Paul Jambers maakte film over Bart De Wever: ‘Het was de bedoeling om te wachten op zijn premierschap’
Tv-maker Paul Jambers maakte een bioscoopfilm over Bart De Wever. ‘Ik ga niet amicaal om met de mensen die ik interview.’
Tien jaar lang volgde tv-legende Paul Jambers N-VA-voorzitter Bart De Wever. Op vijf verkiezingsdagen mocht hij plaatsnemen in de war room, het zenuwcentrum van de N-VA. Maar evengoed stond hij in de keuken van De Wever, die zelf op slippers door het huis sloft, en sprak hij met zijn vrouw en kinderen.
Met BDW politiek beest levert de 79-jarige Jambers voor het eerst een bioscoopfilm af. De focus ligt voornamelijk op het afgelopen drukke jaar, met Vlaamse, federale en Europese verkiezingen op 9 juni en een lokale stembusslag op 13 oktober. Wat opvalt: na iedere verkiezingsoverwinning – en zo behaalde De Wever er wel enkele – klinkt er al snel gesakker.
Wanneer het gaat over de keuze tussen het premierschap en het Antwerpse burgemeesterschap, verzucht zijn vrouw Veerle: ‘Wat hij ook kiest, het gaat geen goed gevoel geven.’
Paul Jambers: Na die uitspraak volgt nog een grapje, maar het einde is inderdaad redelijk deprimerend. Je moet toch de context zien. Hij had er een rollercoaster van emoties opzitten. Hij was moe, en dan is het niet verwonderlijk dat dit soort gevoelens naar boven komen. Het spectaculaire is dat we tien jaar eerder, in 2014, exact dezelfde scène draaiden: Bart De Wever naast zijn vrouw in de auto. Het was zijn grootste overwinning ooit. En wat doet hij? Hij piekert over de dag na de verkiezingen.
Ik zie niemand anders die in aanmerking komt voor dit soort project. Misschien Conner Rousseau over 20 jaar?
Had u ook een andere politicus tien jaar kunnen volgen?
Jambers: Tien jaar geleden begon ik met Jambers in de politiek. Ik volgde toen Maggie De Block, Kris Peeters, Wouter Van Besien, Johan Vande Lanotte, Gerolf Annemans en Bart De Wever. Wel, er is nog één over. Op dit ogenblik zie ik niemand die in aanmerking komt. Misschien Conner Rousseau (Vooruit) over 20 jaar?
Het blijft, meer nog dan een politiek verhaal, een menselijk portret van De Wever. Kunt u na tien jaar uw afstandelijkheid bewaren?
Jambers: Dat doe ik al 40 jaar. Ik ga niet amicaal om met de mensen die ik interview. Ik heb boer Charel in algemeen Nederlands geïnterviewd. Zo heb ik ook De Wever behandeld. Hij stelt zich daar ook voor open, en daar ben ik hem dankbaar voor. Er zit ook goede humor in. Wanneer hij zoetigheden nuttigt, zegt hij: ‘Wanneer ik veel eet, word ik Gaston Eyskens.’ Dat was schitterend. Het gaat dus over hem, en niet over het N-VA-partijprogramma. We hebben beelden geschoten op de N-VA-familiedag, maar die heb ik niet gebruikt. Ik wilde geen Vlaamse vlaggen.
Wanneer de uitslagen van 9 juni binnensijpelen en hij de overwinning ruikt, zegt hij dat hij ‘elke journalist op zijn gezicht wil slaan’. De ontlading na de slechte peilingen en politieke doodsverklaringen spat van het doek.
Jambers: Dat is humor door overdrijving. Ik ben ook vaak boos geweest op journalisten toen ik kritiek kreeg als programmamaker. Natuurlijk is hij gefrustreerd dat hij geen bevriende pers heeft – althans naar zijn gevoel. Tegelijkertijd komt hij het meest in de media van iedereen. Als hij op tv komt, kijken er 100.000 mensen meer. Je moet het ook breder bekijken. Als Vlaams-nationalist ziet hij dat er geen krant is die openlijk kiest voor het Vlaams-nationalisme. De tijden dat ‘AVV-VVK (Alles Voor Vlaanderen, Vlaanderen Voor Kristus, nvdr) De Standaard tooide, zijn voorbij.
‘Natuurlijk is Bart De Wever gefrustreerd dat hij geen bevriende pers heeft – althans naar zijn gevoel.’
Op 9 juni zegt hij haast gepijnigd dat ‘de Vlaams Belangers mij gaan haten’.
Jambers: Hij is gepokt en gemazeld in de Vlaamse Beweging. Zowel zijn vader als hij zat in de Vlaams-nationalistische jeugdbeweging, zijn grootvader collaboreerde tijdens de Tweede Wereldoorlog. Maar wanneer je hem vraagt wanneer hij tevreden is, zegt hij: wanneer de democratie en de welvaart gegarandeerd zijn. Dat is een belangrijke uitspraak voor een Vlaams-nationalistisch politicus.
In de film blijkt meermaals de grote achting van De Wever voor Jan Jambon. Tegelijk heeft hij hem zelf opzijgeschoven als Vlaams minister-president, ten voordele van Matthias Diependaele.
Jambers: De Wever is een tacticus en een pragmaticus. Als je minister wilt blijven, moet je performen. Je ziet hem Jambon sussen. ‘Je hebt alles over je heen moeten krijgen, maar laat je niets wijsmaken.’ Maar intussen zegt De Wever het ook wel…
De logische slotscène voor de film zou het moment zijn waarop De Wever de Wetstraat 16 betreedt als Belgisch premier. Gelooft u in zijn slaagkansen?
Jambers: Het was de bedoeling om te wachten, want dat zou het ultieme scenario geweest zijn. Maar we waren al lang aan het wachten. Op een gegeven ogenblik kun je ook het ideale moment verliezen. Maar of hij premier wordt? Of hij het probleem dat zich nu stelt, het vormen van een regering, zal oplossen? Dat weet ik niet.