Ewald Pironet
‘Pensioenhervorming? Hoe langer men nog wacht, hoe moeilijker het wordt’
Ook de magistraten verzetten zich nu tegen een pensioenhervorming, maar die is onvermijdelijk.
Na de politie en de militairen verzetten nu ook de magistraten zich tegen een pensioenhervorming, zoals die in de supernota van formateur Bart De Wever (N-VA) werd uitgetekend. Het mag dan onduidelijk zijn of de supernota ooit wordt uitgevoerd, iedereen weet dat een pensioenhervorming onvermijdelijk is, want onze pensioenen zijn financieel en sociaal onhoudbaar. Bovendien zijn ze een kluwen van uitzonderingsregimes, waar zelfs een pensioenspecialist soms niet meer aan uit kan.
Een van de ideeën is om voor de berekening van het ambtenarenpensioen niet langer het loon van de laatste tien jaar van de loopbaan als uitgangspunt te nemen, maar wel van de laatste twintig jaar. En dat zou dan stelselmatig worden verhoogd tot veertig jaar vanaf 2045. De magistraten noemen dat ‘rampzalig’, want ze zouden dan minstens 500 euro per maand aan pensioen moeten inleveren, becijferden ze. Even in herinnering brengen dat voor de berekening van het pensioen van werknemers wordt uitgegaan van het loon dat tijdens de hele loopbaan werd verdiend.
Vandaag bedraagt het gemiddelde netto ambtenarenpensioen 2357 euro per maand, voor een werknemer is dat zo’n 1500 euro. Sommige werknemers kunnen dat aandikken met het aanvullend pensioen, goed voor een gemiddelde brutorente van 162 euro per maand, maar dan blijft het verschil tussen het pensioen van een ambtenaar en van een werknemer nog steeds erg groot. Te groot, vinden velen, en daarom zou een pensioenhervorming ook de pensioenstelsels beter op elkaar moeten afstemmen. Bijvoorbeeld via de berekening van het pensioenbedrag.
Natuurlijk kun je de pensioenhervorming niet doorvoeren voor de mensen die morgen of binnen een paar jaar met pensioen gaan. Een pensioenhervorming moet lange tijd op voorhand worden aangekondigd, zodat iedereen zich daarop kan voorbereiden. Dat is niet gebeurd, ook al zag iedereen de problemen van vandaag aankomen. Om de budgettaire en sociale gevolgen van de vergrijzing te becijferen werd in 2001 de Studiecommissie voor de vergrijzing opgericht. Jaarlijks levert die een rapport af dat wijst op de stijgende uitgaven voor gezondheidszorg en pensioenen. In 2013 kwam de Commissie Pensioenhervorming tot stand, die scenario’s aanreikte voor een pensioenhervorming. Er kwam niets van.
Sinds de eeuwwisseling hadden we negen ministers van Pensioenen: Frank Vandenbroucke (Vooruit), Bruno Tobback (Vooruit), Christian Dupont (PS), Marie Arena (PS), Michel Daerden (PS), Vincent Van Quickenborne (Open VLD), Alexander De Croo (Open VLD), Daniel Bacquelaine (MR) en Karine Lalieux (PS). Vandaag is het nog steeds wachten op een pensioenhervorming. Veel tijd ging verloren en hoe langer men nog wacht, hoe moeilijker het wordt.