijn de scheeftrekkingen qua opleidingsniveau niet hoog. ­Verkiezingen blijven de meest egalitaire vorm van participatie.’

BozeTobback

Van der Meer raakt een gevoelige snaar. Want ook mét opkomstplicht stijgt het aantal thuisblijvers. Bij de Vlaamse, ­federale en Europese verkiezingen van 9 juni kwamen ruim een miljoen Belgen niet opdagen, een recordaantal. Daarnaast stemden ruim 400.000 kiezers blanco. Het is een publiek geheim dat niet komen stemmen onbestraft blijft. Officieel staat er een boete tot 80 euro op, maar Justitie is zo al overvraagd. Het is niet geïnteresseerd in het vervolgen van honderdduizenden thuisblijvers.

Hebben we in België de opkomstplicht dan niet al lang de facto afgeschaft? Sofie Hennau nuanceert: ‘Het klopt dat er een redelijk grote uitval is, maar uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat landen met opkomstplicht meer kiezers kunnen mobiliseren, óók als er niet wordt gehandhaafd.’ Volgens Peter Wouters moet Justitie zich bezinnen. ‘Bij alle andere verkiezingen is de opkomst nog verplicht. Als Justitie blijft weigeren om niet-kiezers te bestraffen, ­creëert het een hellend vlak om ook op die niveaus de opkomstplicht af te schaffen.’

Tussen haakjes, als Open VLD-voorzitter probeerde Rutten de federale opkomstplicht al eens af te schaffen. Tegen het einde van de regering-Di Rupo (2011-2014) moest de meerderheid het eens worden over welke grondwetsartikelen ze voor herziening vatbaar wilde verklaren. Rutten legde artikel 62 op tafel, dat stelt dat de stemming verplicht is. De demarche viel bij toenmalig SP.A-voorzitter Bruno Tobback niet in goede aarde. ‘Hij werd razend kwaad’, herinnert Rutten zich. ‘Hij wilde de lijst met artikelen niet aanvaarden zolang artikel 62 erop stond.’

Tobback, vandaag Europees Parlementslid voor Vooruit, herinnert zich zijn felle reactie niet meer. ‘Maar als ik woedend was, dan was het zeker terecht. De opkomstplicht afschaffen is een slecht idee. De realisatie van mevrouw Rutten zal op het lokale niveau ook niet veel verschil maken, want de mensen die gaan stemmen, zullen dat toch niet voor de liberalen doen.’ (lacht)

Foertstem

De nieuwe spelregel leidt tot ­zenuwachtigheid bij de politieke partijen die nu volop campagne voeren. In gesprekken met politici vallen de meest uiteen­lopende signalen te horen, maar het gevoel dat overheerst is onzekerheid.

Lange tijd werd gezegd dat vooral extreme partijen zouden lijden onder de afschaffing van de opkomstplicht. Maar Tom Van Grieken hoeft maar te wijzen op de uitstekende verkiezingsresultaten van de uiterst rechtse PVV van Geert Wilders in Nederland, het Rassemblement National van Marine Le Pen in Frankrijk en het AfD in Duitsland als bewijs van het tegendeel.

‘Uitgerekend mensen die hulp nodig hebben, zullen minder gehoord worden.’

Margot Cloet, Zorgnet-Icuro

‘Het Vlaams Belang heeft ondertussen de trouwste kiezers’, zegt politologe Laura Jacobs (UAntwerpen). ‘Uit ons verkiezingsonderzoek blijkt dat bijna 80 procent van de VB-kiezers op 9 juni ook al op die partij stemde in 2019. Dat is een belangrijke troef.’ Maar dat is niet alles. ‘In een onderzoek vroegen we mensen of ze van plan zijn om te stemmen zodra het niet meer verplicht is. Aanhangers van de PVDA en het Vlaams Belang zijn duidelijk minder geneigd om op te dagen. Dat is ook logisch. Achtergrondkenmerken als opleidings­niveau, leeftijd en inkomen, die ver­klaringsgronden zijn voor een stem voor extreme partijen, hangen ook significant samen met thuisblijven op verkiezingsdag.’

13 oktober biedt de kans om na te gaan in welke mate een stem voor het Vlaams Belang een ‘foertstem’ is. ‘Mensen die onverschillig staan tegenover de politiek zijn eerder geneigd om niet te gaan stemmen’, zegt Jacobs. ‘Ik denk niet dat Belang-kiezers allemaal onverschillig zijn. Veel van hen worden aangesproken door het programma, met name op het vlak van migratie. Of omdat ze boos zijn op “het establishment”. Als er al een effect zou zijn, dan verwacht ik dat eerder bij de PVDA. Die partij scoort goed in steden bij kiezers met diverse etnisch-­culturele achtergronden en een socio-­economische status die meer kans geeft op thuisblijven. Maar dan nog denk ik dat het effect klein is.’

Lessen van Wilders

Dit blijft natuurlijk België. We hebben net Vlaamse, federale en Europese verkiezingen achter de rug mét opkomstplicht. En bij de lokale verkiezingen in Wallonië en Brussel blijft de opkomstplicht gelden. Dat zijn redenen om aan te nemen dat ook de Vlaamse kiezer in de pas zal lopen. Op het eerste gezicht lijkt er ook niet veel veranderd. Neem de oproepingsbrieven, die overal in de bus zijn gevallen. Die vermelden weliswaar niet meer dat de stemming verplicht is, maar het is nu ook niet dat er in koeienletters staat dat mensen niet hoeven te stemmen als ze dat niet willen.

‘Bij de Tweede Kamerverkiezingen in Nederland schommelt de opkomst rond de 80 procent. Dat is niet zoveel lager als in België.’

Tom van der Meer (Universiteit van Amsterdam)

‘We mogen niet vergeten dat veel mensen niet op de hoogte zijn van de nieuwe regel’, zegt politoloog Herwig Reynaert (UGent). ‘Ik had verwacht dat de campagne in twee fasen zou verlopen, en dat de politiek eerst massaal zou oproepen om zeker te gaan stemmen. De Vlaamse administratie van het Agentschap Binnenlands Bestuur is wel een campagne begonnen om burgers te enthousiasmeren, maar al bij al denk ik dat politici stilletjes hopen dat mensen uit gewoonte zullen stemmen.’

Er zijn ook andere factoren die de opkomst opdrijven. Uit de Nederlandse ervaring blijkt dat meer mensen naar het stemhokje gaan als de inzet van de verkiezingen hoog is, zegt Tom van der Meer. ‘Bij de Tweede Kamerverkiezingen van vorig jaar bleek dat de PVV heel goed in staat was om niet-stemmers aan zich te binden. Dat kwam onder meer omdat de liberale VVD de deur had opengezet voor regeringsdeelname. Er stond dus veel op het spel én de partij wist dat ook zo ­duidelijk te maken aan haar doelpubliek.’

Dat is overigens de reden waarom de opkomst veel lager ligt bij de lokale ver­kiezingen in Nederland: er staat minder op het spel, al was het maar door het beperkte aantal bevoegdheden van de gemeente­besturen. In 2022 daagde amper de helft van het kiespubliek op.

Nederlandse toestanden hoeven we niet te vrezen op 13 oktober, denken experts. Maar als veel mensen thuisblijven, zal de discussie over de opkomstplicht ongetwijfeld oplaaien. Dat is de ironie van acties zoals die van Beweging.net: hoe meer kiezers zij op de been brengen, hoe minder groot de urgentie wordt om de afschaffing terug te draaien.

Wouters: ‘Dat zou een zure overwinning zijn. Dit is een principiële kwestie. Zodra iets wordt afgevoerd, is het bijna onmogelijk om het opnieuw in te voeren. Nochtans hebben onze voorouders hiervoor gestreden. Met een opkomstplicht ga je ­misschien met tegenzin stemmen, maar het komt wel de democratie ten goede.’  ●

Partner Content