‘Paniek begint toe te slaan over beperking werkloosheid in de tijd’: is uitstel nog mogelijk?

© Getty
Tex Van berlaer
Tex Van berlaer Journalist Knack

Op 1 januari 2026 zullen tienduizenden langdurig werklozen hun uitkering verliezen – toch als het van de regering-De Wever afhangt. Het ABVV probeert de Arizona-regering juridisch een spaak in het wiel te steken. Volgens experts heeft de socialistische vakbond zelfs kans op slagen. ‘Een maatregel die hard ingrijpt in het leven van een hoop mensen moet onderbouwd zijn. En daar knelt het schoentje.’

‘Overal is dit de normaalste zaak ter wereld. Waarom zou het dan bij ons onmogelijk zijn?’ Nee, volgens premier Bart De Wever (N-VA) wordt de beperking van de werkloosheid tot twee jaar géén sociaal drama, zo zei hij vorige week in de Kamer.

‘Dit is een maatregel die ik altijd zal blijven verdedigen’, aldus De Wever over zijn ‘koninginnenstuk’. Een dag later viel N-VA-fractieleider Axel Ronse zijn eerste minister bij: ‘De hervorming is zonder meer historisch en zal zeer activerend werken. Time will tell very soon.’

Very soon is zacht uitgedrukt. De regering-De Wever wil de hervorming op 1 januari 2026 laten ingaan. Dan zullen – afhankelijk van de bron – tussen de 100.000 en 145.000 langdurig werklozen hun uitkering verliezen.

De maatregel is symbolisch belangrijk voor de regering, maar heeft ook een directe impact op zo’n 1 op de 100 Belgen. In Wallonië en Brussel is de impact groter dan in Vlaanderen, waar slechts een kwart van de doelgroep woont.

Naarmate de deadline nadert, wordt steeds duidelijker dat 1 januari geen eindpunt vormt, maar het begin van een juridische loopgravenoorlog. Nog vóór het parlement zich over de wet had gebogen, kondigde de socialistische vakbond ABVV al aan naar zowel de arbeidsrechtbanken als het Grondwettelijk Hof te stappen.

‘Veel mensen zullen grote ogen opzetten wanneer ze in de zomervakantie een brief van de RVA in de bus krijgen.’

Bert Engelaar, algemeen secretaris ABVV

‘De hervorming zal mensen in armoede duwen’, zegt algemeen secretaris Bert Engelaar. Volgens de vakbondsleider is dat besef amper doorgedrongen. ‘Veel mensen zullen grote ogen opzetten wanneer ze in de zomervakantie een brief van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) in de bus krijgen met de boodschap dat ze hun uitkering zullen verliezen.’

Menswaardig leven

Het ABVV weet zelfs al op basis van welk grondwetsartikel het zal procederen: artikel 23, beter bekend als het standstillbeginsel. ‘Dat principe probeert het sociale karakter van onze rechtsstaat te waarborgen’, zegt professor socialezekerheidsrecht Freek Louckx (Universiteit Antwerpen).

‘De sociale bescherming waartoe ons land zich nationaal en internationaal heeft geëngageerd, kan niet zonder grondwettelijke reflex afgebouwd worden.’

Het artikel, ingevoerd in 1994, begint met: ‘Ieder heeft het recht een menswaardig leven te leiden.’ Rechters moeten nagaan of nieuwe maatregelen dat recht in gevaar brengen. ‘Dat betekent niet dat sociale bescherming onaantastbaar is’, zegt grondwetspecialist Patricia Popelier (Universiteit Antwerpen).

‘Als er een achteruitgang is, kijkt de rechtbank of die aanzienlijk is. Bij zo’n aanzienlijke achteruitgang moet de overheid die goed kunnen motiveren, in het licht van het algemeen belang.’

Het standstillbeginsel is niet absoluut, bevestigt professor arbeidsrecht Alexander De Becker (Universiteit Gent). ‘De regering kan ervan afwijken, op voorwaarde dat ze haar beslissing grondig onderbouwt, bijvoorbeeld met economische analyses die aantonen dat de kosten van onbegrensde werkloosheidsuitkeringen onhoudbaar zijn.’

Hoger leefloon

Gaan werklozen er ‘aanzienlijk’ op achteruit? Door de hervorming kunnen sommige ‘nieuwe’ werklozen in eerste instantie een hogere uitkering krijgen. Arizona wil immers de minimum- en maximumbedragen verschuiven. Bijvoorbeeld: in de eerste drie maanden kan een werkloze voortaan maximaal 2719 euro krijgen, zo’n 500 euro meer dan vandaag. Wie aan die voorwaarden voldoet, gaat er dus op vooruit, en dat element zal de rechtbank wellicht in acht nemen.

Dan de werklozen die langer dan twee jaar werkloos zijn. Volgens een oude simulatie zou een derde van de langdurig werklozen werk vinden. Nog eens een derde zou uit de statistieken verdwijnen. Volgens premier De Wever kan dat erop wijzen dat die mensen ‘geen nood hebben aan een uitkering’. Ten slotte zou nog een derde een leefloon bij het OCMW aanvragen.

In sommige gevallen ligt het leefloon dicht bij de basisbedragen van de werkloosheidsuitkering. Een alleenstaande die vandaag een uitkering van zo’n 1438 euro ontvangt, heeft recht op 1314 euro leefloon. Een gezinshoofd met kinderen ten laste gaat er via het OCMW zelfs enkele euro’s op vooruit: van 1774 euro uitkering naar 1776 euro leefloon.

Een drastischer gevolg is er voor langdurig werklozen die samenwonen met iemand met een inkomen. Het basisbedrag bedraagt vandaag 745 euro. ‘Maar die mensen kunnen niet zomaar aankloppen bij het OCMW’, zegt Bert Engelaar.

Engelaar uit ook zijn bezorgdheid over deeltijds werkenden met een inkomensgarantie-uitkering (IGU). Via die toeslag kunnen werklozen die het werk deeltijds hervatten onder bepaalde voorwaarden een toeslag ontvangen van de RVA. ‘Stel: een alleenstaande moeder met een kind van zes vindt na haar ontslag bij Van Hool een deeltijds contract van 28 uur als poetsvrouw. Ze verdient netto 1808 euro en krijgt 234 euro IGU-toeslag. Door de hervorming valt die toeslag weg, en zakt ze onder de armoedegrens van 1976 euro.’

Pensioen van magistraten

Professor Freek Louckx wijst naar de begeleiding van werklozen die hun uitkering verliezen. Vanaf het moment dat langdurig werklozen hun uitkering verliezen, staan ze niet meer op de radar van gewestelijke arbeidsbemiddelingsdiensten zoals de VDAB, die hen moeten activeren. Als ze leefloon aanvragen, komt die taak op het bord van de OCMW’s, in de schoot van de lokale besturen. Vorige week voerden de OCMW’s nog actie tegen de verwachte toename van de dossierlast.

‘De regering voorziet bijkomende financiering voor de OCMW’s. Maar het is onduidelijk hoe dat geld verdeeld zal worden’, zegt Louckx. ‘Het regeerakkoord focust op resultaten op het vlak van wedertewerkstelling. De lokale besturen kampen zo met een dubbel probleem: de armoede in hun gemeente dreigt te exploderen én ze krijgen via het OCMW de taak om mensen die ver van de arbeidsmarkt staan te activeren. Dat vergt extra personeel, terwijl er vandaag al soms personeelstekort is. Nu de realiteit van de hervorming duidelijk wordt, begint de paniek toe te slaan.’

‘Voor de magistraten zou het veel moeilijker zijn om de inperking van hun pensioenen aan te vechten op basis van het standstillbeginsel.’

Alexander De Becker, professor arbeidsrecht UGent

Professor De Becker voert aan dat het Grondwettelijk Hof rekening houdt met specifieke kenmerken van de getroffen doelgroep. ‘Het recht op sociale zekerheid is er precies voor de zwaksten in de samenleving. Cru gesteld: voor de magistraten zou het veel moeilijker zijn om de inperking van hun pensioenen aan te vechten op basis van het standstillbeginsel.’

Dat bevestigt Lies Michielsen, die vorig jaar als advocate van Progress Lawyers Network een zaak tegen de Vlaamse overheid won op basis van het standstillbeginsel. De Vlaamse regering verminderde in 2021 het budget voor duizenden personen met een handicap. Daarop ging de vzw Grip in het verweer bij de Raad van State. Met succes.

‘In het arrest verwees de Raad expliciet naar het feit dat het om kwetsbare mensen ging’, zegt Michielsen. ‘Ik zie een link met de langdurig werklozen. Als de hervorming ervoor zorgt dat mensen plots dicht bij of onder de armoedegrens belanden, dan krijgen kwetsbare mensen het plots wel erg zwaar te verduren.’

Haken en ogen

Net als de andere experts bevestigt Michielsen dat rechtbanken niet snel wetten vernietigen op basis van het standstillbeginsel. Professor Popelier heeft het zelfs nagerekend. ‘In 11 procent van de zaken die op basis van het standstillbeginsel in artikel 23 werden gevoerd, heeft het Grondwettelijk Hof in het nadeel van de regering beslist.’ In 89 procent van de gevallen kreeg de wetgever dus wél groen licht.

‘Door de gedeeltelijke politieke samenstelling kan er bij het Grondwettelijk Hof meer begrip zijn voor de maatregel.’

Freek Louckx, professor socialezekerheidsrecht UAntwerpen

Wat in het voordeel van de regering kan spelen, zeggen experts, is de samenstelling van het Grondwettelijk Hof. De helft van de twaalf rechters bestaat uit ex-politici. Voor de Vlaamse regeringspartijen N-VA, Vooruit en CD&V maken respectievelijk Danny Pieters, Yasmine Kherbache en Sabine de Bethune er deel van uit.

‘De regering zal misschien moeten bijschaven, maar finaal zal de beperking van de werkloosheid wel lukken.’

Johan Vande Lanotte, grondwetspecialist en voormalig Vooruit-politicus

Grondwetspecialist en voormalig Vooruit-politicus Johan Vande Lanotte denkt dat de regering-De Wever uiteindelijk haar slag zal thuishalen. ‘Het Hof zal misschien stukjes van de wet vernietigen die de regering zal moeten bijschaven’, zegt hij. ‘Maar finaal zal de beperking van de werkloosheid wel lukken.’

Vande Lanotte denkt dat een belangrijke vraag zal zijn: wie wordt precies getroffen? ‘Daar zitten nu nog wat haken en ogen aan. Neem de werklozen in een opleiding voor een job in de zorgsector. Waarom worden zij vrijgesteld van de beperking van uitkering, maar andere opleidingen voor een knelpuntberoep niet? Veel zal afhangen van de motivering.’

‘Met de beleidsvoorbereiding is het erbarmelijk gesteld in ons land, zeker op federaal niveau.’            

Patricia Popelier, grondwetexpert UAntwerpen

Maar daar knelt het schoentje, zegt Popelier. ‘Een maatregel die hard ingrijpt in het leven van een hoop mensen moet onderbouwd zijn. Dat vergt een heleboel studiewerk. Alternatieve maatregelen moeten gewikt en gewogen worden, zodat duidelijk wordt dat de regering de best mogelijke beslissing neemt. Maar met de beleidsvoorbereiding is het erbarmelijk gesteld in ons land, zeker op federaal niveau.’            

Gouvernement des juges

En de tijd dringt. De regering wil de wet voor het zomerreces door het parlement jagen, waardoor de maatregel kan ingaan vanaf 1 januari. ‘Dat is heel snel’, zegt professor De Becker. ‘De politiek zou de hervorming beter enkele jaren uitstellen. Zo neemt ze tijd om alles rustig uit te zoeken en te becijferen.’

Michielsen sluit zich daarbij aan: ‘De regering geeft zelf toe dat ze nog altijd niet weet hoeveel mensen precies getroffen worden. Dat is veelzeggend. Ze wil heel snel gaan, maar de hervorming is dermate aanzienlijk dat de kans reëel is dat ze wordt teruggefloten door de rechtbanken. Met een uitstel van één of twee jaar zou men alles tenminste grondig kunnen bestuderen.’

Uitstel lijkt echter politieke fictie. Volgens de Arizona-begrotingstabellen moet de hervorming volgend jaar al een klein miljard euro opbrengen. Op kruissnelheid gaat het om 1,9 miljard euro. Wel verkreeg Vooruit de belofte van De Wever dat de hervorming pas ingaat wanneer de meerwaardebelasting, een trofee van Conner Rousseau, finaal wordt afgeklopt.

Stel – stel – dat het ABVV zijn zin krijgt. Zijn grondige hervormingen dan simpelweg onmogelijk in ons land? Die vrees leeft al langer bij bepaalde partijen. De N-VA pleit al jaren voor de afschaffing van het standstillbeginsel. ‘Laat niet de rechters, maar wel het parlement de wet bepalen!’ luidt een boutade van kopstuk Sander Loones.

Komt de gouvernement des juges dichterbij, waarbij rechters de plaats innemen van politici? Nee, zegt De Becker. ‘Maar ik begrijp wel voor een stuk waarom sommige politici zich zo ergeren aan artikel 23. Bij de zogenoemde klassieke grondrechten, zoals de vrijheid van meningsuiting of religie, is het aan de overheid om een stap achteruit te zetten. Door niet tussen te komen, maakt ze die rechten mogelijk. Bij het recht op sociale zekerheid moet de overheid actief tussenkomen.’ En ook: geld uitgeven.

‘Rechtbanken zijn niet strenger geworden’, zegt Lies Michielsen. ‘De schuld ligt bij de regeringen, die steeds meer hardvochtige maar slecht onderbouwde beslissingen nemen.’

Vooruit versus vakbond

Maar zover zijn we nog niet. De komende maanden moet de regering van N-VA, Vooruit, CD&V, Les Engagés en MR overeenstemming vinden over de details van de hervorming om ze op tijd goedgekeurd te krijgen. Daarna begint het juridische steekspel. Louckx: ‘Eén ding weet ik zeker: dit wordt een complex, langdurig maar ook spannend verhaal.’

Blijft de vaststelling dat Rousseau en zijn Vooruit opnieuw tegenover de socialistische vakbond staan. Vande Lanotte: ‘De vakbond staat geregeld op gespannen voet met de partij en omgekeerd. Dat is nooit aangenaam, ook niet op menselijk vlak.’

Ex-premier Elio Di Rupo (PS) noemt de hervorming ‘het begin van de ontmanteling van de sociale zekerheid’. Meer nog: ‘Ze zou zelfs het einde van het land kunnen betekenen.’ De PS en Vooruit staan diametraal tegenover elkaar.

Toch is het geen toeval dat uitgerekend de Vlaamse socialisten de hervorming steunen, zegt Vande Lanotte. ‘In Vlaanderen is langdurige werkloosheid al bij al een relatief beperkt probleem, dat met een goede begeleiding goed kan worden opgevangen. Ik herinner me een interview met de vader van Vlaams Vooruit-minister Melissa Depraetere, zelf een gepensioneerde arbeider. Hij was het volledig eens met het beperken van de werkloosheid. “Ik ken mensen die niet werken en nog van alles kunnen, maar nooit aangespoord zijn geweest om weer te gaan werken”, was zijn commentaar. Dat zegt iets over hoe het leeft.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content